Terwijl de coronacrisis over de wereld spoelde wist Unilever de omzet redelijk op peil te houden. Een krimp in opkomende markten werd gecompenseerd door hamsterende consumenten in het westen. Vooruitkijkend toonde de top van het concern zich opvallend optimistisch.

Unilever zette in het eerste kwartaal 12,4 miljard euro om. Dat was ongeveer evenveel als in de eerste drie maanden van 2019.

Natuurlijk waren de effecten van de coronacrisis groot. Door de wereldwijde spreiding van Unilever deden de negatieve en positieve effecten elkaar echter grotendeels teniet. In opkomende markten was sprake van flinke krimp. In China al vanaf januari, in India in de laatste week van maart met een complete lockdown van het land.

Tegelijkertijd nam de omzet op het westelijk halfrond in het kwartaal met 4,8 procent toe. Het hamsteren door consumenten zorgde voor een flinke omzetgroei, en ook de schoonmaakwoede en het vele handen wassen hielp de verkoop van zeepproducten. In Europa was een negatieve factor dat de crisis in Italië al iets eerder in het kwartaal oplaaide.

Naast de geografische spreiding heeft Unilever ook een flinke spreiding in het productaanbod. De verkoop van ijs anders dan voor thuisconsumptie en producten en diensten die door Unilever Food Solutions worden geleverd aan restaurants werden hard geraakt. Daar staan echter positieve effecten voor levensmiddelen en de schoonmaakartikelen tegenover.

Significant herstel in China
Doordat Unilever zo groot is heeft het relatief goed zicht wat er gebeurt in China, India en andere opkomende landen. In een toelichting voor analisten ging topman Alan Jope daar ook uitgebreid op in. Zijn boodschap was opvallend positief.

“In China beginnen we een significant herstel te zien. Er komen behoorlijk sterke cijfers vandaan nu we uit deze situatie komen. India kwam in de laatste week van maart volledig tot stilstand. We zien daar ook een hervatting van verkoop en productie”, zei Jope. Hij voegde toe optimistisch te zijn voor hoe opkomende markten het als groep zullen doen in de tweede helft van het jaar.

Vaardig in crises
De bestuursvoorzitter denkt dat als het stof straks is neergedaald Unilever een sterkere concurrentiepositie zal hebben. Concurrenten zouden bijvoorbeeld de productie niet zo snel weer kunnen opstarten als Unilever. “Wij zijn uitzonderlijk vaardig om onszelf door crises in opkomende markten te loodsen. Ik geloof er sterk in dat wij hier met een verbeterd profiel uit komen.”

Unilever liet tegelijkertijd wel de verwachting voor dit jaar los. Er is onzekerheid over de duur van de crisis in verschillende landen, de impact van de overheidsmaatregelen en hoe consumenten op de lange termijn zullen reageren. “We weten gewoon niet wat er gaat gebeuren met dit virus en een tweede golf. Te ver vooruit kijken is risky business”, zei Jope. Eerst wordt het dus nog even doorbijten, ook voor Unilever.

Beleggers beloonden het aandeel Unilever niet voor het getoonde optimisme, dat verloor donderdag een procent in een duidelijk hogere AEX.