VEB.net maakt gebruik van cookies om het gebruiksgemak van de website te verbeteren. 

De Fed en de ECB hebben het inflatiespook nog niet in de tang. De economie koelt nog niet voldoende af en de geldontwaarding blijft hoog. Toch laste de Fed een pauze in, officieel om te kijken hoe de genomen maatregelen uitpakken voor de economie. Australië en Canada kunnen daarbij dienen als voorbode.

De geldontwaarding in de eurozone lijkt nog lang hoog te blijven. Dat blijkt uit de jongste ramingen van inflatie van de economen van de Europese Centrale Bank (ECB). Die zien de prijzen dit jaar 5,4 procent stijgen, gevolgd door 3 procent in 2024 en ruim 2 procent in 2025. De bank mikt op 2 procent per jaar. Daarnaast ziet het er sterk naar uit dat ook de kerninflatie tot en met 2025 te hoog zal blijven. De ECB voorziet dus een daling van de inflatie, maar die is, om met ECB-president Lagarde te spreken, “niet op tijd en niet voldoende”.

De inflatieramingen van de ECB zijn voor alle jaren tot en met 2025 verhoogd, en dat is gebeurd zelfs nadat de ECB-economen in hun modellen een lagere olieprijs, een sterkere euro en flink lagere groothandelsprijzen van gas en stroom hebben ingevoerd. Een belangrijke constatering, want dit zijn juist de drie factoren die de inflatie omlaag moeten drukken. Dat de ECB-economen toch een hógere inflatie ramen voor alle jaren tot en met 2025 wil zeggen dat andere krachten, die de prijzen omhoog drukken, sterker zijn.

Loonstijging
De sterkste van die andere krachten is de ontwikkeling van de loonkosten. Volgens Lagarde nemen de loonstijgingen het stokje over van de energieprijzen als de belangrijkste drijfveren van de geldontwaarding. Kwam de inflatie eerst vooral uit de energiehoek, inmiddels is de stijging van unit labour costs (ULC), oftewel loonkosten per eenheid product, in toenemende mate de hoofdbron aan het worden. Die constatering is slecht nieuws voor de bank, omdat het betekent dat de inflatie steeds dieper in de dienstensector komt te zitten en daardoor almaar hardnekkiger wordt.

Met het bovenstaande in het achterhoofd, lijkt de renteverhoging van 25 basispunten waartoe de ECB in juni besloten heeft, eerder te weinig dan voldoende afgemeten. Ook wanneer de bank de rente in juli weer verhoogt, iets wat Lagarde al aankondigde.

De ECB zal de rente in de zomer verder opkrikken omdat de bank vastberaden is de inflatie terug te dringen naar 2 procent, stelde Lagarde: “Hebben we nog een weg te gaan met rentes? Ja. In juli verhogen we de rente weer.” De retorische vraag “zijn we er?” beantwoordde ze zelf met een resoluut “neen”.

Geen pauze
Later, tijdens de persconferentie, voegde ze daaraan toe dat het bestuur niet heeft gesproken over een mogelijke pauze in de cyclus van renteverhogingen. “Wij denken er niet eens over na, omdat we nog veel te doen hebben”. Volgens Lagarde is de eindbestemming bekend (2 procent inflatie), maar is de reis ernaartoe niet voltooid en heeft de bank nog een eind te gaan. Zij sloot de bijeenkomst af met behoorlijk oorlogszuchtige taal, door te stellen dat “zolang inflatie aanhoudt, de ECB ook zal volharden”.

Dat zijn stevige uitspraken en het geeft aan dat we er rekening mee moeten houden dat de ECB ook na de vergadering in juli niet klaar zal zijn met renteverhogingen. Kanttekening daarbij: de economie van de eurozone stagneert al sinds de herfst van vorig jaar, bleek onlangs uit de cijfers van Eurostat, het Europese bureau voor de statistiek. Aangezien de effecten van de eerdere renteverhogingen en gestegen kapitaalmarktrentes nog niet volledig aangekomen zijn in de economie – dat duurt doorgaans tussen één en twee jaren – zou het niet verbazen als de economische ontwikkeling de rest van het jaar blijft kwakkelen.

Deze ontwikkeling maakt het verdedigbaar dat de ECB na de renteverhoging in juli een pauze inlast. De Fed in de VS deed dat in juni al toen het rentecomité van de bank in Washington een dag voorafgaand aan de ECB-vergadering besloot de rente ongewijzigd te houden.

Vreemd besluit
Dat was best een vreemd besluit, want de Fed had eerder al geconstateerd dat in de komende kwartalen de economische groei en inflatie hóger en de werkloosheid waarschijnlijk láger zouden zijn dan de bank eerder raamde. Oftewel: de Fed-rente zou dus nog wat verder door moeten stijgen. En verwachtte de Fed niet zelf dat ze het jaar zouden moeten uitluiden met een rente van met iets meer dan 5,5 procent? Waarom dan wachten?

De reden die de Fed geeft, is dat de bank wil kijken hoe de economie reageert op eerdere renteverhogingen voordat het rentecomité in juli weer vergadert. Een vreemde redenering, want tussen nu en de volgende Fed-bijeenkomst zal de bank niet veel wijzer worden. Er staan nu eenmaal niet veel nieuwe cijfers over inflatie, groei en banenmarkt op de agenda.

Tijd kopen
Naar mijn mening weet de Fed echt wel dat de rente (veel) verder omhoog moet, maar wil de bank daar eigenlijk helemaal niet aan. Dan is een pauze inlassen met als argument het bekijken wat de effecten van de eerdere verhogingen zullen zijn, vooral een manier tijd te kopen. In de hoop dat de macro-economische cijfers de komende tijd zodanig zullen zijn dat de bank veilig kan verdedigen dat aanzienlijk verder verhogen van de rente niet meer nodig is.

Maar, gezien alle economische cijfers, zou het mij dus niet verbazen als de Fed in deze economische constellatie de rente dit jaar echt nog één of twee keer op zal moeten krikken – en de ECB wellicht ook.

Australië en Canada op de rem
Wat betreft het nut van een pauze is het interessant om eens een blik te werpen op twee andere westerse centrale banken. Ook de monetaire ridders van Canada en Australië besloten namelijk in juni hun officiële rentes weer te verhogen. Dit besluit namen deze centrale banken nadat ze eerder al een pauze hadden ingelast om te zien hoe hun economieën zouden reageren en om erachter te komen of eerdere renteverhogingen voldoende zouden zijn. Canada en Australië moesten echter de conclusie trekken dat de eerdere rentemaatregelen niet voldoende waren. Ze besloten om toch weer op de rem te trappen.

Dat kunnen we zien als een inkijk in de nabije monetaire toekomst van Europa en Amerika. Ook omdat Australië en Canada al eerder dan Fed en ECB waren begonnen met het verhogen van de rentes. Trekken de ECB en de Fed over enkele maanden dezelfde conclusie?

Edin Mujagić is macro-econoom, gespecialiseerd in het beleid van de centrale banken, en hoofdeconoom van OHV Vermogensbeheer. Dit artikel verscheen eerder in Effect nr. 7-8, 2023.

 

 


U heeft geen gratis artikelen meer over
Nog geen VEB-account?
Voor toegang tot de volledige website dient u een VEB-lidmaatschap aan te houden en in te loggen.
Meer infomatie over het VEB -lidmaatschap