VEB.net maakt gebruik van cookies om het gebruiksgemak van de website te verbeteren. 

Opnieuw hoge groei verwacht

 De Zwitserse, maar uitstekend Nederlands sprekende voorzitter Heinz Rothermund opende de jaarvergadering enigszins ongewoon. Vooruitlopend op de behandeling van agendapunt 7 (verhoging van de beloning voor commissarissen), wilde hij alvast kwijt dat de raad van commissarissen zelf enige aarzeling had op dit punt. Dit wegens veel gehoorde onvrede over veelal forse stijgingen. Toch had de raad zich per saldo achter de voorgestelde bedragen gesteld – later in de vergadering door aandeelhouders goedgekeurd – in het besef dat deze nog onder het gemiddelde van de AEX-ondernemingen liggen en ook nu nog achterblijven bij het vorig jaar door een vooraanstaande Zwitserse krant gepubliceerde gemiddelde van Europese bedrijven.

De Franse ceo Didier Keller was in zijn inleiding uiteraard verheugd over de zeer sterke stijging van bedrijfsresultaat en nettowinst. Hij relativeerde deze overigens door te memoreren dat de door een klant voortijdig uitgeoefende koopoptie op een leasecontract daartoe aanzienlijk had bijgedragen. Op de vraag van de VEB of dergelijke koopopties vaker voorkomen, werd geantwoord dat deze koopopties bij alle leasecontracten bestaan, doch zelden worden uitgeoefend.

Daarop merkte de VEB op dat het dan eleganter was geweest de grote eenmalige invloed op de nettowinst van 79,8 miljoen euro, evenals de daarop gebaseerde zeer forse dividendstijging, in het jaarverslag duidelijker te presenteren. Dit ook om volgend jaar, zelfs bij opnieuw een sterke winststijging, teleurstellingen te voorkomen.

Daags voor de jaarvergadering had SBM bekendgemaakt de eerder gepubliceerde verwachtingen van de nettowinst voor 2006 te verhogen van 165 naar 185 miljoen euro. Vergeleken met de 145 miljoen euro (excl. de eenmalige bate) van 2005 opnieuw een groei met dubbele cijfers, dankzij hoger dan verwachte rendementen bij belangrijke projecten, enkele recentelijk afgesloten contracten en lagere rentekosten.

SBM Offshore houdt zich voornamelijk bezig met ontwerp, constructiemanagement (de bouw zelf wordt uitbesteed), levering en installatie van zeer gecompliceerde drijvende systemen voor productie, opslag en overslag van ruwe olie en gas in diepe en ultradiepe zeevelden. SBM is wereldmarktleider voor dergelijke installaties. Voor het grootste deel van de installaties worden leasecontracten en ook wel exploitatiecontracten afgesloten met grote olieondernemingen. Deze leveren een goed en voorspelbaar rendement op. Naast leasecontracten worden ook ‘turnkey’-leveringen verricht, weliswaar met lagere marges, maar door vooruitbetalingen vrijwel zonder kapitaalbeslag. De leasecontracten vergen wel een flink kapitaalbeslag, maar op een vraag van de VEB over de lage solvabiliteit van 27 procent antwoordde cfo Marc Miles dat, gezien de aard van de leasecontracten, de capaciteit voor schuldbetaling goed is, evenals de rentedekking. Voor een aandelenemissie is voorlopig geen aanleiding.

Gevraagd naar de concurrentie antwoordde Keller dat Japan en Korea weliswaar een rol spelen, doch voornamelijk bij turnkey en niet zozeer bij de lucratievere leasecontracten. De door SBM aangekondigde nieuwe vestiging in Kuala Lumpur is vooral ingegeven door capaciteitsgebrek, alsmede door het streven naar een groter geografisch bereik.