VEB.net maakt gebruik van cookies om het gebruiksgemak van de website te verbeteren. 

3 april, 13:45

De ineenstorting van de olieprijs – niet alleen door de Coronacrisis maar ook door het doldwaze wedstrijdje ver plassen tussen Rusland en Saoedi-Arabië trekt een vernietigend spoor door olieland. Niet in de laatste plaats in het land dat in korte tijd zelfvoorzienend is geworden op oliegebied: Amerika. 

In de VS bestaat de plicht om oliebronnen die niet meer worden gebruikt, op te ruimen, de zogeheten Asset Retirement Obligation. Onder normale omstandigheden reserveert een olieproducent elk jaar een bedrag om aan deze toekomstige verplichting te voldoen.  

De lage olieprijzen zullen dit proces versnellen, omdat veel bronnen onrendabel zijn en daarmee eerder dan verwacht worden gesloten. De reserveringen over de resterende productie zijn dan relatief hoger, waardoor deze nog onrendabeler wordt, hetgeen leidt tot een vicieuze cirkel. Dit doemscenario geldt met name voor kleine producenten, met relatief hoge productiekosten en kleine buffers. Bij deze faillissementen ‘verwezen de bronnen; niemand is er meer voor verantwoordelijk.    

Miljardenbedrag 
Uiteindelijk moeten deze weesbronnen opgeruimd worden en bij gebrek aan een eigenaar is de staat de klos. Dit is een groot gevaar; volgens Carbon Tracker bevonden zich alleen al in Californië 67.000 bronnen die op korte termijn uit productie zullen gaan, met gemiddelde opruimkosten van een ton per stuk. Om dit probleem het hoofd te bieden, verhoogden enkele staten al belastingen voor olieproducenten. 

Rentabiliteit nog verder onder druk 
Daarbij ligt het in de lijn der verwachting dat oliebedrijven ook extra kapitaal moeten aanhouden om de verwachtte opruimkosten te dekken; als olie-inkomsten terugvallen, zullen overheden extra zekerheden verlangen, zoals het vasthouden van extra kapitaal. Een absoluut rampscenario voor de rentabiliteit en het vermogen dividend uit te keren aan aandeelhouders.