VEB.net maakt gebruik van cookies om het gebruiksgemak van de website te verbeteren. 

Mensen sparen meer dan ze beleggen maar ze steken wel meer in groene obligaties en duurzame fondsen.

European Investors-VEB is een trotse partner van de derde editie van het Europese rapport "Capital Markets Union Key Performance Indicators", dat vandaag is gepubliceerd door AFME.

De Europese kapitaalmarkten zijn cruciaal bij het bevorderen van economische groei op de lange termijn en het herstel van de ernstige gevolgen van de COVID-19-crisis in heel Europa. Daarom werkt European Investors-VEB actief mee aan dit rapport om beter inzicht te krijgen in de ontwikkelingen op de Europese kapitaalmarkten en regelgevers en toezichthouders met data te overtuigen van noodzakelijke aanpassingen om de financiële markten optimaal te laten functioneren.

Het rapport en het huidige tijdsgewricht
Het rapport komt dit jaar uit tijdens een uitdagende periode voor de Europese economieën. Vanwege de coronacrisis die een sterke economische neergang en sociale problemen tot gevolg heeft, gecombineerd met de uitvoering van het Klimaatakkoord en de duurzaamheidstransitie, heeft Europa nu meer dan ooit goed functionerende kapitaalmarkten nodig om financiering van bedrijven en projecten te kanaliseren. Gelukkig heeft de COVID-19-crisis de Europese grensoverschrijdende financieringsstromen voor bedrijven en huishoudens niet significant verstoord. De interne markt blijft functioneren en er is voldoende kapitaal beschikbaar om te investeren.

Het nieuwe rapport volgt de recente voortgang van het Capital Markets Union (CMU)-project aan de hand van zeven Key Performance Indicators.

Het rapport laat ook zien of individuele lidstaten vooruitgang hebben geboekt bij belangrijke maatstaven zoals toegang tot financiering door aandelen, niveaus van marktintegratie, overgang naar duurzame financiering en een innovatieve fintech-sector.

Het rapport komt tot stand door een samenwerking van tien internationale belangenorganisaties onder leiding van de verenging van Europese kapitaalmarkten. Omdat de overgangsperiode voor de terugtrekking van het Verenigd Koninkrijk uit de EU eindigt op 31 december 2020 onderscheidt dit rapport de prestaties van de kapitaalmarkten in de EU-lidstaten en het VK afzonderlijk. Ook worden de EU en het VK afgezet tegen andere kapitaalmarkten zoals de Verenigde Staten en Japan.

Belangrijkste bevindingen
In de belangrijkste bevindingen wordt de impact van de COVID-19-pandemie waargenomen:

1. Ongekend hoge niveaus van kapitaalmarktfinanciering voor bedrijven in de eerste helft van 2020.
2. De uitgifte van duurzame obligaties is toegenomen, met een groei van sociale obligaties en een recordinstroom in groene beleggingsfondsen die het Europese ESG-leiderschap consolideren.
3. Een ondermaatse aandelenmarkt betekent dat middelgrote bedrijven afhankelijk blijven van bankleningen, waardoor hun groeimogelijkheden beperkt blijven.
4. De omvang van de securitisatie blijft dalen, waardoor de capaciteit van banken om hun kredietverlening uit te breiden, werd beperkt.
5. Kapitaalmarktenunie had meer kapitaal dan ooit nodig om herstel op lange termijn te ondersteunen.

Enkele cijfers nader bekeken
De belangrijkste bevindingen tonen aan dat de EU in de afgelopen 12 maanden, inclusief de zes maanden sinds het begin van de COVID-19 pandemie, voldoende kapitaal beschikbaar heeft voor economisch herstel. Financiering uit kapitaalmarktinstrumenten, voornamelijk vastrentende effecten zoals obligaties, steeg met 44 procent op jaarbasis. Dit heeft geresulteerd in een toename van het aandeel van marktfinanciering voor EU-bedrijven van 11 procent in 2019 tot 14,5 procent.

Tegelijkertijd blijft het midden- en kleinbedrijf enorm afhankelijk van bankleningen: de bankleningen aan het MKB in de EU27 bedroegen in totaal 573 miljard euro in de eerste helft van 2020, vergeleken met slechts 14,1 miljard euro aan risico dragend kapitaal. Anders dan in de Verenigde Staten is de Europese economie voornamelijk gebaseerd op bankleningen en niet op durfkapitaal.

Over het afgelopen jaar hebben Europese huishoudens de hand verder op de knip gehouden.  Zij hebben hun spaarquote verhoogd tot recordniveaus van 16 procent van hun besteedbaar inkomen in het eerste kwartaal van 2020 (versus 12 procent in 2019). De meeste van die spaargelden zijn echter voornamelijk gestald in bankdeposito's met een laag rendement en niet in beleggingen. Dat komt waarschijnlijk voort uit de onzekerheid wat de COVID-19 pandemie nog voor economische impact heeft op het dagelijkse leven. Tegelijkertijd is het een tijdbom omdat het rendement op het spaargeld nihil is en het vermogen daarmee niet groeit en financiering van bijvoorbeeld pensioen onder druk zet.

De groei van groene obligaties verstevigt Europa's leiderschap op het gebied van maatschappelijk verantwoord (ESG) investeren: in de eerste helft van 2020 had ruim een kwart (27 procent) van de obligatie-uitgifte in Europa een duurzaamheidslabel. Ook de toestroom in groene beleggingsfondsen en ETF’s brak een record. Dit suggereert dat de COVID-19 pandemie de belangstelling van beleggers voor ESG-kwesties heeft vergroot.

Wat betreft de innovatie in de fintech-sector loopt de EU wereldwijd nog steeds achter: zeven Europese landen hebben het afgelopen jaar fintech-innovatiehubs opgericht. De investeringen in fintech-bedrijven in de EU-27 in de eerste helft van 2020 (1,5 miljard euro) blijven echter lager dan in andere grote regio's zoals de VS (7,4 miljard euro) en het VK (2,1 miljard euro).