VEB.net maakt gebruik van cookies om het gebruiksgemak van de website te verbeteren. 

Beleggen in aandelen kan op vele manieren. Agressief, met een sterke nadruk op snel groeiende technologiebedrijven of defensief, met een goed gespreide portefeuille van aandelen in stabiele bedrijven die een hoog dividend uitkeren. Maar Panta rhei (alles stroomt), zoals de Griekse filosoof Heraclitus 2500 jaar geleden al vaststelde.

Niets blijft ooit hetzelfde, ook ‘defensief’ bij beleggen in aandelen niet. Tot 2008 golden bankaandelen als uitermate defensief, het waren volgens beleggingsadviseurs ‘veredelde obligaties’ met een rustig koersverloop die altijd wel minstens hun hoge dividendrendement zouden blijven opleveren. De Kredietcrisis maakte abrupt een einde aan deze misvatting.

Oliemaatschappijen staan dankzij de energietransitie en de klimaatproblemen in een heel ander daglicht dan 10, 20 jaar geleden. ‘Never sell Shell’ is een uitspraak die uw beleggingsadviseur tegenwoordig niet snel meer zal doen. Ook voorheen defensieve sectoren als vastgoed, tabak en telecommunicatie staan nu in een ander daglicht.

Wat wel blijft is dat veel beleggers graag een spaarpot opbouwen met ‘defensieve aandelen’, een portefeuille die zo goed mogelijk bestand is tegen een recessie. De definitie van de beleggingscategorie ‘defensief’ is dan ook aan een update toe, stelt ook de Amerikaanse vermogensbeheerder Capital Group in een recente publicatie .

Beleggers moeten vooral kijken naar bedrijven met een sterke winstgroei, innovatieve producten, prijszettingsvermogen en de mogelijkheid om de gevestigde sectoren op te schudden, vindt Jonathan Knowles, portefeuillebeheerder bij Capital Group. Hij stelt dat een technologiebedrijf als Alphabet, het moederbedrijf van Google, defensief genoemd kan worden op basis van de cashflow en dominante positie. Alphabet kan het bij een aanhoudende economische krimp goed doen, dankzij zijn sterke winstpotentieel, het innovatievermogen en de relatief aantrekkelijke waardering, vindt Knowles.

Facebook is volgens hem ook een groeibedrijf met duidelijk anticyclische kenmerken. Een ander voorbeeld is CME Group, het in Chicago gevestigde beursbedrijf dat handel in derivaten, opties en futures verzorgt. De omzet van CME is in eerdere periodes van extreme marktvolatiliteit gestegen.

De definitie van wat beleggers defensief noemen is aan het verschuiven, nieuwkomers zoals Amazon, de veranderende smaak van de consument, de massale consolidatie en de concurrentie van startende online voedselleveranciers hebben de markt verstoord. Het altijd als defensief beschouwde Kraft Heinz bijvoorbeeld kreeg het moeilijk toen consumenten steeds meer voor verse levensmiddelen en biologische voeding kozen in plaats van verwerkte producten. In februari moest Kraft Heinz een waardevermindering doorvoeren van 15,4 miljard dollar en verlaagde het zijn dividenduitkering met 36 procent. Traditionele sectoren als levensmiddelen zijn dus ook niet zo defensief als ooit gedacht werd.

Ook bedrijven die zijn opgenomen in de populaire Amerikaanse waarde-indexen worden vaak als defensief gezien vanwege hun lage koers-winstverhouding. Maar als zij geen dividend uitkeren en evenmin hoge credit ratings hebben wordt het anders. Bijna een kwart van de aandelen in de Russell 1000 Value Index had in 2018 bijvoorbeeld een dividendrendement van minder dan 0,1 procent, en ongeveer 40 procent van de door kredietbeoordelaars beoordeelde bedrijven in die index had een BBB- of lagere rating. Bij die bedrijven kan een gemiste schuldaflossing of een ratingverlaging de aandelenkoers doen instorten.

Beleggers doen er goed aan zich te richten op bedrijven van hogere kwaliteit in termen van winstgevendheid en balansverhoudingen. Dat zijn anno nu lang niet altijd de vertrouwde namen die decennialang een hoeksteen van de portefeuille genoemd werden. Panta Rhei.