VEB.net maakt gebruik van cookies om het gebruiksgemak van de website te verbeteren. 

Océ weigert openheid over eigen verkoop aan Canon

Directie en commissarissen die een unaniem verkoopadvies afgeven voor het eigen bedrijf. En dat tegen een prijs die ze zelf niet meer dan ‘redelijk' noemen. Printerfabrikant Océ schrijft geschiedenis. Geen al te fraaie, overigens.

Onder normale omstandigheden probeert de top van een bedrijf van alles om in de gunst van beleggers te komen of blijven. Maar bij printerfabrikant Océ is dat stadium al lang achter de rug.

Aandeelhouders werden tijdens een extra vergadering bij gesproken over het openbare bod van Canon op de aandelen van Océ. Volgens president-commissaris Elverding en bestuursvoorzitter Van Iperen was de keuze aan de belegger: de aandelen aanmelden bij Canon (en dus in stemmen met de overname) of niet.

Knel
Maar van een reële keuze tussen aanbieden van de aandelen of de stukken in bezit houden is geen sprake. Het si slikken of stikken voor beleggers. Océ heeft toegestaan dat Canon ontevreden aandeelhouders met allerlei juridische dreigementen eigenlijk tot aanbieden dwingt.

In het biedingsbericht wordt bijvoorbeeld expliciet genoemd dat Canon een juridische fusie kan doorvoeren, waardoor Océ aandeelhouders plotseling aandeelhouder kunnen worden in een niet beursgenoteerd onderdeel van Canon. Andere drukmiddelen zijn een liquidatie van Océ bezittingen of een gedeeltelijke verkoop daarvan zonder uitkering aan minderheidsaandeelhouders, of het stopzetten dividendbetalingen.

Allemaal maatregelen die het alternatief van het aanhouden van de aandelen zeer onaantrekkelijk maken. Volgens Elverding waren deze teksten "de uitkomst van de onderhandelingen" en bovendien "heel gebruikelijk en toegestaan".
Dat mag zo zijn, maar waarschijnlijk is dat het bestuur en commissarissen zich juist om dergelijke dreigmiddelen gedurende het gehele onderhandelingsproces niet druk hebben gemaakt. De vergelijking met een onteigening dringt zich op. Canon zal geen middel schuwen om voor honderd procent eigenaar van Océ te worden. Daarmee is de keuze: aanbieden of ongunstige vooruitzichten accepteren.

Macht al bij Canon
Ook op andere vlakken heeft Océ zich wel erg dienstbaar opgesteld ten opzichte van de grote broer uit Japan. Zo krijgt Canon via de omzetting van preferente aandelen - nu nog in handen van ASR, ING en Ducatus- nog eens 19 procent van de stemrechten in handen. Een veel grotere zeggenschap dan de economische waarde van deze prefs rechtvaardigt.

Dan het proces van overname. Topman van Iperen weigerde beleggers gedetailleerde cijfers te geven over de vrijage van Océ met Canon. Canon biedt nu 8,60 euro per aandeel en dat was "het beste wat Océ kon krijgen", aldus Van Iperen. "Er is geen alternatief."

Maar de berekeningen waarop die bewering gebaseerd is krijgen beleggers niet te zien. De top van Océ verwees naar een fairness opinion die was verstrekt door ING Corporate Finance en zakenbank Lazard die door de raad van commissarissen in de hand was genomen. Aandeelhouders kregen geen inzicht in de gemaakte berekeningen.

Canon, nota bene al grootaandeelhouder van Océ voor de overname, kreeg wel informatie over mogelijke synergievoordelen die deze overname zou opleveren.

Zonder deze informatie is het voor aandeelhouders eigenlijk onmogelijk om een afgewogen oordeel te hebben over het bod. Hoeft ook eigenlijk niet, hebben ze misschien bij Océ gedacht. Océ was nog voordat aandeelhouders het wisten al verkocht aan Canon. Door het slechte trackrecord onderhandelde Océ vanuit een positie van zwakte en had het weinig in te brengen.

Dossier Océ:



12 januari 2010

11 januari 2010

16 november 2009

2 oktober 2009

1 juli 2009

2 april 2009

12 januari 2009


 Klein Duimpje kon niet groeien
Océ heeft zichzelf in de uitverkoop gedaan en de eigen huid niet al te duur van de hand gedaan. Daaraan vooraf ging een jarenlange worsteling om zelfstandig overeind te blijven. Topman Van Iperen liet weten dat "keihard was gewerkt om schaalgrootte te realiseren zowel strategisch als operationeel", maar hij kon niet anders dan concluderen dat dit "niet is gelukt".

Zo nam Océ in 2005 voor ongeveer 600 miljoen euro het Amerikaanse Imagistics over en werd in 2008 een productie- en distributiealliantie gesloten met Konica Minolta. Maar Océ bleef een marginale speler.

Een probleem dat volgens Van Iperen ook niet van "vandaag of gisteren was". Dezer dagen draait het volgens hem om distributiekracht en daaraan wordt invulling gegeven door een verticale consolidatie. "We hebben een partner nodig om onze doelstellingen te realiseren".

Even wachten
Van Iperen, financieel directeur Hans Kerkhoven en operationeel directeur Anton Schaaf zullen in eerste instantie aanblijven. Maar de vraag is voor hoe lang. Als zij binnen één en twee jaar vanaf nu toch opstappen dan krijgen ze ieder ruim één miljoen euro (Van Iperen 1,35 miljoen euro) mee.