VEB.net maakt gebruik van cookies om het gebruiksgemak van de website te verbeteren. 

Transformatie bank-verzekeraar ING verloopt met horten en stoten

ING krijgt de handen van beleggers op elkaar met de derde kwartaalcijfers. Maar de transformatie van financieel imperium naar kleine en eenvoudige Europese bank gaat niet zonder slag of stoot.

Beleggers reageren positief op de cijfers van ING.

Dat zal te maken hebben met de gerapporteerde stijging van de onderliggende winst en het optimisme over de eigen toekomst dat de bankverzekeraar uitstraalt.  Toch gaat de transformatie van het concern niet zonder haperingen.

De contouren van het nieuwe ING laten zien de exceptionele maar tijdelijke winsten van voor de kredietcrisis echt tot het verleden behoren. En dat is misschien maar goed ook. Drie kwestie voor het nieuwe ING.

1. Rente: marge omhoog, maar winst omlaag
Bankieren is niets anders dan geld kort inlenen (bijvoorbeeld: deposito's en obligaties) en lang uitzetten in de vorm van hypotheken, bedrijfsleningen en obligaties.

Het verschil is de rentemarge: een van de belangrijkste variabelen om te beoordelen hoe goed een bank het doet.

Bij het bankgedeelte van ING bestaat ruim driekwart van de operationele winst uit dit renteverschil, de rest zijn commissie-inkomsten en beleggingswinsten.

ING spreekt zelf van een verbetering van de resultaten dankzij een "stijging van de rentemarge tot 1,44 procent".

De hogere rentemarge kan niet voorkomen dat de winst in het derde kwartaal lager uitkomt dan een jaar geleden in dezelfde periode. Reden: het bankbalanstotaal van ING -de som van het ingeleende (passiva-kant) of uitgeleende (activa-kant) geld -is gekrompen van 880 naar 818 miljard euro.

De afslanking van ING vreet de winst dus harder aan dan het positieve effect aan rentemarge.
Kort gezegd kan de rentewinst alleen omhoog door spaarders en deposito´s minder rente te bieden, maar dit past niet in de filosofie dat de klant centraal moet staan.

Daarnaast kan ING meer rente voor uitgeleend geld vragen. De bank-verzekeraar geeft echter aan dat "de vraag naar krediet laag ligt en de concurrentie is verhoogd" in het derde kwartaal, waardoor dit geen makkelijke opgave is.

2. Voorzieningen: Verbetering of ruis?
De ECB roept het en alle beleidsbepalers zeggen het de Europese Centrale Bank graag na: economisch herstel is sterk afhankelijk van de bereidheid van banken om geld uit te lenen aan bedrijven en consumenten.

Banken zetten daar tegenover dat ze zo weinig mogelijk risico willen lopen op wanbetaling. Geld dat een bank uitleent komt niet altijd terug.

Om te zien hoe de risico's op dit vlak zich bij ING ontwikkelen kan gekeken worden naar de zogeheten risicokosten, de bijzondere kredieten die in de problemen zitten.

De risicokosten daalden in het derde kwartaal met 10 procent naar 552 miljoen, dit is ongeveer 0,8 procent van de (naar risico gewogen) uitstaande leningen.
Ook de zogeheten "non performing loans" - leningen waar klanten daadwerkelijk de rente niet meer overmaken - daalden van 16,2 miljard euro naar 15,7 miljard euro.

Dit is duidelijk goed nieuws, maar kersverse topman Ralph Hamers houdt een slag om de arm. "We zien lagere voorzieningen, maar ik wil voorzichtig zijn want ik denk niet dat de verbetering van de economie zodanig is dat de voorzieningen verder zullen dalen in de komende kwartalen".

De bank geeft aan pas "diep" in 2014 verbeteringen te verwachten. Die aarzeling zal zeker te maken hebben met de oplopende voorzieningen voor Nederlandse hypotheken en zakelijke leningen. Hier wel.

3.
Verkoopkortingen houden aan

Uit de derdekwartaalcijfers wordt duidelijk dat de gedwongen afslankkuur van ING niet zonder horten of stoten verloopt. Onderaan de streep boekt de bank-verzekeraar met 101 miljoen euro liefst 85 procent minder winst dan in het derde kwartaal van vorig jaar.

De oorzaak is een verwacht boekverlies van 950 miljoen euro door de verkoop van een Zuid Koreaanse dochter. De Aziatische bedrijven blijken minder waard dan waarvoor ze in de boeken staan.

Dit maakt het positief dat Brussel goedkeurt dat ING haar Japanse activiteiten samengebundeld met de Europese verzekeraar naar de beurs mag brengen.

Aanvankelijk moest ING de Japanse verzekeraar nog voor het einde van dit jaar verkopen, waardoor analisten rekenden op een slechte onderhandelingspositie en een beroerde verkoopprijs.

De time-out is hard nodig want ING kondigde aan dat het Japanse bedrijf de winst in het vierde kwartaal zal drukken met 600 miljoen euro, onder andere vanwege de lage rente.

ING is van plan de combinatie Europa-Japan volgend jaar naar de beurs te brengen, maar heeft goedkeuring uit Brussel om het laatste aandeel pas eind 2016 te verkopen. Waarschijnlijk zal ING de stukken in delen verkopen.

Dit deed de bank ook na de beursgang van het Amerikaanse verzekeraar (Voya) in mei dit jaar. ING verkocht toen een gedeelte van de aandelen tegen een introductieprijs van 19,50 dollar, maar in oktober verkocht het een tweede tranche tegen een opgelopen koers van ongeveer 30 dollar per aandeel.

De bank-verzekeraar bezit nog steeds 57 procent van de aandelen en zal dit van Brussel voor 2014 onder de 50 procent moeten brengen.




Gerelateerde artikelen