VEB.net maakt gebruik van cookies om het gebruiksgemak van de website te verbeteren. 

De geruchtenmolen draait overuren. Maandag schoot ABN Amro intraday tien procent omhoog na geruchten dat de Belgische bank-verzekeraar KBC interesse zou hebben. Het verhaal past in de Europese consolidatiegedachte: een fusie of overname zou eindelijk eens zijn beslag moeten kunnen krijgen. Maar de logica achter zo’n deal is nog verre van sluitend.

Geruchten over een overname van ABN Amro steken regelmatig de kop op. Van het Zweedse Nordea, Deutsche Bank en ING tot Santander en BNP Paribas – de lijst is lang, maar telkens bleef het bij speculatie.

Maandag viel de naam KBC. Opnieuw een proefballon, of is het dit keer menens? ABN Amro is financieel fitter – van kredietmodellen tot rendement – en de winstgevendheid trekt aan, al blijft het kostenniveau op zorgwekkend niveau liggen. Belangrijk: de staat lijkt nu definitief te willen uitstappen.

Sinds april staat Marguerite Bérard aan het roer. Ze zet stevig in op lagere kosten en een hoger rendement. Een groot integratieproject past daar niet vanzelf bij. Maar mocht ABN Amro voor een stevige overnamepremie verkocht kunnen worden, dan zal ze waarschijnlijk niet dwarsliggen. Dat beleggers daar wel oren naar hebben, bleek maandag: het aandeel schoot intraday ruim tien procent omhoog na de overnamegeruchten. 

KBC ontkende, maar het vuur bleef smeulen: de koers zakte nauwelijks terug. Er is dus nog enige fantasie in de markt. Maar is een samensmelting wel verstandig? Vijf vragen en antwoorden over logica, risico’s en kansen van een Belgisch-Nederlands bankhuwelijk

1. KBC hebben we niet eerder gehoord. Is een overname wel logisch? 
Op basis van de voetafdruk van beide banken, niet echt. Op het oog is er weinig overlap tussen ABN Amro en KBC. De Belgen richten zich naast de thuismarkt op landen als Tsjechië, Hongarije en Bulgarije, terwijl ABN Amro een vrijwel volledig Nederlandse bank is geworden. Met een overname van de derde bank van Nederland krijgt KBC dus vooral een aanvulling, geen versterking van de eigen kernmarkten.

Ook zijn er verschillen in het verdienmodel. KBC is zowel bank als verzekeraar. Oftewel, de autoverzekering en spaarrekening via
één loket. Dit model is in België gangbaar – Argenta en Belfius zijn ook grote bank-verzekeraars - maar de Nederlandse banken hebben daar juist afscheid van genomen. Zo splitste ING in 2014 verzekeraar NN Group af, en verkocht ABN Amro in 2022 zijn levensverzekeringsdochter aan hetzelfde NN.

Wat ook opvalt: begin dit jaar gaf KBC-topman Johan Thijs in een interview met het Financieele Dagblad toe dat het enkel overnemen van een pure bank onvoldoende waarde toevoegt voor KBC. Het bank-verzekeringsmodel is volgens hem ‘cruciaal’. Omdat KBC risico’s spreidt over bank- en verzekeringsproducten, kan de groep met minder kapitaal hetzelfde rendement halen. Dat drijft de ROE structureel omhoog. 

Maar in Nederland is het bank-verzekeraar-model na problemen in de financiële crisis omstreden. Combinaties als ING/NN en SNS/Rea bleken te complex en risicovol: balansen raakten overbelast en de toezichthouder dwong tot afsplitsingen. Sindsdien geldt de scheiding van bank en verzekeraar hier bijna als norm.

Het is in ieder geval wel zo dat KBC meer inkomstenbronnen heeft dan ABN Amro, dat nog sterk leunt op rentebaten. Naast de inkomsten uit verzekeren peurt KBC ook meer omzet uit commissies, denk aan fees voor vermogensbeheer, transactiekosten en vergoedingen voor betaalrekeningen.  

Inkomstenmix KBC maakt bank minder kwetsbaar


Bron: rapportages ABN Amro en KBC. Inkomsten tijdens eerste helft 2025 in miljarden euro.

2. Hoe presteert KBC ten opzichte van ABN Amro? 
KBC is structureel een stuk winstgevender dan ABN Amro. De voor banken belangrijkste maatstaf maakt dat pijnlijk duidelijk: de Belgische groep haalt de laatste jaren een rendement op eigen vermogen (ROE) van meer dan 14 procent, waar ABN Amro rond de 10 procent blijft steken. 

