VEB.net maakt gebruik van cookies om het gebruiksgemak van de website te verbeteren. 

Beleggers Landis op grove wijze misleid

Ook commissarissen en accountant schoten ernstig tekort
Vandaag 20 juni 2007 hebben de curatoren de bevindingen gepresenteerd van het onderzoek naar de ondergang van het ICT bedrijf Landis. Landis ging op 8 juli 2002 failliet

Uit de rapportage van curatoren, die na veel druk van VEB-zijde is gepubliceerd, komt de ontluisterende gang van zaken bij Landis aan de oppervlakte. In de periode na de beursgang (voorjaar 1998) heeft Landis beleggers systematisch misleid. Landis haalde in die periode ongeveer 440 miljoen euro op via de kapitaalmarkt, grotendeels via aandelenemissies.

De belangrijkste conclusie is dat de cijfers die Landis heeft gepresenteerd bewust zijn opgepoetst om de indruk te wekken dat Landis groeide, winstgevend was en solvabel. Op basis van harde correcties komen de curatoren tot de volgende conclusies:

1) op de over 1999 geboekte winst (9,9 miljoen euro) moet een correctie van ten minste 7,4 miljoen euro worden gemaakt. De werkelijke winst bedroeg (maximaal) 2,5 miljoen euro en mogelijk was het werkelijke resultaat zelfs negatief.
2)op de over 2000 geboekte winst (24,7 miljoen euro) moet een correctie worden gemaakt van tenminste 14,8 miljoen euro. De werkelijke winst bedroeg (maximaal) 9,9 miljoen euro en mogelijk was het werkelijke resultaat zelfs negatief.
3) ook op de winst over het eerste halfjaar 2001 moet een correctie plaatsvinden van (minimaal) 4,7 miljoen euro. Het bedrijfsresultaat (21 miljoen euro) is geheel te danken aan bijzondere posten ten bedrage van 25 miljoen euro.
4) ook de solvabiliteit is te hoog weergegeven. Op basis van het rapport bedroeg de solvabiliteit (garantievermogen/balanstotaal) 15,9 procent in plaats van de gepresenteerde 28,2 procent.

Zeer ernstig is dat diverse bewijsstukken wijzen op actieve sturing en oppoetsen van het resultaat. Het meest saillante bewijsstuk is de e-mail van Landis-controller Bonnema aan mevrouw Jalili van de afdeling consolidatie: ‘ik verzoek aan jullie om het volgende te doen. Controleer alle tellingen, maar zorg dat de kolom totaal klopt en pas daar de rest op aan. Ik moet hoe dan ook op Euro 0,26 per share uitkomen en de EBIT moet NLG 45 mln. zijn, Annemarie!!!!!’

Hieronder volgen (samengevat) enkele van de belangrijkste conclusies:

- in de verwerking van acquisities zijn herhaaldelijk trucs toegepast waarbij lasten die via de winst en verliesrekening moesten worden geboekt, als goodwill werden geboekt. Dit betrof posten van 3,8 miljoen euro (1999) en 5,7 miljoen euro (2000) bij de acquisitie van Dennis Bergström. Ook bij de acquisitie van 4U Group werd een goodwill component van 2,4 miljoen euro opgevoerd, terwijl in werkelijkheid sprake was van kosten.

- bij de acquisitie van de acquisitie van Ilion is een aankoopbedrag van 80 miljoen euro in de boeken verwerkt, terwijl in werkelijkheid 60 miljoen betaald is. Waar deze 20 miljoen gebleven zijn, hebben curatoren niet vast kunnen stellen.

- voor de acquisitie van 4U Group werd een bedrag van 8,7 miljoen euro betaald, welk bedrag in geen verhouding stond tot de waarde van het bedrijf (materieel failliet). Presidentcommissaris De la Haye die indirect 25% van 4U Group in handen had en een achtergestelde vordering had van 500.000 euro (indirect) op 4U Group heeft hierbij persoonlijk groot voordeel behaald.

- de bedrijven die Landis overnam waren veelal of niet winstgevend of zeer zwak gefinancierd. Curatoren melden dat Dennis Bergström en de 4U Group op moment van overname materieel failliet waren en Ilion’s solvabiliteit was laag (12,8 procent) en het bedrijfsresultaat was marginaal. Detron werd overgenomen voor 266 miljoen euro, waarbij 270 miljoen euro goodwill werd afgeboekt. Landis betaalde 26 miljoen euro voor Citee dat 0,4 miljoen euro verlies leed en een negatief eigen vermogen had (-2 miljoen).

- de commissarissen zijn tekortgeschoten in hun toezichthoudende taak. Er zijn geen notulen beschikbaar van RvC vergaderingen waaruit blijkt van de beraadslagingen over acquisities (bijv. Detron) en er zijn geen stukken waaruit blijkt dat de commissarissen kritische vragen hebben gesteld, bijvoorbeeld ten aanzien van de zorgelijke uitkomsten van verrichte due diligence.

- de jaarrekeningen van Landis sluiten niet aan op de aangeleverde financiële informatie van de dochterbedrijven. Bij de eerste jaarafsluiting van het jaar 2000 blijkt dat de optelsom van de resultaten van de Landis-bedrijven een totaal verlies opleveren van 58,1 miljoen, maar door concernaanpassingen van 63 miljoen (!) wordt in eerste instantie toch een nettowinst van 4,9 miljoen geboekt.

Hetzelfde geldt bij de debiteurenvoorzieningen: daar melden de lokale organisatie een totale voorziening van 15 miljoen euro (2000), hetgeen op concernniveau wordt aangepast naar 3,4 miljoen euro.

Op tal van fronten wordt geconstateerd dat in strijd is gehandeld met de  jaarverslaggevingregels. Dit betekent eveneens dat accountant Ernst & Young ernstig tekort is geschoten. Ten aanzien van Ernst & Young stellen curatoren dat - gegeven de ‘qualified opinion’ van de Franse accountant (ook E&Y) - de accountant een goedkeurende verklaring heeft gegeven bij de jaarrekening 2000.

De VEB constateert dat de actie die in dit verband genomen is - een enquêteverzoek en gebundelde aandeelhoudersactie via de stichting VEB actie Landis - met dit rapport aanzienlijk is versterkt. Het rapport toont naar het oordeel van de VEB niet alleen mismanagement aan van de Raad van Bestuur (onder leiding van Paul Kuiken) maar tevens het ernstig tekortschieten van de Raad van Commissarissen ten aanzien van het gehouden toezicht en de accountant bij de beoordeling en goedkeuring van de gepresenteerde cijfers.Op korte termijn worden de volgende stappen verwacht:

de enquêteur (Mr. Van den Blink) zal op korte termijn het door de Ondernemingskamer gelaste onderzoek kunnen aanvangen. De VEB heeft zich garant gesteld voor een deel van de onderzoekskosten.

De VEB overweegt betrokken partijen, waaronder naast bestuur ook commissarissen en accountant Ernst & Young, aansprakelijk te stellen voor de schade die beleggers hebben geleden.