VEB.net maakt gebruik van cookies om het gebruiksgemak van de website te verbeteren. 

Nieuw Kendrion. Zo noemt Joep van Beurden de industrieel toeleverancier nu de automotive-activiteiten zijn afgestoten. Die verkoop was niet alleen maar een afslanking van het bedrijf, het is een fundamentele verandering, wil de topman maar zeggen. Door zich te richten op een dertigtal hoogtechnologische nicheproducten moet Kendrion weer een bedrijf worden waar winstgevendheid op de eerste plaats staat.

Die producten zijn bijvoorbeeld remmen voor industriële robots en windmolens, maar ook onderdelen voor de regulatie van de bloedstroom in een dialyseapparaat. Het moet leiden tot een brutowinstmarge van 15 procent. Tegelijkertijd zou de omzet, vorig jaar 309 miljoen euro, zo’n 5 procent per jaar kunnen groeien.

Van Beurden legt uit waarom Kendrion de auto-activiteiten heeft verkocht. Hij onderbouwt waarom de nieuwe winstdoelstelling volgend jaar al behaald zal worden en stelt dat Kendrion beter af is op de beurs dan in handen van een private investeerder.

1: Hoe is het besluit om de auto-activiteiten te verkopen tot stand gekomen?
“De vraag of we beide richtingen wel naast elkaar konden doen, lag al langere tijd op tafel. Het ging daarbij om het risico dat we allebei half zouden doen en we nergens echt goed in zouden zijn. We hebben hier best wel even de tijd voor genomen, en hebben twee jaar geleden geconcludeerd dat we moesten kiezen. Uiteindelijk viel de keuze toen op de industriële activiteiten.”

2: De markten waarop Kendrion zich richt, zijn klein. De hele markt voor industriële remmen is maximaal achthonderd miljoen euro per jaar. Is dat niet heel klein?
“Het gaat inderdaad om echte nichemarkten. Wij zetten daar ongeveer honderddertig miljoen euro om en we hebben dus een marktaandeel van ongeveer 15 procent. Daarmee zijn wij een leidende speler. Daarnaast groeit deze markt met gemiddeld 6 procent per jaar. Wij verwachten tussen de 5 en 8 procent groei per jaar.”

3: Kendrion had een groeidoelstelling van 5 procent per jaar. Nu heeft u nadrukkelijk geen doel meer, maar een verwachting. Wat is het idee daarachter?
“Het was altijd zo dat groei de winstgevendheid dreef, nu zeggen we het omgekeerde. Als de winstgevendheid er is, willen we groeien. Dat is de draai die wij maken. Sommige jaren zal het 5 procent zijn, sommige jaren 8 procent, het hangt af van de winstgevendheid. Van ieder project dat wij doen, eisen we dat het meteen vanaf dag één de winstgevendheid heeft die wij hebben beloofd aan de markt. Als een project die winstgevendheid niet heeft, dan doen we het niet. Daarom hebben we het over Nieuw Kendrion. Dat klinkt misschien een beetje overdreven, maar is het niet.”

4: Hoe uniek zijn de producten die Kendrion maakt?
“Een voorbeeld is onze medische technologie. Wij hebben producten die een vloeistofstroom kunnen reguleren, bijvoorbeeld voor nierdialyses. Voor een nierpatiënt luistert het heel nauw hoe de stroom van het bloed uit de patiënt, door de machine en weer terug loopt. Daarbij wordt bijvoorbeeld gekeken of er niet een luchtbelletje in het bloed zit. Dit zijn geen dingen die je even in elkaar schroeft. Als wij eenmaal met zo’n product in een nierdialyseapparaat zitten, dan krijgen ze ons er niet snel meer uit. Zo zijn er nog dertig voorbeelden te geven.”

5: Zijn de winstmarges dan ook goed?
“We hebben veel intellectueel eigendom en veel prijsmacht. Er zijn grote hobbels om toe te treden tot deze markt en er is een goede groei. Met name qua winstgevendheid is het daardoor niet vergelijkbaar met de automotive-activiteiten. Daardoor kunnen we met veel vertrouwen onze nieuwe financiële doelstellingen afgeven.”

6: U verwacht het margedoel van 15 procent al in 2025 te halen. Is dat realistisch?
“Zeker, mits er natuurlijk niet weer iets als een coronacrisis komt. Wij zaten vorig jaar al op 13,5 procent en de eerste helft van dit jaar op 14,3 procent. Wij zijn natuurlijk wel afhankelijk van Europa en vooral Duitsland, en dat land kampt met economische problemen. Nu eens groeit de economie met 0,8 procent, dan weer met 1,2 procent, dan weer met nul procent. Het zou wel fijn zijn als er een jaartje kwam met 3 of 4 procent groei, maar daar ziet het niet naar uit. Tegelijk zien we dat de voorraden van onze klanten nu op een normaal niveau liggen. We verwachten niet dat ze hun voorraden nog verder zullen afbouwen, wat ons eerder parten speelde.”

7: Hoe hard werkt die slechte Duitse economie door in de activiteiten van Kendrion?
“Heel sterk. Ook zonder de automotive hebben wij nog steeds veel activiteiten in Duitsland. We hebben er twee remmenfabrieken en we leveren veel aan Siemens. Wij zien meteen hoe het in Duitsland gaat. Als de Duitse inkoopmanagersindex morgen in de krant staat, weet ik al wat die zal gaan zeggen. Daarvoor hoef ik alleen maar naar onze activiteiten te kijken. De klanten van onze klanten investeren nu minder in kapitaalgoederen. Als daardoor bijvoorbeeld geen robots worden verkocht, dan kunnen wij geen remmen voor die robots leveren.”

