VEB.net maakt gebruik van cookies om het gebruiksgemak van de website te verbeteren. 

Zwakke Chinese handelscijfers weinig hoopgevend

Dat de Chinese economie vertraagt is bekend, maar de laatste data over de in- en uitvoer baren toch wel grote zorgen.

Met de crisis in Europa en de maar matig draaiende Amerikaanse economie is het nog altijd China die de wereldeconomie draagt. De tweede economie van de wereld wordt echter steeds harder geraakt door de economische malaise in het Westen.

Inmiddels groeit de Chinese economie iets boven de zeven procent, waar we aan de dubbele cijfers gewend waren geraakt.

Goede kans dat de Chinese groei de komende tijd verder zal terugvallen.

Bijna geen exportgroei
Recente cijfers over de Chinese handelsbalans over de maand juli verraden veel over wat er in de wereld gaande is en wat ons mogelijk nog te wachten staat.

De Chinese export steeg in juli met slechts één procent, waar economen op een groei van 8 procent hadden gerekend. In juni was nog sprake van een exportgroei van 11,3 procent.

Sinds november 2009, de periode van de kredietcrisis, is het exportcijfer niet zo laag geweest.

De export van China is de invoer van met name Europa en in mindere mate de Verenigde Staten. Dit cijfer toont aan dat het Westen beduidend minder Chinese goederen en diensten afneemt.

China streeft voor dit jaar naar een exportgroei van tien procent, maar die doelstelling staat nu op de helling.

Minder import
China zelf koopt ook minder dan gedacht in het buitenland. De Chinese invoer nam de afgelopen maand met 4,7 procent toe, tegen een plus van 6,3 procent in juni waar de verwachting lag op 7,2 procent.

Vooral de geringere behoefte van China aan allerlei grondstoffen geeft aan dat het land minder groeit en ook minder groei voorziet.

Per saldo kwam het handelsoverschot van China met het buitenland uit op ruim 25 miljard dollar, waar op 35 miljard dollar was gerekend.

Meer data glijden weg
De laatste macro-economische data uit China wijzen allemaal in dezelfde richting: een snelle groeivertraging.

Zwakke cijfers over de industriële productie, geringere binnenlandse kredietopname en een Chinese inflatie die in juli is uitgekomen op 1,8 procent op jaarbasis, tegen nog 2,2 procent de maand ervoor.

De Chinese inflatie is de afgelopen tweeënhalfjaar niet zo laag geweest en in hoog tempo teruggevallen.

De afname van de geldontwaarding kan vooral verklaard worden door een veel geringere stijging van de voedselprijzen.

Extra stimuli
De Chinese overheid streeft naar een maximale inflatie van vier procent. Nu het cijfer daar duidelijk onder zit zien we steeds meer stimuleringsmaatregelen loskomen.

Zo heeft de Chinese centrale bank in meerdere stappen de rente verlaagd en zijn de kapitaaldekkingseisen voor banken verder versoepeld.

Economen beginnen zich steeds meer af te vragen of de Chinese bank het tij kan keren. De ontwikkelingen in het Westen zijn dusdanig problematisch dat daar wellicht nauwelijks tegen op te stimuleren valt.

Bovendien moet China oppassen dat het niet te veel lucht in de eigen economie pompt. Daar tegenover bestaat nog altijd het risico van een harde landing voor de Chinese economie.

Valutaspel
Mogelijk dat China nog wat aan de eigen valuta gaat rommelen. Een zwakkere yuan kan er voor zorgen dat het land aantrekkelijker wordt voor het buitenland.

Maar een verdere verzwakking van de yuan ligt politiek echter uiterst gevoelig, vooral waar het de Verenigde Staten betreft.

Bovendien staat een depreciatie van de yuan ter bevordering van de export haaks op het Chinese beleid juist de binnenlandse bestedingen aan te sporen.