VEB.net maakt gebruik van cookies om het gebruiksgemak van de website te verbeteren. 

De resultaten over het eerste kwartaal maakten duidelijk dat ABN Amro nog een lange weg heeft te gaan. De bank zag rentebaten dalen, commissie-inkomsten stagneren en de winst kwam uit op slechts 29 cent per aandeel. De beurs reageerde woensdag (18 mei) ongenadig met een koersdaling van meer dan 10 procent.

Een cynicus zou stellen dat de koersval net te laat komt. ABN Amro rondde vorige week zijn aandeleninkoop-programma van 500 miljoen euro af.

Als de bank even had gewacht, had het dus dezelfde aandelen tegen een korting van tien procent kunnen kopen. Al is dat natuurlijk een bijzaak in verhouding tot alle probleemdossiers die bij ABN Amro op tafel liggen.

We nemen drie probleemdossiers onder de loep.

Probleemdossier 1: Hogere kosten opsporen witwassen
Een in het oog springend probleem was dit kwartaal de extra voorziening voor het op orde brengen van de systemen om witwaspraktijken te kunnen voorkomen. 

Het probleem was niet zozeer de voorziening van 50 miljoen euro (slechts een half procent van de beurswaarde), maar het feit dat er maar geen einde lijkt te komen aan de extra kosten die de bank moet opvoeren om anti-witwassystemen op orde te krijgen. “Het herstelwerk kost meer moeite dan verwacht”, zo moest de bank toegeven.

De VEB meent dat ABN Amro beleggers niet tijdig en adequaat heeft geïnformeerd over de ernst van de witwasproblematiek in het voorjaar van 2021. Beleggers die schade hebben geleden kunnen zich hier melden.

Probleemdossier 2: Rentemarge ABN Amro in de knel
Kostenstijgingen kan de bank niet gebruiken, want de inkomsten dalen ook. Waar ABN Amro in het vierde kwartaal van 2021 nog circa 37 cent op iedere euro verdiende, was dit over de eerste drie maanden van dit jaar slechts 22 cent.

Naast de hogere kosten voor betere witwassystemen, speelt mee dat de rentemarge van ABN Amro bleef kwakkelen in het eerste kwartaal. Deze stond op slechts 1,21 procent, exclusief het eenmalige zogenaamde TLTRO-voordeel (in feite kreeg ABN Amro geld toe van de ECB op voorwaarde dat het geld uitleende aan het bedrijfsleven).

Ter vergelijking: in 2018 en 2019 kwam de totale rentemarge nooit onder de 1,6 procent. Die 1,2 procent is dus een flinke aderlating.

Natuurlijk hadden alle banken last van de opkoopacties van de ECB , het gebrek aan kredietvraag en de nóg lagere rentes gedurende de pandemie. Daarom is het goed om de rentemarge van ABN Amro af te zetten tegen die van grote broer ING.

Netto Rentemarge banken onder druk
 
Bron: datasets ING en ABN Amro.

Uit de bovenstaande grafiek wordt duidelijk dat ABN Amro sinds de pandemie op het vlak van de rentemarge veel slechter presteert dan ING. Daarbij was het eerste kwartaal er nog een om snel te vergeten.

Probleemdossier 3: Nieuwe hypotheken leveren weinig op
ABN Amro heeft veel problemen, maar het grootste probleem voor beleggers is de winstgevendheid van de consumentenbank. In 2018 en 2019 werd er door ABN Amro per kwartaal gemiddeld een kwart miljard euro verdiend aan consumentenbankieren. In het afgelopen kwartaal was dat slechts 94 miljoen euro. Die winstval is des te opmerkelijker omdat ABN Amro winstgevende MKB-klanten in de consumententak heeft geschoven.

De rentebaten in het segment zijn sinds het eerste kwartaal van 2020 met 20 procent teruggelopen, bij ING was de daling 13 procent. In diezelfde periode zijn inkomsten uit commissies (bijvoorbeeld kosten voor het aanhouden van betaalrekeningen) bij ABN Amro per saldo gelijk gebleven, en die bij ING met 24 procent gestegen. Ook op het gebied van kosten scoort de retailtak van ABN Amro substantieel ondermaats.

Maar wat ABN Amro vooral parten speelt, is de rente die het ontvangt op nieuw verkochte hypotheken. Deze daalt al jaren gestaag. De oude hypotheken worden ook nog eens versneld afgelost of vervangen. Zo verdween in het vierde kwartaal van 2020 zo’n 3,7 procent van de portefeuille door klanten die verhuizen of aflossen. Sinds eind 2019 werd bij ABN Amro in totaal bijna 30 procent van de portefeuille  afgelost en vervangen door hypotheken met een lagere rente.

Dat is ook meteen het verschil tussen de Nederlandse consumententak van ING en ABN Amro. De laatste is veel meer afhankelijk van hypotheken. ING Groep heeft daarnaast nog grote hypotheekportefeuilles in andere landen, zoals Duitsland, waar de hypotheekrente stabieler was.

Hoe verder?
Voor beleggers is belangrijk dat ABN Amro de ambitie om het kostenniveau te verlagen naar 4,7 miljard euro op jaarbasis in 2024 waarmaakt. Nu zit de bank op 5 miljard euro en daar zijn de bankentaks en kosten die het van de toezichthouders moet maken van vorig jaar ruim 400 miljoen euro nog niet bij.

Indien de bank slaagt in de kostenbesparingsmissie levert dat netto een slordige 500 miljoen euro extra winst op per jaar (na belasting). Dat lijkt een enorm bedrag afgezet tegen de beurwaarde die woensdag als gevolg van de koersval onder de 10 miljard euro

 




Gerelateerde artikelen