VEB.net maakt gebruik van cookies om het gebruiksgemak van de website te verbeteren. 

De olieprijs wordt dit jaar van twee kanten geraakt: er is een fors afgenomen vraag vanwege de wereldwijde uitbraak van het coronavirus én de wereldolieproductie nam toe doordat de ruziënde producenten Rusland en Saoedi-Arabië het niet eens konden worden over productiebeperking. Beleggers in de oliesector hoeven voorlopig niet op rust te rekenen.

We schreven al over de risico’s van de lagere olieprijs voor Royal Dutch Shell, dat inmiddels in beurswaarde door Unilever gepasseerd is.

In de AEX moet Shell sinds de laatste herweging van afgelopen weekend behalve Unilever ook nog ASML voor zich dulden, omdat dit bedrijf weliswaar (nog maar een beetje) minder waard is dan Shell, maar wel volledig Nederlands is. De regels van Euronext tellen voor de indexweging van het half-Britse Shell alleen de A-aandelen mee.

Het is nog te vroeg om de uiteindelijke omvang van de vraaguitval door het coronavirus in te schatten, maar het is duidelijk dat de impact enorm zal zijn, stelt Shawn Driscoll, Portfolio Manager, Global Natural Resources Equity Strategy, bij T. Rowe Price in een recente analyse. Hij verwacht dat de olieprijzen voorlopig laag blijven. klik hier voor het artikel

Het lijkt er zelfs op dat de oliemarkt een periode ingaat waarin de olieprijzen langdurig onder het niveau zakken waarop producenten (een deel van) hun productie moeten staken. Voor West Texas Intermediate (WTI) ligt dat niveau tussen de 25 en 30 dollar per vat. Driscoll houdt er rekening mee dat de lage olieprijzen een dikke streep zetten door veel kapitaalinvesteringen in de sector - het aantal actieve boorplatforms in de VS zal vanaf februari 2020 waarschijnlijk met maar liefst 50 procent dalen - en ook zal de productie van veel bestaande oliebronnen moeten worden stopgezet zolang de olieprijzen onder de 30 dollar per vat blijven. In feite vereist de afgenomen vraag dat de productie wordt stopgezet en de booractiviteit afneemt om de markt weer in evenwicht te brengen.

Het goede nieuws is dat de olieprijzen op korte termijn weliswaar volatiel zullen zijn, maar dat het niet lang zal duren voordat de markt weer in evenwicht is. Zelfs met de verhoogde olieproductie in Saoedi-Arabië verwacht Driscoll het V-vormig herstel binnen een jaar, zoals ook te zien was na de forse prijsdalingen in 1986, 1988, 1998, 2008-2009 en 2014-2015. Lage olieprijzen waren in het verleden vaak de beste remedie voor lage olieprijzen, via de rem op de investeringen.

Een stevig V-vormig herstel lijkt voor Shell ook de enige manier om weer op de eerste plaats in de AEX-index te geraken. Een bijzaak natuurlijk, maar voor het prestige niet onbelangrijk voor de toonaangevende producent van fossiele brandstoffen.

Maar aandeelhouders die hun stukken Shell dit jaar in een ongekend tempo hebben zien halveren zitten met een fors verlies. Zij kunnen die grijze adviseur die altijd ‘never sell Shell’ riep er dit jaar nog wel eens op wijzen dat ‘fossilisatie’ soms ook het lot is van beurswijsheden.