VEB.net maakt gebruik van cookies om het gebruiksgemak van de website te verbeteren. 

Na surseance: het uur van de waarheid

In een buitengewone vergadering van aandeelhouders op 13 februari jongstleden informeert Pharming haar aandeelhouders over de gebeurtenissen die tot surseance van betaling in september 2001 hadden geleid en over de ondernomen acties om het bedrijf weer levensvatbaar te maken.

In 2002 en daarvoor is het tijdpad van de kostenopeenstapeling volledig uit de pas geraakt met het tijdpad van de inkomstenontwikkeling door te veel projecten met te trage voortgang per project. Het fatale proces werd gestopt met forse maatregelen: van 250 naar 50 medewerkers, van zes naar drie vestigingen, concentratie op de ontwikkeling van medicijnen en afstoten van productiefaciliteiten. De nieuwe financiële man, de heer Ooms, brengt de dramatische reductie van activiteiten cijfermatig in beeld en toont welke activiteiten beëindigd en welke voortgezet worden.

De interesse gaat natuurlijk vooral uit naar wat gebeurd is sinds 13 februari. Curator Muller verwoordt dat rond 10 augustus opheffing van de surseance van betaling voorzien is, mits crediteuren akkoord gaan met het voorstel tot schulddelging (tot duizend euro 100 procent, daarboven betaling van 75 procent van de vordering), waarvoor 5,5 miljoen euro geleend moet worden. Muller verwacht dat crediteuren het voorstel zullen accepteren en het geld geleend kan worden.

Tijdens de vergadering gaat een persbericht uit. De inhoud stemt somber. In het eerste kwartaal 2002 daalde de kaspositie van 1,2 naar 0,5 miljoen euro, 0,15 miljoen aan inkomsten, 2,32 miljoen kosten en afschrijvingen en 0,32 miljoen euro aan financieringslasten hebben geresulteerd in een kwartaalverlies van 2,5 miljoen euro! Wanneer dit ‘leegbloeden’ vóór de herfst niet stopt, dan moet faillissement worden gevreesd, hoe groot ook de inspanning van management en medewerkers onder de ervaren leiding van Pinto om dit af te wenden.

Ter voorbereiding op het plaatsen van nieuwe aandelen wordt de nominale waarde per aandeel teruggebracht van 2,40 naar 0,50 euro (uitgifte onder de nominale waarde is niet toegestaan). De vooruitzichten voor de ontwikkeling van bepaalde medicijnen, zoals geschetst door het bestuur, lijken veelbelovend. En, niet onbelangrijk, banken en mogelijk andere geldschieters (zekerheidstelling?) nemen tot nu toe kennelijk aan dat de genomen maatregelen voldoende zijn om de weg omhoog terug te vinden. De ondernemingsleiding verwacht dat de opheffing van de surseance begin augustus de weg vrijmaakt voor samenwerking met partijen die de medicijnen gaan produceren. Zo moeten de nieuwe inkomsten worden gegenereerd uit nieuw ontwikkelde medicijnen.

Nog een hachelijk halfjaar!