VEB.net maakt gebruik van cookies om het gebruiksgemak van de website te verbeteren. 

Einde paleisrevolutie

Met het vertrek van de heer H. Zwarts op 1 januari jl.  is er een einde gekomen aan de strijd tussen deze nu oud-voorzitter van de raad van bestuur en de oprichter/grootaandeelhouder en vice-voorzitter van de raad van commissarissen, de heer F.J.D. Goldschmeding. Het verschil van mening ging over de investeringen in ICT en de fout getimede kostbare slechte acquisities. Goldschmeding geloofde niet in ICT voor de matching van uitzendkrachten en klanten.

De heer Goldschmeding bouwde de onderneming sinds 1960 op van niets naar een omzet van vele miljarden en van 1 naar 217.800 medewerkers. Hij kocht bedrijven op voor een appel en een ei en maakte er riante winsten op. Alles wat hij aanraakte veranderde in goud. De heer Zwarts, afkomstig van de ING bank, nam in 1997 het roer over bij Randstad. De nettowinst daalde tijdens zijn bestuursperiode van 117 tot 48 miljoen euro, de EBITDA van 6,5 procent tot 3 procent van de omzet, het bedrijfsresultaat van 5,6 procent tot 1,8 procent van de omzet, de koers van 38 naar 15. De nettomarge van 1 procent van de omzet is de laatste tien jaar nog nooit zo laag geweest. De investeringen in ICT en in nieuwe vestigingen, zoals in het Amerikaanse Strategix, overgenomen voor 1,7 miljard, zijnde 30 x de jaarwinst, zijn een brug te ver geweest. Teleurstellende data à gogo.
Met de benoeming tot bestuursvoorzitter van de heer Farla, een professional met veel kennis en ervaring die al vanaf 1973 werkzaam is bij Randstad, en dus een pupil van de heer Goldschmeding, zullen hopelijk voor de aandeelhouders de goede oude tijden terugkeren. Uit deze case blijkt eens te meer dat de manager van een bedrijf een cruciale factor moet zijn bij het bepalen van het wel of niet kapitaal verschaffen aan een onderneming.
De vergadering vond plaats in het paleisachtige hoofdkantoor van Randstad in Diemen en stond onder leiding van de heer J.F.M. Peters. Op de vraag aan hem waarom in het rapport van de commissarissen niet ingegaan werd op het vertrek van de heer Zwarts, kwam een summier antwoord. De VEB had hierop en op verschillende andere vragen tijdens de vergadering wat meer openheid van de heer Peters, bekend van de commissie Corporate Governance, verwacht. Maar de openheid komt met kleine stappen. Wat de nieuwe voorzitter van de raad van bestuur, de heer Farla, een update van de strategie noemt, blijkt een complete reorganisatie. Terug naar af. Terug naar de pre-Zwartsperiode. Men wil het vertrouwen van de beleggers, dat gezien de lage beurskoers verloren is gegaan, weer terugwinnen. De herstructurering zal doorgezet worden en de efficiency opgevoerd. Het traditionele uitzendwerk, de bulkmarkt, zal gedeeltelijk vervangen worden door meer gespecialiseerde segmenten van de uitzendmarkt. De ontwikkeling van Yacht is daar een voorbeeld van.

Duidelijk is dat uitzendbureaus zeer afhankelijk zijn van de stand van de economie. Uitzendkrachten zijn immers de eersten die eruit gaan. Het netwerk van kantoren, met meestal langlopende huurcontracten, daarentegen is een kostenpost die het resultaat fors drukt. De verbetering van het resultaat is sterk afhankelijk van het herstel van de economie.
Over het eerste kwartaal van 2002 is de omzet gedaald met 10,5 procent. De organische afname bedroeg 13,4 procent. Het bedrijfsresultaat daalde met 80 procent. Concrete uitspraken over de winstverwachting voor geheel 2002 doet Randstad niet, al beluisterde de VEB meer optimisme dan realisme. Als Randstad dat optimisme zou uitspreken voor het jaar 2003 in plaats van voor dit jaar, dan zou de directie mijns inziens geloofwaardiger overkomen. Al is het waar dat bij een herstel van de economie Randstad als eerste daarvan de vruchten zal plukken.Randstad is terug bij af. Als het erin slaagt de goede kaarten te trekken en de economie werkt mee, dan kunnen de aandeelhouders weer vertrouwen hebben in de mooie onderneming van de heer Goldschmeding.