VEB.net maakt gebruik van cookies om het gebruiksgemak van de website te verbeteren. 

Overbruggingsjaar

 Tijdens de jaarvergadering meldt bestuursvoorzitter Reinier van Gerrevink de 38 aanwezige aandeelhouders dat het voor VastNed Retail een overbruggingsjaar is geweest. De lichte winststijging in 2004 is te danken aan de herwaardering van de portefeuille met 40,6 miljoen euro. De bruto huuropbrengsten namen voornamelijk af doordat de Duitse portefeuille is verkocht. De bezettingsgraad was 95,6 procent (in Nederland 98 procent), terwijl de huurvrije periodes en huurkortingen slechts 2,1 procent bedroegen.

VastNed Retail wil haar dividendbeleid wijzigen en vanaf 2005 een interim- en slotdividend uitkeren. VastNed Retail zal met ingang van 2005 60 procent van het directe beleggingsresultaat over het eerste halfjaar als interimdividend in contanten uitbetalen. Met het slotdividend wordt de gelegenheid geboden een deel van het dividend, voor zover de fiscale regels dit toestaan, op te nemen in de vorm van stockdividend. Volgens het bestuur wordt met de verhoging van de frequentie van het dividend tegemoetgekomen aan de wens van aandeelhouders om het directe beleggingsresultaat sneller ter beschikking te stellen. Over 2004 keert het fonds in lijn met voorgaande jaren het directe beleggingsresultaat uit in de vorm van een keuzedividend: 3,74 euro in contanten of 2,40 euro in contanten plus een deel in aandelen.

Ondanks dat 47 procent van de huurcontracten in de Nederlandse portefeuille tot en met 2007 zal expireren, is Van Gerrevink vol vertrouwen over de toekomst. In België en Frankrijk expireert zelfs respectievelijk 77 procent en 88 procent van de huurcontracten. Gezien het feit dat het bestuur er de afgelopen jaren goed in geslaagd is huurcontracten te verlengen zonder al te veel huurvrije periodes weg te geven, voorziet Van Gerrevink geen moeilijke tijden. Wel is het vinden van geschikte nieuwe panden een wezenlijk probleem.

In de markt worden voornamelijk door aanbieders van maatschappen en vastgoed-cv’s hogere prijzen geboden voor het onroerend goed. Prijzen die de aanvangsrendementen dermate drukken dat deze dure objecten volgens het bestuur niet meer voldoen aan het rendementsprofiel van de onderneming. Ofschoon de onderneming zich in principe wil richten op de kernlanden Nederland, Spanje, België en Frankrijk en hier graag een kritische massa wil bereiken, zorgt de sterke behoefte aan uitbreiding ervoor dat er ook weer naar andere landen wordt gekeken. Vooralsnog zonder resultaat.