Op de beurs vertaalt dat zich in een fors verschil in waardering. KBC handelt tegen ongeveer 1,7 keer de boekwaarde van het eigen vermogen, terwijl ABN Amro met een koers-boekwaardeverhouding van 0,95 nog altijd onder de boekwaarde noteert. 

Daarmee is de in Amsterdam gevestigde bank een uitzondering in Europa. De Europese bankensector heeft vanwege de langdurig hogere rentes een opmars doorgemaakt. Alleen notoire probleemgevallen als Société Générale (0,65 keer) en Banca Monte dei Paschi (0,88 keer) hebben een lagere waardering dan ABN Amro.

Kostenprobleem
Een hardnekkig pijnpunt bij ABN Amro is de kostenstructuur. Kosten blijven een zorgenkind. Vertrekkend CEO Robert Swaak slaagde er niet in ze omlaag te brengen, en zijn opvolger Marguerite Bérard moest deze zomer zelfs hogere kosten rapporteren (zie deze link voor een eerdere analyse). De kostenefficiëntie (cost-to-income) van ABN ligt daardoor boven de 60 procent, tegen 45 procent bij KBC. 

Vooral de relatief hoge personeelskosten zijn een probleem bij ABN Amro. Op het eerste gezicht lijkt er weinig verschil: beide banken geven dit jaar naar verwachting iets minder dan 3 miljard euro uit aan salarissen. Maar KBC verwacht daar 12,0 miljard euro aan inkomsten tegenover te zetten, bij ABN blijft de teller steken op 8,8 miljard euro.  

Een deel van het geheim zit in de spreiding van KBC’s activiteiten. De bank-verzekeraar kan zo dezelfde kosten over meerdere inkomstenbronnen uitsmeren. Een klant levert de Belgen zowel rente als verzekeringspremies en commissies op.

Ook heeft KBC grote kantoren in steden als Sofia en Praag, met aanzienlijk lagere loonkosten dan bij het in Amsterdam gevestigde ABN Amro. Slechts een derde van het personeelsbestand is actief in België, waardoor de salariskosten voor het hele bedrijf gemiddeld lager liggen. 

ABN Amro en KBC langs de meetlat

Bron: Door Bloomberg geraadpleegde analisten en (half)jaarverslagen ABN Amro en KBC. Bedragen in miljarden euro.

3. Zijn er synergievoordelen tussen beide partijen?
Het inkomstenvoordeel van een krachtenbundeling tussen de Nederlandse en Belgische bank lijkt beperkt. Het verkopen van verzekeringen via ABN is een mogelijkheid, maar gaat in tegen de eerdere beslissing om de verzekeringstak juist af te stoten. Bovendien zijn Nederlandse toezichthouders huiverig voor het bank-verzekeraarsmodel. 

De belangrijkste synergie zou dan moeten liggen aan de kostenkant, vooral bij IT en hoofdkantoorfuncties zoals risicobeheer en compliance. Toch lijkt het potentieel beperkt. Omdat KBC nauwelijks in Nederland actief is, ontbreekt overlap in kantoren of klanten, en daarmee de grootste bron van kostenvoordelen.

ABN Amro krijgt het zelf al jaren niet voor elkaar om de kosten te drukken. Dat een Belgische eigenaar dit wel lukt, is allerminst zeker.

4. Wat zijn de grootste risico’s van deze grensoverschrijdende overname? 
De littekens zijn er nog. De overname van ABN Amro en Fortis toonde hoe moeizaam een overname van een financiële instelling kan verlopen. Cultuurverschillen, uiteenlopende IT-systemen en integratieproblemen hebben geleid tot een fiasco.

Een samengaan van KBC en ABN Amro kan dezelfde valkuilen kennen: een bloedgroepenstrijd, verlies van sleutelpersoneel, frictie tussen de Belgische bank-verzekeraar en de meer op Nederland gerichte retailbank.

Daarnaast speelt het toezicht. Nationale overheden en toezichthouders zijn uiterst alert bij buitenlandse controle over spaargeld en kredietverlening. Hoewel demissionair minister van Financiën Eelco Heinen begin deze maand aankondigde het belang in ABN Amro verder te willen terugbrengen naar twintig procent, heeft de Nederlandse staat nog altijd een stevige vinger in de pap. Elk overnameplan zal in Den Haag kritisch worden beoordeeld.

Uit Brussel vallen de laatste jaren juist woorden die een directe aanmoediging van grensoverschrijdende overnames zijn. In een rapport van voormalig ECB-president Mario Draghi werd met klem benadrukt dat consolidatie in het Europese bankwezen noodzakelijk is om te kunnen concurreren met de efficiëntere kapitaalmarkten in de Verenigde Staten en China. 

