De AI-rally van 2025 heeft vorige maand een verrassende wending gekregen. Voor één keer draaide het niet om Nvidia, maar stalen twee andere namen de show. Oracle en Broadcom knalden omhoog na mega-bestellingen door OpenAI – samen goed voor honderden miljarden aan extra beurswaarde. Maar hoe OpenAI straks voor al die rekenkracht gaat betalen, blijft een groot vraagteken.
fotografie: ©Gorodenkoff / Shutterstock.com
De kapitaalstroom naar AI maakt de beursrally tot een verhaal met één thema: bedrijven die profiteren van de AI-golf stuwen Wall Street naar records. De acht meest waardevolle AI-gerelateerde bedrijven, waaronder Oracle, Broadcom, Nvidia en Microsoft, zijn samen goed voor bijna een derde van de S&P 500 (zie grafiek op pagina 13). Dit jaar komt de helft van de koerswinst van die breed samengestelde Amerikaanse beursindex op hun conto.
Vorige maand kreeg het speelveld nieuwe hoofdrolspelers: Oracle en Broadcom sprongen uit de coulissen en stalen de show.
De katalysator van hun plotselinge opmars kwam uit onverwachte hoek: OpenAI. Het bedrijf achter ChatGPT sloot megadeals die markten opschudden en honderden miljarden aan beurswaarde toevoegden. Volgens The Wall Street Journal (WSJ) trekt OpenAI 300 miljard dollar uit – 60 miljard per jaar – voor rekenkracht die het inkoopt bij Oracle en meer dan 10 miljard dollar voor maatwerkchips bij Broadcom. Het leverde Oracle en Broadcom ruim 400 miljard dollar extra beurswaarde op.
Oracle van achterblijver naar hyperscaler
De grootste verrassing komt zonder twijfel op naam van Oracle. Het aandeel sprong in de tweede week van september 36 procent omhoog, goed voor 240 miljard dollar extra beurswaarde in één dag.
Oracle bouwde de afgelopen jaren gestaag aan een netwerk van datacenters. Daarbij werd ingezet op mogelijkheden om snel capaciteit vrij te spelen toen Open-AI en andere AI-klanten hun vraag verdubbelden. Analisten hadden die opmars niet voorzien. De cloudtak van Oracle verkoopt en beheert de infrastructuur en software waarmee bedrijven data opslaan en hun bedrijfsprocessen automatiseren. Tot voor kort gold het bedrijf op dit gebied nog als een relatief onbeduidende speler.
Maar tijden zijn veranderd. Oracle is inmiddels meer waard dan traditionele grootmachten als Eli Lilly, Visa en Walmart. Het concern nadert de mythische grens van 1 biljoen (1.000 miljard) dollar en voegt zich bij de Big Tech-reuzen. De oorzaak is een lawine aan nieuwe cloud-opdrachten. Oracle verhuurt desgewenst complete server-parken aan één klant, die zo over eigen rekencapaciteit beschikt. Dat spreekt vooral bedrijven met gevoelige of zelfontwikkelde AI-modellen aan: minder drukte op de lijn en meer controle over de prestaties.
Oracle Cloud Infrastructure (OCI) boekte vorig jaar 10 miljard dollar omzet, op een totaal van 57,4 miljard. Voormalig topvrouw Safra Catz (die op 22 september is vervangen door een nieuw ceo-duo) stelde dat dit onderdeel in 2030 moet uitgroeien tot 144 miljard dollar. Dat betekent een verachtvoudiging in vijf jaar: voor 2025 wordt 18 miljard omzet verwacht. Als het die ambitie kan waarmaken, staat Oracle straks schouder aan schouder met Google in de wereldwijde cloudmarkt. Al blijft het ook dan nog wel een stuk kleiner dan concurrenten Amazon (AWS) en Microsoft (Azure), die samen met Google de top 3 uitmaken.
Aan de basis daarvan liggen recent getekende megacontracten met drie techbedrijven: OpenAI, Meta en Elon Musks xAI. De zogenoemde Remaining Performance Obligations (RPO) – de pijplijn van nog te leveren cloudcapaciteit – steeg in één kwartaal met 359 procent tot 455 miljard dollar (zie grafiek op pagina 14). Het zijn in alle opzichten hallucinante bedragen, zelfs voor de AI-sector waar moeiteloos met tientallen miljarden wordt geschoven, en zeker voor Oracle als relatieve nieuwkomer. Minpunt is wel dat het bedrijf niet onthulde hoe winstgevend deze toekomstige omzet zal zijn.
Alleen de deal met Open-AI vertegenwoordigt volgens zakenkrant WSJ al 300 miljard dollar. De overeenkomst start in 2027, loopt vijf jaar en komt neer op 60 miljard dollar per jaar aan rekenkracht en datacentercapaciteit bij Oracle. Het bedrijf stelt dat het scherper prijst dan de concurrentie en profiteert van schaarste elders. Toen Microsoft geen extra capaciteit kon leveren, stapte OpenAI over naar Oracle. Beschikbaarheid op het juiste moment bleek daarmee minstens zo belangrijk als de prijs.
Meta en xAI sloten eveneens meerjarige miljardencontracten, waarmee Oracles orderboek verder groeide. Het Amerikaanse software- en cloudbedrijf verwacht bovendien snel meer grote klanten. Daarmee kan de pijplijn met nog uit te voeren orders dit jaar boven de 500 miljard dollar uitkomen. Oracle claimt zo een veel grotere rol in de AI-markt dan analisten op Wall Street voor mogelijk hielden.
