VEB.net maakt gebruik van cookies om het gebruiksgemak van de website te verbeteren. 

De omzetstijging van Alfen was in 2022 spectaculair, maar dit jaar voorziet de laadpalenfabrikant toch iets minder spetterende groeicijfers. Op de aandeelhoudersvergadering (ava) van donderdag 6 april bracht het bedrijf goed nieuws over de toeleveringsketens, maar bleef nog veel onduidelijk over de marges.

Hoewel Alfen al in 1937 werd opgericht en al heel lang transformatorstations en andere zaken produceert voor het elektriciteitsnet, staat het tegenwoordig vooral bekend als bedrijf dat laadpunten maakt voor elektrische auto’s. Daarnaast produceert Alfen ook grote batterijen om vraag en aanbod op het elektriciteitsnet in balans te houden.

Die twee nieuwe activiteiten groeien hard. Daarom heeft het bedrijf ook ambitieuze doelstellingen voor de hele groep.

Doelstellingen gehaald
Alfen heeft vier doelstellingen voor de middellange termijn en daarvan heeft het er in 2022 drie met vlag en wimpel gehaald. Alleen de doelstelling om investeringen onder de drie procent van de omzet te houden, kwam niet goed uit de verf. Maar dat is eigenlijk geen probleem met de groeipercentages die het bedrijf boekt.

Middellange-termijndoelen Alfen gehaald


Bron: berekeningen VEB

De omzetgroei is zeker het vermelden waard, net als de stijgende marges. Ook weet het bedrijf meer te verkopen in het buitenland.

De resultaten zijn indrukwekkend en de hoge omzet is vooral veroorzaakt door de EV-charging divisie (de laadpalen voor elektrische auto’s). Helaas vertelt Alfen niets over de winst of marges per divisie. Iets waar de VEB donderdag in de ava andermaal op aandrong.  

Omzet Alfen

Bron: Alfen.

Groeivertraging
Het aantal elektrische auto’s op de weg groeit enorm, net als het aantal laadpunten. In 2022 groeide de omzet van Alfen’s laadpalendivisie met 143 procent tot circa 250 miljoen euro. Hoewel die toename indrukwekkend is, maakt het Alfen nog niet eens het beste jongetje van de klas. De grotere concurrent ABB verkocht in 2022 152 procent meer laders dan in het jaar daarvoor. Als we ervan uitgaan dat volume (het aantal verkochte laadpalen) gelijk staat aan omzet (dus exclusief servicekosten of inflatie), groeide ABB dus nog wat harder dan Alfen. Een nuance is wel dat Alfen zich toelegt op langzame laders voor kantoor- en thuisgebruik, terwijl ABB ook de zware snelladers levert die bijvoorbeeld door Fastned gebruikt worden.

Het lijkt erop dat Alfen dit jaar rekent op een groeivertraging. Het bedrijf verwacht een omzet van 540 miljoen tot 600 miljoen euro. In het midden van die bandbreedte (570 miljoen euro) zou de omzetgroei dan 30 procent zijn ten opzichte van 2022. Gelet op de groei van het afgelopen jaar (76 procent) en de groeidoelstelling van 40 procent is dat wel teleurstellend.  Vooral omdat de snelst groeiende divisies (die van de laadpalen en energieopslag) een groter deel uitmaken van de omzet dan voorheen waardoor de totale omzetgroei gemiddeld dus hoger zou moeten kunnen uitvallen in plaats van lager.

Werkkapitaal

Een ander aandachtspunt voor dit jaar is de stevige stijging van het werkkapitaal die vooral zichtbaar werd in 2022 (zie kader). Het was een gevolg van de wereldwijde tekorten aan onderdelen en grondstoffen die vorig jaar optraden als nabrander van de corona-lockdowns. Net als veel andere bedrijven legde Alfen daarom flinke voorraden aan en steeg het werkkapitaal dus flink.    

Naar verwachting zal de chaos in de toeleveringsketens in de loop van 2023 voor het grootste deel verdwenen zijn.  En dat zou betekenen dat Alfen kan groeien terwijl het tegelijkertijd werkkapitaal afbouwt en cash vrijspeelt. Een berekening van de VEB wijst op een vrije kasstroom die kan oplopen tot 95 miljoen euro (zie kader). Dat is toch niet verkeerd voor een bedrijf dat 1,6 miljard euro waard is op de beurs.

Aandeelhoudersvergadering
Op de ava van 6 april ging het bestuur uitgebreid in op dat werkkapitaal. Volgens Alfen nemen de tekorten aan componenten van autolaadpalen wat af.