Maar de politieke werkelijkheid op nationaal niveau wint het vooralsnog van het Europese denken. Het risico dat schaalvoordelen op papier stranden in integratieproblemen is daarmee aanzienlijk.

5. Hoe past deze speculatie in het grotere plaatje? 
De mogelijke interesse van KBC in ABN Amro staat niet op zichzelf. In heel Europa gonst het van de fusiegeruchten en deals. Zo probeert het Italiaanse UniCredit het Duitse Commerzbank in te lijven. In Spanje doet BBVA een poging om Sabadell over te nemen, terwijl ING op zoek is naar overnamekandidaten in Zuid-Europa - maar tot nu toe koos voor een minderheidsbelang in Van Lanschot Kempen.

De rode draad is schaalvergroting en inkomstenspreiding. Europese banken kampen met lagere rendementen en zwaardere regelgeving dan hun Amerikaanse rivalen. Banken in de VS profiteren van één grote thuismarkt, waardoor ze wendbaarder zijn en hun winstgevendheid aanzienlijk hoger ligt. 

De roep uit Brussel om “Europese kampioenen” wordt dan ook steeds sterker: instellingen die groot genoeg zijn om de concurrentie met Wall Street aan te gaan. Waar grensoverschrijdende fusies vroeger vaak sneuvelden op nationale gevoeligheden, lijken toezichthouders en politici nu wat meer bereid om mee te denken. Dat KBC een oogje heeft op ABN Amro past precies in die trend van consolidatie en de zoektocht naar meer slagkracht voor Europese banken. 

Drie scenario’s voor ABN Amro en KBC

Scenario 1: Geen deal – de koers zakt terug
Het is niet de eerste keer dat beleggers zich rijk rekenen. Om de paar jaar laait de overnamespeculatie rond ABN Amro op – van ING tot Nordea en BNP Paribas – maar een deal kwam er nooit. Dit lijkt opnieuw het basisscenario. Zeker nu KBC formeel ontkent, is de kans groot dat de fantasie wegebt. 

Voor beleggers betekent dat: de koers gaat terug richting het niveau van vóór de geruchten – een koude douche

Scenario 2: Volledige overname – te hoge prijs
Een echte overname zou een grote stap zijn voor KBC. ABN Amro is met een beurswaarde van 22,3 miljard euro geen koopje meer. De koers is dit jaar al tachtig procent gestegen en noteert inmiddels bijna op boekwaarde. Met een gangbare overnamepremie van 30 procent loopt de totale prijs op tot bijna 29 miljard euro.

Voor KBC is het een forse hap. De Belgen hebben wel een stevige beurswaarde van 42 miljard euro, maar slechts zo’n 2 miljard overtollig kapitaal. De rest moet via een grote aandelenemissie worden opgehaald – met het risico dat aandeelhouders dwarsliggen. Bovendien mikt ABN Amro volgend jaar op een rendement op eigen vermogen van slechts 9 à 10 procent. Dat is niet het soort rendement waarvoor beleggers bereid zijn een premie boven boekwaarde te betalen. KBC kan zijn kapitaal waarschijnlijk beter aan het werk zetten in eigen groeiprojecten met een hoger rendement.

Een overname in cash is niet uitgesloten, maar vraagt een grote inspanning van KBC. Een forse premie ligt niet voor de hand: die zou het rendement snel uithollen. 

Scenario 3: Fusie op (bijna) gelijke voet – gedeelde taart
Een zachtere variant is de zogenoemde fusie van gelijken. In de praktijk betekent dat meestal dat één partij de leiding neemt – hier zou dat KBC zijn. De nieuwe combinatie zou zo’n 60 miljard euro waard zijn, waarbij KBC ongeveer 65 procent van de aandelen krijgt en ABN Amro 35 procent (gebaseerd op de beurswaarde van beide banken vóór de geruchten).

Zo’n fusie kan zonder overnamepremie plaatsvinden: beide groepen brengen proportioneel hun activa in en de (oude) beleggers delen mee in de toekomstige kostenvoordelen. Voor beleggers is dit een manier om waardecreatie te realiseren zonder dat KBC een grote kapitaalverhoging hoeft te doen.  

Een fusie van gelijken lijkt financieel het meest haalbare scenario. Maar het synergiepotentieel lijkt beperkt, waardoor beleggers mogelijk teleurgesteld raken in de uiteindelijke waardecreatie. 

 


VEB-lidmaatschap
Nog geen VEB-account?
Voor toegang tot de volledige website dient u een VEB-lidmaatschap aan te houden en in te loggen. Indien u lid bent, maar nog geen account heeft kunt u ook klikken op ‘inloggen’ en daarna een account aanmaken.
Meer infomatie over het VEB -lidmaatschap