VEB.net maakt gebruik van cookies om het gebruiksgemak van de website te verbeteren. 

Niet veel nodig om eurocrisis weer te laten oplaaien

Het was een tijdje stil in Zuid-Europa, maar dankzij de Portugese Banco Espirito Santo zijn de zorgen over de eurocrisis weer terug. Dat het wankelen van een middelgrote Portugese bank tot grote onrust leidt, laat zien dat de crisis nog steeds geen geschiedenis is.

Bij Banco Espirito Santo rommelt het al een tijdje.

Na een leiderschapscrisis vorige maand  is er nu onduidelijkheid over de financiële situatie van de belangrijkste aandeelhouder, het conglomeraat Espirito Santo International. Bank en aandeelhouder zijn sterk met elkaar verweven.

De balanceeract van Espirito Santo heeft al eerder voor flinke onrust op financiële markten gezorgd. Na fikse koersdalingen in het aandeel werd eind vorige maand een verbod op short gaan ingevoerd. Portugese staatsobligaties zijn daarna onder druk gekomen, het rendement steeg van circa 3,5 naar 4 procent.

Deze week blijft het echter niet beperkt tot Portugal. Donderdag leidden zorgen over de bank tot fikse koersdalingen over de hele wereld. Zuid-Europese bankaandelen doken flink omlaag en tot op Wall Street stonden de koersen onder druk.

Meer dan lokaal
Dit gaat natuurlijk niet alleen over de eventuele redding van de tweede bank van Portugal. Zoals steeds in de eurocrisis is een relatief beperkt probleem aanleiding om te twijfelen aan de inrichting van de eurozone.

Analisten wijzen erop dat eurolanden die formeel geen Europese noodsteun meer krijgen er niet op kunnen rekenen dat de Europese Centrale Bank hun obligaties zal opkopen als hun staatspapier onderuit gaat, zoals tijdens de eurocrisis gebeurde. Portugal besloot in mei af te zien van verdere Europese noodsteun.

legt dus een gat bloot in het vangnet van noodmaatregelen dat tijdens de eurocrisis is opgetuigd.

Houdbaarheid
Het punt met dat vangnet is dat het bedoeld was als noodverband, maar dat de eurozone op langere termijn anders zal moeten worden ingericht om houdbaar te zijn. Dit betekent dat er meer economische integratie nodig is. Het denken hierover is echter volledig tot stilstand gekomen. Dit ondanks herhaalde oproepen daartoe vanuit onder meer de ECB.

ECB-president Mario Draghi liet deze week ook . In een speech in Londen maakte hij zich hard voor stevigere Europese hervormingsregels. Hij wees op de grote verschillen in concurrentiekracht tussen de eurolanden en stelde dat externe, Europese, druk kan helpen om overheden te dwingen hervormingen door te voeren waardoor die verschillen kunnen verdwijnen.

"Van buiten opgelegde discipline kan helpen om te zorgen dat het debat niet gaat over de vraag of hervormingen moeten worden doorgevoerd, maar hoe die hervormingen eruit moeten zien."

Liever niet
Meer Europese economische integratie gaat in de ogen van Draghi zonder twijfel hand in hand met het delen van de schuldenlast van alle Europese landen. Dat laatste is echter iets waar niemand in Noord-Europa op zit te wachten.

Dit bleek vrijdag ook weer. In een groot interview met de Duitse krant WirtschaftsWoche de Duitse AAA-rating de hemel in.

Hij keerde zich hierin tegen de uitgifte van euro-obligaties. Duitsland kan de schuldenlast van heel Europa niet in zijn eentje dragen en ook niet met Oostenrijk, Luxemburg en Finland samen, aldus Marcel Fratzscher.

De eurozone verkeert dus in een impasse en de regeringsleiders hebben alle lust om verder na te denken over gezamenlijk economisch beleid laten varen.

Het gevolg is dat het opnieuw opleven van de eurocrisis op de loer blijft liggen en het wankelen van een middelgrote bank in Portugal al genoeg is om flinke onrust op de financiele markten te veroorzaken.
il"