De verkiezingsuitslag is bekend en de formatie loopt. Nederland heeft zich dit keer uitgesproken tegen autocratisch leiderschap dat eenvoudige oplossingen voor ingewikkelde problemen belooft. Een ervaring rijker: een web van leugens, bestuurlijke incompetentie, het dienen van deelbelangen of het vanaf de kansel prediken van rechtvaardigheid en vernieuwing geeft in het kabinet enkel losse flodders, onderling wantrouwen en een gebrek aan resultaat. De gepretendeerde verfrissing was van korte duur; het rook zuur vanaf de start.
Kiezers zitten niet te wachten op glasharde ontkenning van maatschappelijke problemen. Ze willen dat problemen worden opgelost en smachten naar verbindend leiderschap dat aan alle eerder vakkundig tegenover elkaar gezette bevolkingsgroepen weer maatschappelijk, sociaal en economisch perspectief biedt.
Zolang democratische rechtswaarborgen worden geëerbiedigd, werkt de politiek als een pendule. Jaren met open armen voor nivellering, bestaanszekerheid, immigratie en inclusie wisselen af met minder luxe jaren, waarbij economische belangen, eigen verantwoordelijkheid, bindende identiteit en electorale herkenbaarheid centraal staan. Dat is de wet van de democratie. Met tijdelijke machthebbers die staan voor de dan geldende strategische richting, effectieve uitvoering en passende verdeling van lusten en lasten. Dat werk is nooit per definitie goed, fout of af.
Populisme bestrijden
Zo blijft het te allen tijde van groot belang populisme met feiten te bestrijden. Het beschermen van onze onderwijsinstellingen, onafhankelijke media, rechtspraak en democratisch ingestelde gezaghebbende instituties is daarbij essentieel. De inzet bij de huidige formatie biedt hierin hoop. Maar eerst zien en dan geloven. Buigen de eerste scheuten de goede kant op? Wordt de democratie verstevigd? Wij beleggers letten graag op vroege signalen alvorens te oordelen.
Zo kijk ik ook naar het besluit dat de nieuwe Tweede Kamer neemt over de aandeelhoudersvergadering. Dat is dus de vergadering van aandeelhouders. Het is geen geheim dat een aantal bestuurders en hun adviseurs aandeelhoudersvergaderingen graag via internet afgehandeld zien worden. Ik ken de argumenten van de voorstanders. Het scheelt in reisbewegingen van aandeelhouders, bestuurders en commissarissen en vereenvoudigt de toegankelijkheid voor aandeelhouders vanuit het buitenland. Extinction Rebellion loert om de hoek en AI en digitale media zijn nu eenmaal innovaties die we zouden moeten gebruiken.
Ik vind het allemaal niet erg overtuigend. Het is en blijft belangrijk dat aandeelhouders en bestuurders elkaar in de ogen kunnen kijken terwijl we spreken over wat ons bindt: betrokkenheid bij de onderneming. Onze ervaringen met digitaal vergaderen zijn negatief. Aandeelhouders raken de regie kwijt en die noviteit wordt eenvoudig misbruikt. In een fysieke setting kunnen beeld en geluid niet weggedraaid worden en komen aandeelhouders voor elkaar op als dit toch gebeurt. Online blijft een boel onzichtbaar. Dat is weinig democratisch.
Persoonlijk contact
Juist nu de aandacht voor ondernemingen onder aandeelhouders toeneemt, moet de aandeelhoudersdemocratie worden behouden en verder versterkt. Verstoring door activisten is te betreuren, maar moet je daarom een goed functionerend systeem afschaffen? En dan het argument van reisbewegingen. Vaak zijn functionarissen al opgetrommeld voor een interne vergadering van commissarissen en bestuurders. Want die worden natuurlijk wel fysiek gehouden, dan is persoonlijk contact opeens wel essentieel.
De geschiedenis wijst uit dat zonder een gezonde aandeelhoudersdemocratie riant betaalde bestuurders zich gemakkelijk verschansen achter intransparantie en publiciteitsluwte. Laat daarom de beslissing van de Tweede Kamer over de digitale vergadering niet ongemerkt aan u voorbijgaan. Het zegt alles over het daadwerkelijk respect voor democratische waarborgen. Worden we digitaal flink terug in de tijd geworpen of is de pendule ternauwernood gekeerd?
Gerben Everts is directeur van de VEB