VEB.net maakt gebruik van cookies om het gebruiksgemak van de website te verbeteren. 

Niet echt ambitieus

Zowel het jaarverslag als de presentatie van het bestuur in de jaarvergadering straalde optimisme en vooral tevredenheid uit. Daags voor de vergadering was de verkoop van de suikerdivisie eindelijk formeel geëffectueerd, na goedkeuring van de NMa. De omzet van de voortgezette activiteiten was in 2006 met 1 procent toegenomen, het bedrijfsresultaat voor bijzondere posten met 21 procent en de winst per aandeel met 67 procent. Ook ligt het kostenbesparings-programma 3-S voor op schema: er was al 62 miljoen euro gerealiseerd in 2006.

CSM heeft marktaandelen van 12 procent en 7 procent in Bakery Supplies Europe en North America. Men verwacht een autonome groei van 1 tot 2 procent boven die van de markt. Meer marktaandeel zou kunnen worden gewonnen middels acquisities, wanneer de consolidatietrend zich voortzet. Op het gebied van melkzuur en -derivaten is CSM verreweg de grootste partij, via de Puracdivisie. Deze markt groeit met zo’n 10 procent per jaar, maar kent margedruk door concurrentie en duurdere grondstoffen. De onderneming verwacht op middellange termijn door innovaties de margedruk te kunnen tegengaan.

De doelstellingen voor 2008 zijn een ‘return on sales’ van minimaal 8,5 procent (2006: 6,4% voor bijzondere posten) en een ‘return on capital employed inclusief goodwill’ van minimaal 12 procent (2006: 9,0% voor bijzondere posten). Dit impliceert een toename van het bedrijfsresultaat van rond de 35 procent of meer over een periode van twee jaar. CSM wilde geen indicatie geven over de beoogde winst per aandeel op de langere termijn.

De VEB verweet het bestuur een gebrek aan ambitie. Zo was de winst per aandeel van voortgezette activiteiten 0,90 euro en dat is ruim minder dan de helft van het niveau in de jaren 2002-04. Echt overtuigende redenen kon de onderneming niet geven. Het argument dat intussen de portfolio van de onderneming is veranderd, is nauwelijks steekhoudend: men zou mogen verwachten dat wanneer delen worden verkocht, het vrijgekomen geld goed wordt geïnvesteerd. Dus ook acquisities zouden op een gegeven moment moeten renderen, liefst natuurlijk meer dan de afgestoten onderdelen. Ook de inkoop van aandelen (180 miljoen euro) zal een versterkend effect op de winst per aandeel moeten kunnen hebben en tenslotte is het kostenbesparings-programma 3-S volgens CSM erg succesvol.

Maar president-commissaris Pieter Bouw was niet onder de indruk en bleef volhouden dat CSM wel degelijk ambitieus is, maar tegelijkertijd ook realistisch. Wellicht probeerde hij bewust de verwachtingen laag te houden om zo later de beleggers positief te kunnen verrassen.
Op het gebied van corporate governance zette CSM een grote stap voorwaarts. De certificering werd afgeschaft en er kwamen geen beschermingsconstructies voor in de plaats. Vertrekkend bestuurder Van Nieuwenhuyzen, verantwoordelijk voor Purac, was nog aanwezig in de vergadering. De VEB vroeg of er sprake was van een vertrekpremie, maar Bouw wilde niet meer zeggen dan dat het een vriendelijk afscheid betrof en dat alles volgens het contract was verlopen. Beleggers zullen dus het jaarverslag 2007 moeten afwachten om hierover duidelijkheid te krijgen.