AI als groeiversneller
De vraag naar rekenkracht vormt de motor van deze contracten. Spelers als OpenAI en xAI investeren honderden miljarden in AI-infrastructuur. Waar Amazon, Microsoft en Google enorme datacenters bouwen, kiest Oracle voor een netwerk dat sneller kan meegroeien met de vraag. Die wendbaarheid is echter niet gratis: ook Oracle investeert dit jaar 35 miljard dollar in nieuwe capaciteit. Dat drukt zwaar op de kasstromen. Waar het bedrijf traditioneel sterke vrije kasstromen genereerde, zijn die nu zelfs negatief – volgens analisten dit jaar mogelijk zo’n 10 miljard dollar. De ontbrekende miljarden zal Oracle voorlopig moeten bijlenen. Dat blijft zo zolang de kasstroom tekortschiet om de zware investeringen in servers en datacenterinfrastructuur te dekken, die gemaakt worden voordat de extra capaciteit inkomsten en winst oplevert.
OpenAI neemt ruim twee derde van de nieuwe orders die Oracle kreeg voor zijn rekening. Dat maakt het concern in korte tijd sterk afhankelijk van één klant en dat is niet geheel zonder risico’s. Wat als het bij de start-up even sputtert? Dan gaat Oracle dat haast onvermijdelijk ook voelen. En dus klonk er al twijfel in de markt. De omzet groeit weliswaar hard, maar onderaan de streep is OpenAI verlieslatend. Het bedrijf is momenteel hoog gewaardeerd, maar genereert nog te weinig kasstroom om zulke contracten zelf te dragen.
Broadcommaatwerkchips als springplank
Ook Broadcom lift mee op de investeringsgolf van OpenAI. Het aandeel steeg begin september
10 procent – goed voor 161 miljard dollar additionele beurswaarde – na AI-orders van ruim 10 miljard dollar. Topman Hock Tan verwacht dat de AI-omzet volgend jaar boven de 40 miljard dollar uitkomt, waar eerder 30 miljard werd voorzien.
Broadcom onderscheidt zich met zogenoemde ASICs, application-specific integrated circuits, maatwerkchips die goedkoper en energiezuiniger zijn dan de alleskunners van Nvidia. Analisten schatten dat ASICs in 2027 een kwart van de AI-chipmarkt vormen, tegenover 11 procent vandaag, met Broadcom als dominante speler. Dankzij OpenAI als klant vermindert het bedrijf bovendien zijn afhankelijkheid van Alphabet, dat nu grootafnemer is van deze categorie chips.
Broadcom domineert dit segment met een marktaandeel van circa 60 procent; concurrent
Marvell speelt slechts een bijrol. Analisten wijzen erop dat Broadcoms chips en netwerken de ruggengraat vormen van AIclusters: groepen servers die samen zware berekeningen uitvoeren. Broadcom doet iets wat bijna niemand kan: het ontwerpt de chips én levert de kabels en schakelaars die alles laten samenwerken. Zo krijgen klanten een kant-en-klaar AI-netwerk.
Risico’s van de AI-manie
De grote impact van AI op de S&P 500 toont de kansen én de kwetsbaarheid van de recente beursrally. De investeringsgolf jaagt cloud- en chipbedrijven als Oracle en Broadcom naar records. Maar de vraag is of bedrijven en consumenten echt bereid zijn structureel miljarden uit te geven aan AI-diensten.
In een recente enquête van adviesbureau McKinsey gaven acht op de tien bedrijven aan nauwelijks winst te halen uit AI. Dat beeld wordt bevestigd in een rapport van Massachusetts Institute of Technology, een vooraanstaande Amerikaanse universiteit op het gebied van technologie en innovatie. De conclusie van die studie is dat AI bij honderden bedrijven nog geen merkbare omzet- of winstgroei oplevert. Vaak blijven projecten steken in de testfase en ontbreekt een goede data-infrastructuur. Daardoor blijft de productiviteitswinst achter, ondanks forse investeringen.
Op de consumentenmarkt kijkt men vooral naar één cijfer: hoeveel mensen betalen daadwerkelijk voor AI-diensten? Voorlopig is dat slechts zo’n 3 procent; de rest gebruikt gratis versies. Zolang dat aandeel niet stijgt, blijft de verdiencapaciteit van ChatGPT beperkt.
De grote vraag is of het verdienmodel van OpenAI snel genoeg volwassen wordt om de megadeals te financieren. Anders kan de AI-rally hard terugvallen. Voorlopig geloven beleggers nog in de beloftes van spelers als OpenAI, Meta en xAI. Oracle en Broadcom gelden nu als de winnaars van de AI-economie. Maar, waarschuwt OpenAI-topman Sam Altman, net zoals in de dotcomperiode zullen niet alle partijen overleven. Het is dus de vraag of Oracle en Broadcom blijvende winnaars zijn, of straks het symbool van een rally die te ver ging.
VEB-lidmaatschap |
---|
Nog geen VEB-account? |
Voor toegang tot de volledige website dient u een VEB-lidmaatschap aan te houden en in te loggen. Indien u lid bent, maar nog geen account heeft kunt u ook klikken op ‘inloggen’ en daarna een account aanmaken. |
|
Meer infomatie over het VEB -lidmaatschap |