VEB.net maakt gebruik van cookies om het gebruiksgemak van de website te verbeteren. 

De investeringen in de olie- en gasindustrie beginnen een punt van zorg te worden voor Amerikaanse banken. ABN Amro heeft ook circa 13 miljard euro aan blootstelling op de energiesector. Toch meent de bank maar beperkt gevoelig te zijn voor de oliekrach.

Tijdens de cijferpresentatie door Wells Fargo en JP Morgan Chase vorige week was er relatief veel aandacht voor de impact van de olieprijsdaling op de bankbalansen.

Wells meldde een duidelijke toename van de voorzieningen op zakelijke kredieten als gevolg van de olieprijsdaling.

Topman Jamie Dimon van JPMorgan stelde dat als de olieprijs het hele jaar op 30 dollar per vat blijft, dit 750 miljoen dollar aan voorzieningen gaat opleveren voor de bank. Op een kredietportefeuille van bijna 50 miljard dollar, is dat een voorziening van 1,5 procentpunt.

Blootstelling

ABN Amro heeft ook een aanzienlijke blootstelling aan energie en grondstoffen. Tijdens de derdekwartaalcijfers heeft de bank meer inzicht gegeven in de investeringen in deze hoek. Er is ongeveer 5,1 miljard puur in de energiesector geïnvesteerd.

Daarnaast is er nog een aanzienlijk bedrag uitgeleend aan de energiegerelateerde grondstoffen. Het gaat om nog eens 7,3 miljard euro. De totale blootstelling komt op circa 12,4 miljard euro.

Volgens ABN Amro is echter maar een kwart van deze kredieten gevoelig voor de olieprijs. Een groot deel is financiering van grondstoffenhandel en in deze branche zijn de risico’s op olieprijsbewegingen afgedekt, aldus de bank.

Hedgen

Andere leningen die ook olieprijs-ongevoelig zouden zijn, zijn kredieten aan geïntegreerde oliebedrijven, kort gezegd de Shells van deze wereld. Interessant is dat de opsplitsing in categorieën die ABN Amro heeft gemaakt van zijn investeringen, zonder namen te noemen, sowieso leest als een wie-is-wie van de Nederlandse beursgenoteerde energiesector.

Kredieten voor gasterminals en FPSO's zijn ook ongevoelig voor de olieprijs, aldus ABN Amro. Hierbij komen meteen Vopak en SBM Offshore in gedachten. Volgens de bank zijn kredieten voor offshore dienstverlening, denk aan Boskalis en Fugro, enigszins gevoelig voor de olieprijs.

Vooraan

Per saldo zit maar 10 procent van de hele kredietportefeuille direct in de winning van olie en gas, circa 1,2 miljard euro dus. ABN Amro denkt echter dat er op deze kredieten voldoende waarborgen zitten om verliezen voor de bank te beperken of voorkomen. Dan gaat het om een kapitaalstructuur die zorgt dat verliezen eerst elders neerslaan of pandrechten.

Een soortgelijke redenering volgen Amerikaanse bankiers ook. “Een faillissement betekent niet dat je lening slecht is”, zei Dimon van JPMorgan vorige week. Dat verklaart ook de relatief kleine voorziening van 1,5 procentpunt die deze bank voorziet.

De banken betogen al met al dat het wel losloopt met de impact van de olieprijskrach op hun balansen. Of dit allemaal ook nog geldt als olie zakt naar 10 euro per vat, een prijsniveau dat de laatste dagen opgeld doet, is een andere vraag.