VEB.net maakt gebruik van cookies om het gebruiksgemak van de website te verbeteren. 

Net sluit zich rond Fornix

Fornix BioSciences stelt de uitkering van een superdividend voor. Dat lijkt niet uit luxe voort te komen, maar uit pure armoede. De toekomst van de onderneming is hoogst onzeker.

De problemen bij het in Lelystad gevestigde Fornix spitsen zich toe op het maar niet verkrijgen van een permanente registratie voor allergieproduct Oralgen® Graspollen tegen inhalatieallergieën als hooikoorts. Een permanente registratie is volgens de laatste regelgeving vereist om het product te mogen blijven verkopen.

Fornix is al jaren bezig het College ter Beoordeling van Geneesmiddelen te overtuigen van de effectiviteit van het middel, maar tot op heden tevergeefs. Fornix wil de permanente registratie als springplank gebruiken om elders in Europa voet aan de grond te krijgen. Deze internationale expansie staat dus op losse schroeven.

Oralgen® Graspollen is goed voor liefst 65 procent van het totale bedrijfsresultaat van Fornix. Feitelijk een zaak van alles of niets dus voor Fornix, temeer omdat twee buitenlandse concurrenten, het Deense ALK-Abelló en het Franse Stallergènes wel al over middel met een permanente registratie beschikken voor de Nederlandse markt.

Bestuursvoorzitter Cees Bergman heeft de precaire situatie van de onderneming niet onder stoelen of banken willen schuiven. Al een jaar houdt hij alle opties open, waaronder het aangaan van allianties, verkoop van afzonderlijke divisies of een beursexit.

Superdividend

Voor het vierde jaar op rij stelt Fornix voor de gehele jaarwinst, 11,0 miljoen euro oftewel 1,43 euro per aandeel over 2009, aan de aandeelhouders uit te keren. Door de goede winstgevendheid in de afgelopen jaren en de verkoopopbrengst van de handelsdivisie in medicijnen Fisher Farma in september 2007 zit Fornix goed bij kas. In een separaat persbericht verzonden op 26 maart jl.stelt de onderneming ook nog eens een superdividend voor van 2,22 euro per aandeel.

Tezamen met het slotdividend zou dat een totale cash uitkering van 3,00 euro per aandeel impliceren. In een toelichting op het superdividend zegt Fornix dat ook na deze forse uitkering een adequate kaspositie resteert.

De forse kaspositie diende aanvankelijk om de beoogde internationale expansie van de Allergiedivisie te financieren. Daarmee lijkt het Fornix bestuur zo goed als de handdoek in de ring te gooien en dat is toch niet zo’n fijn teken voor de aandeelhouders. Sinds de problemen begonnen bij de registratie van het belangrijkste allergieproduct is Fornix bezig de ondernemingsrisico’s beter te spreiden.

Met deze diversificatie is de onderneming echter wel wat laat begonnen, al dient gezegd dat het hierbij ook de nodige tegenslagen heeft gekend. Verder dan de opbouw van de divisie Medische Hulpmiddelen, het afgelopen jaar goed voor een kwart van de bedrijfsomzet en 17 procent van het bedrijfsresultaat, is het tot op heden niet gekomen.

De uitkering van het superdividend maakt een verdere ombuiging bijna onmogelijk. Fornix wil de divisie Medische Hulpmiddelen vooral autonoom laten groeien. Daar zit echter weinig schot in, want vorig jaar daalde de omzet van deze activiteit zelfs.

Gebroeders Visser

Wie helemaal negatief naar Fornix wil kijken kan zeggen dat de belangrijkste insiders eigenlijk al vanaf het begin weinig vertrouwen in het bedrijf hebben gehad. Van meet af aan hadden de gebroeders Visser een 81 procentbelang in Fornix. In 2002 vond een omvangrijke herplaatsing plaats waardoor het belang van de broers terug viel tot 36,81%.

Deze verkoop vond plaats tegen een koers van rond de 10 euro per aandeel. In 2004 reduceerde Tjerk Visser zijn belang van 29,8 procent tot 12,4 procent en had Pieter Visser zijn volledige belang van 5,12 procent verkocht. In het eerste kwartaal van 2006 was ook Tjerk Visser van al zijn aandelen Fornix af.

Vanuit beleggingsoogpunt is het huidige Fornix één grote gok. Verkrijgt het alsnog een permanente registratie dan zal de beurskoers waarschijnlijk een impuls krijgen.

Is het een aflopende zaak, dan kunnen aandeelhouders nog enkele jaren een uitkering tegemoet zien, maar waarschijnlijk minder dan de huidige beurskoers rechtvaardigt. Met beleggen heeft het allemaal niet veel meer van doen.