8: De hoge energieprijzen zijn een belangrijke reden voor de Duitse misère. Die blijven hoog. Kan er dan wel een herstel komen?
“Heel veel bedrijven in Duitsland zijn inderdaad energie-intensief. Ze zijn daar zeer afhankelijk van Russisch gas, en het stijgen van de energieprijzen heeft in Duitsland veel pijn gedaan. Nu is energie weer iets goedkoper, maar het ging vooral om de schok. Als op een gegeven moment bekend is wat de prijzen de komende tien jaar zullen zijn, dan passen mensen zich daaraan aan.”

9: Kendrion is onderdeel van de smallcapindex. De waarderingen van dit soort kleine aandelen op de Amsterdamse beurs zijn notoir laag. Heeft de beursnotering nog wel zin? Zou het bedrijf niet beter af zijn onder de vleugels van een investeringsfonds?
“Als ik kijk naar de handelsvolumes en die vergelijk met de Angelsaksische wereld, dan zijn die slecht. Dat zit de prijsvorming wel in de weg. Met de verkoop van tienduizend aandelen Kendrion zie je al een forse koersbeweging. Daar kan ik verder niks aan doen, maar dat is inderdaad wel een probleem. Dat gezegd hebbende, ieder bedrijf heeft zijn eigen eigendomsstructuur. Dat kan zijn als beursgenoteerd bedrijf, dat kan zijn als familiebedrijf, dat kan ook zijn in handen van professionele investeerders met een bepaalde visie. Je kunt de structuur natuurlijk veranderen, maar dan moet daar wel een goede strategische reden voor zijn. Stel, je bent een bedrijf dat diensten levert en allemaal kleine bedrijven wil opkopen, dan kan het een goed idee zijn om van de beurs te gaan. Voor ons geldt dat niet. Wij hebben namelijk een strategie gericht op organische groei.”

10: Groei door overnames is geen goed alternatief voor Kendrion?
“Er komt door de verkoop van de automotive-activiteiten nu zo’n 65 miljoen euro binnen, maar een zogeheten buy-and-build-strategie zie ik niet voor me. Ik denk niet dat er genoeg mogelijkheden zijn om daar voordelen uit te halen. Wij zitten nu in dertig niches. Stel, we zouden niche nummer eenendertig toevoegen en daarvoor een overnamepremie van 30 procent betalen, waar haal ik dan de synergievoordelen zoals kostenbesparingen vandaan? We krijgen genoeg aanbiedingen voor overnames, maar over het algemeen kan ik binnen vijf minuten zeggen dat het niet past omdat direct duidelijk is dat we die premie niet kunnen terugverdienen.”

11: U verandert het dividendbeleid. Kunt u dat toelichten?
“We gaan meer dividend uitkeren. Als je zegt dat je je richt op winstgevendheid, dan hoort daarbij dat je aandeelhouders daarvan laat meeprofiteren. We geven aan dat we minstens 50 procent van de nettowinst als dividend uitkeren. Met uitzondering van 2020 tijdens de coronacrisis, hebben we dat overigens ook altijd gedaan, terwijl het dividendbeleid voorheen was dat we tussen de 30 en 50 procent zouden uitkeren. Nu zeggen we dat het minstens 50 procent is. Als er extra ruimte is boven de 50 procent, dan kunnen we meer uitkeren of aandelen inkopen.”

12: De koers staat op een historisch laag niveau. Zou aandelen inkopen dan niet de meest logische keuze zijn?
“Ja, dat hangt absoluut samen met die keuze. Het voordeel van aandelen inkopen is dat het flexibel is. We kunnen gewoon beginnen met terugkopen en dat dan weer stopzetten, als we toch een overname willen doen. Dat hebben we in 2019 bijvoorbeeld gedaan met de overname van Intorq. Overigens gaat aandeleninkoop wel heel langzaam met de kleine handelsvolumes die wij hebben op de beurs.”

13: Wat is uw verwachting van de koers nu de strategie is veranderd?
“Ik zeg altijd dat ik niet over de koers ga, maar wel over de financiële prestaties van het bedrijf. Ik heb net nieuwe doelen afgegeven. Het gaat niet tien jaar duren om die te halen, die moet ik begin volgend jaar al halen. Ik had eerlijk gezegd wel een grotere koersreactie verwacht toen we de verkoop van de automotive-activiteiten aankondigden. Als het aandeel blijft waar het is, dan krijgen we natuurlijk wel een heel hoog dividendrendement. Daar kunnen we dan ook de aandeleninkoop nog onder zetten. Als we onze winstverwachtingen waarmaken, en ik heb zeer veel vertrouwen dat dit gaat gebeuren, dan kan het bijna niet anders dan dat het aandeel positief gaat reageren.”

Auteur: Djaja Ottenhof
Dit artikel is verschenen in Effect 11 2024

 


VEB-lidmaatschap
Nog geen VEB-account?
Voor toegang tot de volledige website dient u een VEB-lidmaatschap aan te houden en in te loggen. Indien u lid bent, maar nog geen account heeft kunt u ook klikken op ‘inloggen’ en daarna een account aanmaken.
Meer infomatie over het VEB -lidmaatschap