VEB.net maakt gebruik van cookies om het gebruiksgemak van de website te verbeteren. 

Records op alle fronten

Vorig jaar was met een autonome omzetgroei van 14 procent en een nettowinstgroei van 25 procent het beste jaar in de geschiedenis van uitzendconcern Randstad. Bovendien presteerde Randstad beter dan de meeste concurrenten en won bijna overal marktaandeel. Verwachtingen voor 2006 sprak ceo Ben Noteboom niet uit, maar hij toonde zich allerminst ongerust: "Na de zeer goede resultaten hoogstens wat onrustig!"

Randstad ligt goed op koers voor twee van de drie doelstellingen op middellange termijn. De ebitamarge steeg in 2005 van 3,9 naar 4,5 procent bij een doelstelling voor 2007 van 5 á 6 procent. Het omzetaandeel van de specialisaties, zoals gezondheidszorg, finance en ict, nam toe van 25,5 tot 28,4 procent en overschreed al in het vierde kwartaal de voor 2007 beoogde 30 procent. Noteboom beschouwt 30 zeker niet als top, maar wilde nog geen nieuwe doelstelling geven.

Met een derde doelstelling – 70 procent buitenlandse omzet – ligt het moeilijker. Het buitenlandse omzetaandeel steeg van 60 naar 63 procent. De beoogde 70 procent zal waarschijnlijk in 2007 nog niet worden bereikt. Gunstig is de zeer sterke omzetgroei met 28 procent in de nog erg versnipperde Duitse markt. Randstad is daar marktleider en behaalde er 12 procent van de concernomzet. Minder tevreden was Noteboom over twee andere belangrijke markten: Groot-Brittannië en Noord-Amerika. In beide zijn maatregelen ter verbetering genomen. In de Verenigde Staten is de focus voorlopig meer op winstgevendheid dan op marktaandeel gericht. Het management is vernieuwd en verbeteringen beginnen duidelijk vruchten af te werpen.

In de geografische mix vormen Europa en Noord-Amerika de hoofdmoot van de activiteiten. Op een vraag van de VEB antwoordde Noteboom dat China en India weliswaar interessante perspectieven bieden – recentelijk zijn hier ook acquisities gepleegd – maar echt grote volumes zijn er voorlopig nog niet te verwachten. Japan heeft qua volume nu veel meer potentie, doch ondanks liberaliseringstendenzen is de toegankelijkheid er nog gering. In de groeistrategie blijft het accent op autonome groei liggen, op relatief bescheiden schaal aangevuld met acquisities die marktaandeel en winstgevendheid verbeteren of complementair zijn bij innovaties of toegang tot nieuwe markten bieden. Strakke acquisitievoorwaarden zijn onder meer focus op waardecreatie (mede gezien de te betalen prijs), behoud van de zeer sterke financiële positie, alsmede aanwezigheid van goede managementcapaciteit.

De risicoparagraaf in het jaarverslag biedt een behoorlijk overzicht, toegelicht met voorbeelden. Maar de aard en het effect van genomen maatregelen bij gebleken zwakke punten bleven wat onduidelijk en op een vraag van de VEB daarover bleef het bestuur enigszins vaag. Bij het agendapunt ‘beloning van commissarissen’ onthield de VEB zich van stemming. Niet wegens het voorgestelde niveau, doch meer wegens de relatief sterke stijging in het licht van algemeen maatschappelijke ontwikkelingen. Commissaris Frits Goldschmeding, tevens oprichter en grootaandeelhouder, trok hierbij het boetekleed aan: "We zijn in het verleden, bij een kleine omvang, veel bescheidener commissaristaken en zonder internationalisatie, te zuinig geweest."