VEB.net maakt gebruik van cookies om het gebruiksgemak van de website te verbeteren. 

Europese liefde voor Griekenland definitief bekoeld

Griekenland hoopt met een nieuwe ronde draconische bezuinigingen beloofde miljarden uit Europa te krijgen. Dat zal gebeuren, maar in hun hart hebben Europese politici al lang afscheid genomen van het schuldenland.

Snijden, saneren en hervormen. Dat zijn de drie voorwaarden die Europese schuldenlanden opgelegd krijgen om miljarden aan noodhulp te ontvangen.

Maar het ene snijden, saneren en hervormen is het andere niet.

Zo kan bijvoorbeeld Portugal rekenen op afzwakking van de eisen als het allemaal wat te moeilijk wordt, bleek uit gesprekken tijdens de laatste ontmoeting van ministers van financiën.

Die mogelijke versoepeling werd onbedoeld nieuws: er was een microfoon blijven openstaan waardoor journalisten een particulier gesprek tussen de Duitse en Portugese minister konden opvangen.

Geen versoepeling
Voor Griekenland ligt dat diametraal anders. Met alle richtmicrofoons en luidsprekers van de wereld zal het moeilijk worden om Europese regeringsleiders te betrappen op relativering van opgelegd eisen aan het land.

Het is duidelijker dan ooit dat Griekenland niet het stoutste jongetje is een klasje van achterblijvers. Het land is een klasse op zich. Een klasse, die geen duimbreed aan onderhandelingsruimte of versoepeling van voorwaarden wordt gegund. Daarover lijken Europese beleidsbepalers het in ieder geval wel eens.

En dus moesten Griekse politici opnieuw hard snijden om een nieuwe tranche aan miljardensteun te krijgen. Iedere maatregel op zich zou in ieder ander land voldoende zijn om het openbare leven dagenlang plat te leggen.

Maar in Griekenland moet het allemaal tegelijk: verlaging van het minimumloon met 22 procent, minder medische zorg en defensie, het ontslag van 15.000 ambtenaren en lagere pensioenen.

Of die maatregelen de desastreuze Griekse economie nog verder onder water zal zetten lijkt geen gespreksonderwerp. Duidelijk is dat het nu alleen maar slechter gaat met de Griekse economie.

De werkloosheid is verder opgelopen van 18,2 procent naar 20,9 procent van de beroepsbevolking, terwijl de industriële productie in december met 11,3 procent bleek te zijn gekrompen.

Verder zijn de belastinginkomsten in januari met 7 procent geslonken, waar op 8,9 procent aan extra inkomsten was gerekend. Dat slaat een gat van nog eens 1 miljard in de Griekse begroting.

Besmettingsgevaar dooft
Of al die voorgenomen maatregelen genoeg zijn om de miljardensteun uit Europa te toucheren is niet zonder meer zeker. Tot nu is Griekenland er maar mondjesmaat in geslaagd om eerder aangekondigde bezuinigingen te halen. Een rammelend overheidsapparaat maakt dat moeilijk.

En dus begint het geduld van de rest van Europa nu echt op te raken. Europa voelt zich daarin gesterkt doordat het Griekse besmettingsgevaar lijkt af te nemen.

Vorige week werd er politiek gesteggeld in Athene over de nieuwe bezuinigingsmaatregelen. Vorig jaar zou dat tot grote onrust op de financiële markten hebben geleid. Nu daalden de beurzen wel wat, maar de rentes van Italië en Portugal daalden ook.

De ‘ontkoppeling' van Griekenland lijkt een onverwachte positief neveneffect van de trage Europese besluitvorming. Banken en markten hebben de mogelijkheid gegrepen om zichzelf minder kwetsbaar te maken voor het Griekse drama.