Europese landen zouden eventueel bereid zijn het financiële steunfonds voor Europese lidstaten uit te breiden als dat nodig zou zijn. Als na Griekenland en Ierland ook Spanje in de problemen komt zou een verdere injectie bittere noodzaak worden.
Steeds meer nationale regeringen hebben moeite om de financiële reddingsacties uit te leggen aan hun kiezers. Maar ECB-bestuurder Axel Weber denkt dat er toch bereidheid is om nieuwe steun te geven als dat nodig is.
Nu hebben Europese landen samen met het IMF klaar staan. Aan directe steun zal door restricties en kosten een veel lager bedrag beschikbaar zijn.
Weber, voorzitter van de Duitse Bundesbank en een invloedrijke stem in het bestuur van de Europese Centrale Bank, zei woensdagavond tijdens een toespraak in Parijs dat de Europese landen niet zullen toestaan dat speculanten de euro ondermijnen en hun bijdrage aan het steunfonds altijd kunnen vergroten. 'Als dat bedrag niet genoeg is, dan kan het omhoog', aldus Weber. 'Een aanval op de euro heeft geen kans van slagen.'
Het steunfonds, in mei opgetuigd door de EU-lidstaten en het Internationale Monetaire Fonds (IMF), zou komende maanden onder druk komen te staan als na Ierland en Portugal ook Spanje garanties uit het fonds nodig zal hebben.
Ierse steun
Ierland vroeg eerder deze week steun van het fonds in de vorm van garanties. Het zou om maximaal 100 miljard gaan. Portugal heeft naar verwachting van onderzoekers van de HSBC Bank ongeveer de helft nodig om komende jaren door te komen.
Een eventuele Spaanse roep om hulp is er één van een totaal andere orde. Als Spanje steun nodig heeft dan zal het om meer dan 350 miljard gaan.
In dit ongunstige geval is er al voor 500 miljard aan steun vergeven en komt de bodem van het noodfonds in zicht.
De opmerking van ECB-bestuurder Weber moet gezien worden als een manier om het vertrouwen in de euro een steuntje te geven. Het is ook een precaire uitspraak omdat de ECB zich hier op politiek terrein bevindt.
Wel handig
Net als Weber vindt zijn collega Nout Wellink dat het aan de nationale overheden is om banken te steunen, niet aan de ECB. "Daar kunnen we niet tot in lengte van dagen mee bezig blijven", zegt Wellink in met het Belgische tijdschrift Trends.
Wellink vervolgt: "De ECB heeft zich in de bressen geworpen die de crisis geslagen heeft, maar wij zijn niet op aarde om de banken permanent van financiering te voorzien."
Het soepel leenbeleid aan alle banken door de ECB heeft volgens Wellink nadelen. "Er zijn banken die verslaafd zijn aan onze financiering en die het wel handig vinden om bij de ECB goedkoop krediet te krijgen. Dat willen we niet, want dat geeft een vertekend beeld van de onderliggende kracht van die banken."
Nu hebben Europese landen samen met het IMF klaar staan. Aan directe steun zal door restricties en kosten een veel lager bedrag beschikbaar zijn.
Weber, voorzitter van de Duitse Bundesbank en een invloedrijke stem in het bestuur van de Europese Centrale Bank, zei woensdagavond tijdens een toespraak in Parijs dat de Europese landen niet zullen toestaan dat speculanten de euro ondermijnen en hun bijdrage aan het steunfonds altijd kunnen vergroten. 'Als dat bedrag niet genoeg is, dan kan het omhoog', aldus Weber. 'Een aanval op de euro heeft geen kans van slagen.'
Het steunfonds, in mei opgetuigd door de EU-lidstaten en het Internationale Monetaire Fonds (IMF), zou komende maanden onder druk komen te staan als na Ierland en Portugal ook Spanje garanties uit het fonds nodig zal hebben.
Ierse steun
Ierland vroeg eerder deze week steun van het fonds in de vorm van garanties. Het zou om maximaal 100 miljard gaan. Portugal heeft naar verwachting van onderzoekers van de HSBC Bank ongeveer de helft nodig om komende jaren door te komen.
Een eventuele Spaanse roep om hulp is er één van een totaal andere orde. Als Spanje steun nodig heeft dan zal het om meer dan 350 miljard gaan.
In dit ongunstige geval is er al voor 500 miljard aan steun vergeven en komt de bodem van het noodfonds in zicht.
De opmerking van ECB-bestuurder Weber moet gezien worden als een manier om het vertrouwen in de euro een steuntje te geven. Het is ook een precaire uitspraak omdat de ECB zich hier op politiek terrein bevindt.
Wel handig
Net als Weber vindt zijn collega Nout Wellink dat het aan de nationale overheden is om banken te steunen, niet aan de ECB. "Daar kunnen we niet tot in lengte van dagen mee bezig blijven", zegt Wellink in met het Belgische tijdschrift Trends.
Wellink vervolgt: "De ECB heeft zich in de bressen geworpen die de crisis geslagen heeft, maar wij zijn niet op aarde om de banken permanent van financiering te voorzien."
Het soepel leenbeleid aan alle banken door de ECB heeft volgens Wellink nadelen. "Er zijn banken die verslaafd zijn aan onze financiering en die het wel handig vinden om bij de ECB goedkoop krediet te krijgen. Dat willen we niet, want dat geeft een vertekend beeld van de onderliggende kracht van die banken."