VEB.net maakt gebruik van cookies om het gebruiksgemak van de website te verbeteren. 

Product 1 en 2 Kempen Eurozone Trigger Note 13- 18 én Trigger Plus Note 13-18

Beleggingsproducten zijn er in vele soorten en maten. Beleggers krijgen soms aanbiedingen die te mooi lijken om waar te zijn of vooral vragen oproepen. Dan biedt de VEB checklist uitkomst. 

Deze keer: Product 1 en 2 Kempen Eurozone Trigger Note 13- 18 én Trigger Plus Note 13-18

Wat is het en voor wie?
Kempen bracht in januari op dezelfde dag twee producten op de markt met bijna dezelfde naam. Dat brengt het risico met zich mee dat klanten zich vergissen. Daar komt bij dat de brochures van de Kempen Eurozone Trigger Note 13-18 en die van de Kempen Eurozone Trigger Plus Note 13-18 op het eerste oog identiek zijn.

Alleen al een andere afbeelding op de omslag van de brochures had veel gescheeld. De producten verschillen namelijk op essentiële punten van elkaar.

De uitgiftekoers was voor beide producten 101 procent van de nominale waarde. De Kempen Eurozone Trigger Note 13-18 heeft een maximale looptijd van 5 jaar en heeft ING Bank als debiteur. Afhankelijk van de stand van de Euro- Stoxx50-index wordt ieder jaar bekeken of de note vroegtijdig wordt afgelost.

Er is dus een kans dat de inleg al na één jaar terugkomt. Als de EuroStoxx50 op een peildatum op of boven de startwaarde (vastgesteld op 2744,50 punten) staat, wordt de note afgelost tegen de nominale waarde, vermeerderd met de premie van 9,25 procent per verstreken jaar. Staat de index onder 2744,50, dan krijgt men geen 9,25 procent.

Aan het eind van de rit krijgen beleggers de nominale waarde terug, tenzij de Euro-Stoxx50 met meer dan 40 procent is gedaald ten opzichte van de startwaarde, want dan krijgt men het volledige koersverlies voor de kiezen. Dat is bij een stand beneden 1646,70 punten. Premie is er alleen boven 2744,50 punten.

De andere note, de Eurozone Trigger Plus Note 13-18, heeft ook een maximale looptijd van 5 jaar maar heeft Van Lanschot, het moederbedrijf van Kempen, als debiteur. Dat scheelt, want Van Lanschot wordt door de kredietbeoordelaars een paar stapjes minder kredietwaardig geacht dan systeembank ING.

Bij deze Plus-note wordt op dezelfde manier als hierboven ieder jaar bekeken of er wordt afgelost. Maar de Plus van deze note is dat de kans op de premie wat groter is.

Als de EuroStoxx50 op een peildatum hoger staat dan 80 procent van de startwaarde (eveneens 2744,50, het cruciale niveau is dus 2195,60) keert de note een premie uit van
8,75 procent. Die is dus wel iets lager dan die van de eerste variant.

Gemiste premies worden hier met terugwerkende kracht uitgekeerd als de index op een latere peildatum weer boven 2195,60 staat. Aan het eind van de looptijd geldt ook bij de Plus-note dat er terugbetaling van de nominale waarde plaatsvindt, tenzij de EuroStoxx50 onder 1646,70 staat.

Als de EuroStoxx50-Index op de laatste peildatum nog boven de 80 procent staat, krijgen beleggers de nominale waarde terug inclusief de laatste premie en eventuele gemiste premies.

Kansen, kosten en risico’s?
De Trigger Notes zijn dagelijks verhandelbaar via Euronext. De ISIN codes zijn XS0865387335 voor de Trigger en NL0009706415 voor de Trigger Plus. Eind februari waren beide notes ongeveer 3 procent onder de uitgifteprijs te koop, wat overeenkomt met de koersdaling van de EuroStoxx50. Let op: bij dit niveau keert de Plus-note dus wel een premie uit, de gewone Trigger niet.

Een ander belangrijk verschil tussen de beide Trigger Notes is de achterliggende debiteur. ING Bank krijgt A+ van Standard & Poor’s terwijl Van Lanschot het met BBB+ moet doen. Het feit dat ING een systeembank is en Van Lanschot gewoon failliet mag gaan, speelt ook mee.

Beide notes kosten volgens de brochures 3,5 procent eenmalig bij inschrijving. Dat is 0,7 procent per jaar als de rit wordt uitgezeten, maar gezien de grote kans op vroegtijdig aflossen bij beide notes is het toch erg veel.

CHECKLIST
 

CHECKLIST