VEB.net maakt gebruik van cookies om het gebruiksgemak van de website te verbeteren. 

Hete hangijzers

In de aandeelhoudersvergadering van Unilever stonden, na de verhitte discussie over het onderzoek naar de tweeledige structuur van het bedrijf zoals besproken in Effect 10, nog een aantal andere hete hangijzers op de agenda, zoals corporate governance. Unilever heeft op dat punt genoeg te verbeteren. Doorn in het oog is uiteraard de certificering van aandelen. De samenstelling van het bestuur van de Administratiekantoor (AK) is vorig jaar weliswaar gewijzigd, maar dit heeft geen effect gehad op het stembeleid van het AK.

Ook deze vergadering stemde het AK in met alle agendapunten. AK-voorzitter Jacques Schraven leek even een kritische noot te willen kraken met de opmerking dat de toelichting op de uitkomsten van het structuuronderzoek tekort schoot. Dat stond een goede beoordeling van de uitkomsten in de weg, zo vervolgde Schraven. Opmerkelijk was dan ook zijn toevoeging dat het AK niet twijfelde aan de conclusies van het onderzoek en instemde met de beperkte wijzigingen.
Een ander kritisch onderdeel van Unilever’s corporate governance vormen de onevenredig hoge stemrechten op de preferente aandelen. Deze aandelen worden gehouden door Aegon en ING, maar in de gesprekken met deze partijen over een oplossing zit weinig voortgang. Dat heeft weer alles te maken met die andere prefkwestie: de zogeheten 10 cents preferente aandelen die in 2004 onder hevig protest zijn geconverteerd. Het onderzoek dat de Ondernemingskamer op verzoek van de VEB heeft ingesteld loopt nog. ING was ook houder van deze soort prefs.

Ook het beloningsbeleid kwam Unilever op kritiek te staan. Unilever vult al jarenlang het jaarverslag met een pagina’s lange toelichting op de beloningsplannen, maar belangrijke kwantificeerbare informatie over de prestatienormen voor de uitvoerende bestuurders ontbreekt.
Aan de aandeelhoudersvergadering werd verhoging van de beloning voor de niet-uitvoerende leden van de board (te vergelijken met leden van de raad van commissarissen) voorgelegd. Op advies van beloningsadviesbureau Towers Perrin, dat ook bij andere ondernemingen verantwoordelijk is voor drastische salarisverhogingen, meent Unilever dat zij haar niet-uitvoerende leden ondermaats betaalt. Vanaf 2006 zit Unilever echter aan de top in vergelijking met andere Nederlandse beursgenoteerde ondernemingen met een zogeheten 'one-tier board', zoals Reed Elsevier, Royal Dutch Shell en Fortis. Chairman Antony Burgmans ontvangt vanaf 2006 jaarlijks 514.000 euro en is daarmee een van de best betaalde toezichthouders. Chairman Jan Hommen van Reed Elsevier verdiende in 2005 ‘slechts’ 233.000 euro, Ad Jacobs verdiende bij Shell een ‘schamele’ 150.000 euro en Maurice Lippens verdiende bij Fortis ook ‘maar’ 330.000 euro.

De meeste kritiek ging echter uit naar de benoeming van Kees Storm als niet-uitvoerend boardmember van Unilever. Storm heeft bij zowel Wessanen als Laurus gefaald als commissaris en als bestuursvoorzitter van Aegon is hij verantwoordelijk voor het op de markt brengen van de aandelenleaseproducten en voor de dure overname van het Amerikaanse Transamerica. Misschien kan Kees ‘Fiasco’, zoals een certificaathouder Storm noemde, die negatieve sentimenten enigszins wegnemen, als hij via zijn link met Aegon de prefkwestie op korte termijn oplost en de weg vrijmaakt voor afschaffing van de certificering.