 “Als toeleveringsketens verder normaliseren kunnen we onze extra voorraden afbouwen”, aldus cfo Jeroen van Rossen. Hij verduidelijkte dat vóór de pandemie de levertijd van cruciale onderdelen zes weken bedroeg; dat is nu veel langer. Wel waarschuwde hij dat Alfen in de toekomst mogelijk groter zal moeten inkopen als het gaat om batterijen, wat weer wat opwaartse druk op de voorraden geeft. 

De concurrentie zou harder geraakt zijn door strubbelingen in de keten, zo was althans de lezing van Alfen zelf. Omdat de distributeurs van laadpalen extra voorraden wilden aanleggen, zaten ook bij die andere partijen de orderboeken vol, maar veelal kon er niet geleverd worden.

Dat pakte gunstig uit voor Alfen. Veel vraag en beperkt aanbod duwden de prijzen van laadpalen omhoog, waardoor het bedrijf uit Almere – dat beter in staat was te leveren – vorig jaar mooie marges kon boeken.

Nu ketens normaliseren is de vraag of Alfen de winstmarges kan vasthouden zodra de concurrentie ook weer zal aanhaken.

Dit bericht is in oorspronkelijke vorm verschenen op 5 april jongstleden. Na het bijwonen van de ava van Alfen op 6 april is het artikel geactualiseerd.

Werkkapitaal geëxplodeerd


De omzetstijging bij Alfen is stevig, maar met het werkkapitaal van het bedrijf loopt het minder florissant. Werkkapitaal is het geld dat het bedrijf heeft geïnvesteerd in voorraden. Maar ook geleverde producten of diensten waar de klant nog niet voor heeft betaald vallen onder deze categorie. Hoe kleiner de voorraad en hoe sneller klanten betalen, hoe kleiner het beslag van het werkkapitaal op de balans van Alfen. Het werkkapitaal kan nog verder dalen door zelf de eigen toeleveranciers later te betalen.

Bij snelle groei is het altijd raadzaam om de werkkapitaalpositie in de gaten te houden omdat hiermee de kasstroom wordt gedrukt. Het (netto) werkkapitaal is momenteel ruim 100 miljoen euro, ongeveer een kwart van de omzet van 440 miljoen euro. Voor het idee: dat percentage lag in 2019 en 2020 rond de 5 procent.

Werkkapitaal Alfen explodeerde in 2021 en 2022

Bron: berekeningen VEB. De prognose voor 2023 is illustratief en geen voorspelling.

Als het werkkapitaal ten opzichte van de omzet gelijk blijft, betekent de omzetgroei naar 570 miljoen euro dat er ongeveer 30 miljoen euro extra geïnvesteerd moet worden in werkkapitaal. Tellen we daar de investeringen in fabrieken en machines bij op, dan is de benodigde investering om met 30 procent te groeien al snel 50 miljoen euro. Dat is precies de jaarwinst van afgelopen jaar. Toen was de vrije kasstroom overigens negatief.

De reden voor de sterke stijging van het werkkapitaal lig in de aangelegde voorraden van grondstoffen. Alfen heeft onderdelen en grondstoffen veiliggesteld en dat leidde tot hogere voorraadposities. Dat wil ook zeggen dat, als de toeleveringsketens normaliseren, het werkkapitaal weer flink kan zakken waardoor er veel geld vrijkomt.

Ervan uitgaande dat het werkkapitaal terug kan naar het niveau van 2021, kan een dagdromende belegger aan het rekenen slaan. Want dat zou betekenen dat Alfen zou kunnen groeien terwijl het tegelijkertijd werkkapitaal afbouwt en cash vrijspeelt. Bij een groei van 30 procent zou het werkkapitaal dan met 30 miljoen euro kunnen afnemen tot 74 miljoen euro.

Vervolgens gaan we er ook vanuit dat de onderliggende kasstroom (exclusief werkkapitaal) met 30 procent zal stijgen (in lijn met de omzet) en vallen ook de investeringen 30 procent hoger uit. Dan komt de som al snel op 95 miljoen euro vrije kasstroom. Dat is toch niet verkeerd voor een bedrijf dat 1,6 miljard euro waard is op de beurs. Hier zit natuurlijk wel een eenmalig effect van de werkkapitaalverbetering in.


Bron: berekeningen VEB, uitgaande van een gedeeltelijke normalisering van het werkkapitaal. NB: voor 2023 gaat het om een illustratieve berekening en geen voorspelling.

 

 


U heeft geen gratis artikelen meer over
Nog geen VEB-account?
Voor toegang tot de volledige website dient u een VEB-lidmaatschap aan te houden en in te loggen.
Meer infomatie over het VEB -lidmaatschap