VEB.net maakt gebruik van cookies om het gebruiksgemak van de website te verbeteren. 

Gouden bergen

Rood Testhouse is onder de naam Rood Technology gespecialiseerd in het uitvoeren en ontwikkelen van tests voor de halfgeleiderindustrie en heeft tumultueuze jaren achter de rug. Vorig jaar werd door de toenmalige CEO Wagner nog een nieuwe strategie gepresenteerd die in 2006 moest resulteren in een omzet van 20 miljoen euro, bijna drie keer zoveel als in 2003. Maar enkele maanden later verdween Wagner wegens verschil van mening met de commissarissen over de strategie.

Philip Nijenhuis werd de nieuwe voorman en ook hij is ambitieus. Azië, met name China, is het toverwoord en Rood Testhouse wordt zo snel mogelijk gepositioneerd om hiervan ten volle te profiteren. Daar moet 5 tot 10 procent van de omzet worden gerealiseerd. Op korte termijn wil Nijenhuis daarom een testlocatie in China hebben opgezet met een lokale partij en daar focussen op de automobiel- en telecomindustrie.

"Te klein voor het servet en te groot voor het tafellaken." Zo omschreef president-commissaris Koot Rood Testhouse op dit moment. Daarom kon de onderneming niet bij financiële instellingen terecht voor kredietfaciliteiten om haar plannen te financieren. De eerste helpende hand werd geboden door Informal Capital Network (ICN), de investeringsmaatschappij van zijn medecommissaris Wanrooy, die in december 2003 bereid was een converteerbare achtergestelde
obligatielening te verstrekken. De termijnen worden voldaan in nieuw uit te geven aandelen tegen een conversieprijs van ongeveer 11 eurocent. De beurskoers schommelt sindsdien tussen de 50 en 60 eurocent, dus kan ICN die aandelen met een winst van minimaal 40 eurocent weer van de hand doen.

Ten tijde van het verstrekken van deze lening was Wanrooy nog geen commissaris, maar begin 2004 werd hij dit wel. Een toevallige samenloop van omstandigheden of ‘part of the deal’? Koot wees dit laatste echter resoluut van de hand en meldde dat ICN en Wanrooy die voorwaarde absoluut niet hadden gesteld. Feit blijft dat Wanrooy volgens de code-Tabaksblat niet onafhankelijk is en een evident belangenconflict heeft.

Inmiddels is ook een tweede convertible bij ICN geplaatst tegen een conversieprijs van 84 eurocent, aanmerkelijk hoger dus dan de 11 eurocent onder de eerste convertible. Deze onderhandse plaatsing is ter goedkeuring aan de aandeelhouders voorgelegd.
Afhankelijk van de gerealiseerde doelstellingen kan Nijenhuis de komende drieënhalf jaar maximaal 1,3 miljoen opties tegemoet zien met een vaste uitoefenprijs van 11 eurocent. Ondanks het feit dat Nijenhuis een laag basissalaris ontvangt, namelijk rond de 90.000 euro, is de VEB principieel tegen het toekennen van opties onder de dan geldende beurskoers.

De VEB wil namelijk voorkomen dat een bestuurder de opties ook kan uitoefenen indien de onderneming niet goed presteert dan wel dat de bestuurder de opties uitoefent als de koers daalt (huidige beurskoers is rond de 52 eurocent). Door deze lage uitoefenprijs lijkt de optiebeloning meer weg te hebben van een gegarandeerde beloning, waarbij het basissalaris zeker een rol gespeeld zal hebben. De uitoefenprijs verhoudt zich daarnaast moeilijk met de ambitieuze plannen en de verwachte positieve resultaatontwikkeling, die zich uiteindelijk toch zou moeten vertalen in een hogere beurskoers. "Nijenhuis was een uitstekend onderhandelaar", antwoordde Koot en Wanrooy voegde hier nog veelzeggend aan toe dat hij hoopte dat Nijenhuis heel rijk zal worden. Aandeelhouders moeten hopen dat de koers zich positief zal ontwikkelen, want de komende jaren zal er geen dividend worden uitgekeerd.