De grootste bank van Nederland heeft zich stevig ingekocht bij Van Lanschot Kempen. ING bezit inmiddels ruim een vijfde van de aandelen. Toch wilde niemand achter de bestuurstafel op de jaarvergadering praten over macht, invloed of strategie. En juist daardoor hing er spanning in de lucht.
“Een financiële belegging,” zo herhaalde president-commissaris Frans Blom in antwoord op vragen, alsof hij het zelf ook nog even moest laten bezinken. Geen strategische zet, geen samenwerking, geen opmaat naar een overname. “ING heeft dat zelf bevestigd,” bezwoer Blom. “Zij ondersteunen onze koers – en daarmee is de kous af.”
Maar hoe geruststellend is zo’n verklaring, vroegen meerdere aandeelhouders zich af, als die komt van een partij die zonder enige ruggespraak even stilletjes als abrupt een belang van ruim twintig procent opbouwde in de Bossche bank. “Is dit niet gewoon de eerste stap richting een volledige overname?” De vraag bleef even in de lucht hangen.
CEO Maarten Edixhoven hield het bij een beheerste repliek: “We varen onze eigen koers. ING heeft dat belang genomen zonder voorwaarden vooraf.” Punt. Blom vulde aan dat hij liever wegbleef van “hypothetische discussies”. “Dat is iets voor straks, bij de borrel.
Onafhankelijk
Wat niet werd gezegd, viel misschien wel het meest op. Er is geen relatieovereenkomst met ING, geen afspraak over stemgedrag, geen beperking op verdere belangopbouw. Blom benadrukte dat de bank “geen geheimen” heeft, maar ook dat er principieel geen uitspraken worden gedaan over gesprekken met individuele aandeelhouders.
Toch schuurt het onder de oppervlakte. Twintig procent is geen vrijblijvend belang. En als er iets is waar Van Lanschot Kempen zich al bijna drie eeuwen mee onderscheidt, dan is het wel zijn zelfstandigheid. Oud-topman Floris Deckers noemde onafhankelijkheid ooit “de kerncompetentie” van de bank. Het huidige bestuur laat doorschemeren die overtuiging te delen — maar benadrukt dat vooral impliciet.
Niet heilig
De strategie van Van Lanschot Kempen is gericht op vermogensbeheer, en veel minder op kapitaalintensieve of risicovollere activiteiten zoals hypotheken en zakenbankieren. Het resultaat is een asset light, schaalbaar verdienmodel met een rendement op eigen vermogen van ruim 16 procent in 2024 en zichtbare groeimogelijkheden, met name in België.
Daarmee laat de bank zien zelfstandig goed te kunnen opereren. Maar, zo klonk het ook, onafhankelijkheid mag geen heilig doel op zich worden. “Als je op de beurs staat, hoort daar ook een verkoopbord bij”, aldus de VEB. “Onafhankelijkheid is belangrijk, maar het mag nooit ten koste van alles gaan.”
Eventuele samenwerkingen, of die nu met ING zijn of met een andere partij, moeten niet bij voorbaat worden uitgesloten – bijvoorbeeld op het gebied van IT-platforms of het doorverwijzen van klanten die net buiten ING’s private banking-segment vallen, maar bij Van Lanschot Kempen wél goed zouden passen. Of andersom.
Achter de benchmark aan
Een klant van Van Lanschot Kempen betaalt voor rust, expertise, en bovenal: resultaat. Dat maakt het pijnlijk als blijkt dat de beleggingsproducten jaar op jaar achterlopen op een simpele benchmark. En precies dat gebeurde.
In zes van de zeven afgelopen jaren lag het rendement op de zogenoemde managed propositions onder dat van de benchmark. Die constatering viel niet goed — en bleef even in de lucht hangen voordat het bestuur reageerde. Erik van Houwelingen, verantwoordelijk voor het beleggingsbeleid, nam het woord en reageerde openhartig: “De vraag is scherp, maar het is waar: dit is iets waar we hard aan werken, want dit valt gewoon lastig uit te leggen aan klanten.”
Wat precies onder de ‘managed propositions’ valt, wordt door de bank niet uitgesplitst. In grote lijnen gaat het om discretionair beheerde beleggingsportefeuilles van klanten bij Van Lanschot en Evi.
Van Lanschot’s beleggingen struikelen in 6 van de 7 jaar over de index
Bron: jaarverslagen Van Lanschot Kempen. Tot en met 2021 wordt het rendement uitgesplitst naar private clients en Evi; vanaf 2022 rapporteert de bank alleen het totaalrendement van de managed propositions. Verschil tussen het rendement van beleggingsproducten van Van Lanschot en de relevante benchmark (in procentpunten).
Home bias
De bank erkende dat het probleem niet nieuw is, maar wel hardnekkig. Er loopt inmiddels een intern herijkingsprogramma, met “een nieuwe structuur en andere parameters”, aldus het bestuur. Het doel: de aansluiting met de benchmark herstellen. Maar de oorzaken van de teleurstellende rendementen zijn helder en deels terug te voeren op bewuste keuzes van de bank zelf.
“We hebben lang een sterke home bias gehad,” legde beleggingsbestuurder Erik van Houwelingen uit. “Dat betekende dat we relatief zwaar in Europa zaten en onderwogen in de Verenigde Staten, waar de rendementen juist veel hoger waren.”
Daarbovenop komt de gekozen stijl. “Wij beleggen in kwaliteitsbedrijven,” aldus Van Houwelingen. “Daarmee positioneer je jezelf automatisch meer aan de value-kant van het spectrum. Maar juist Amerikaanse groeiaandelen – die fabuleuze vijf of tien – hebben de markt de afgelopen jaren gedragen.”
Met andere woorden: het zat in de keuzes. Principieel, misschien verstandig op de lange termijn, maar in de praktijk niet gunstig voor het rendement.
Klanten merken het – en stellen vragen
Dat de resultaten niet ongemerkt blijven, moge duidelijk zijn. “Natuurlijk hebben klanten daar vragen over,” erkende Van Houwelingen. “Het kwaliteitsverhaal wordt vaak gewaardeerd, maar uiteindelijk willen mensen ook gewoon rendement zien en dat begrijpen we volkomen.”
Sommige klanten stappen over naar andere proposities, gaf hij toe, al zou het gaan om “uitzonderingen”. Maar zijn conclusie was helder: “We moeten dit verbeteren.”
Wat verder ter sprake kwam |
|
VEB-lidmaatschap |
---|
Nog geen VEB-account? |
Voor toegang tot de volledige website dient u een VEB-lidmaatschap aan te houden en in te loggen. Indien u lid bent, maar nog geen account heeft kunt u ook klikken op ‘inloggen’ en daarna een account aanmaken. |
|
Meer infomatie over het VEB -lidmaatschap |