Technisch intallatie en -handelsbedrijf Batenburg rommelt voort, zo lijkt het. Na het uiterst zwakke 2012 wordt dit jaar nog beroerder. De markt is moeilijk, maar ook intern lijkt er veel mis.
Batenburg Techniek uit Rotterdam, een soort houdstermaatschappij van een zevental technische installatiebedrijven en drie technische handelsondernemingen, presteert al jaren ondermaats.
Enkel jaren terug leidde dit tot de nodige aandeelhoudersactivisme. Grootaandeelhouder Monolith (10 procentbelang) kreeg echter geen voet tussen de deur bij het management en grootaandeelhouder de familie Van Puijenbroek (25,8 procentbelang).
Ondanks de slechte prestaties werd wel altijd een hoog dividend uitgekeerd. Door de forse winstval vorig jaar bleek dat niet langer vol te houden.
Begin 2011 werd zelfs een bod van boven de 20 euro per aandeel van de hand gewezen. Na een kortstondige rally tot 30 euro is de koers inmiddels gehalveerd en lijkt het management de grip op de afzonderlijke bedrijven verder te verliezen.
Diep rode cijfers
Na de forse winstval van netto 3 miljoen euro in 2011 tot slechts 1 miljoen euro in 2012 heeft Batenburg over de eerste jaarhelft een nettoverlies van 8,1 miljoen euro geleden.
Dit omvangrijke verlies met name wordt veroorzaakt door de negatieve gevolgen van het in juni van installatiedochter Koldijk.
Waar Batenburg in juni nog over een negatief netto effect van 3,5 miljoen euro blijkt de impact hiervan vele malen groter.
De 3,2 miljoen aan goodwill afboeking op de totale installatietak was al bekend. Hiervan heeft 1,1 miljoen euro betrekking op Koldijk.
De failliete dochter zorgt verder nog voor een verlies van 2,3 miljoen euro en als klap op de vuurpijl is een bedrag van 3,6 miljoen als kostenpost opgevoerd voor de afwikkeling van het faillissement.
Gecorrigeerd voor al deze ‘eenmalige' posten is sprake van een klein nettowinstje van 7 ton, een ton minder dan vorig jaar. Deze plus komt volledig voor rekening van de technische handel, al staan ook hier de resultaten onder druk.
Nare bijsmaak
Het is niet voor het eerst dat Batenburg een dochterbedrijf verliest door slechte resultaten. In 2010 ging installatiebedrijf IJsselmuiden failliet. Een zaak met een staart, omdat het management van Batenburg faillissementsfraude werd verweten.
Het eindoordeel in die kwestie is nooit helemaal openbaar gemaakt, maar de nare bijsmaak bleef.
Koldijk ging ten onder aan de zeer slechte markt van utiliteitsbouw. Dat zal zeker, maar Batenburg lijkt toch aldoor laat te reageren en geen controle te hebben over de afzonderlijke projecten van zijn dochters.
Zo wordt bij Koldijk gesproken over aanhoudend negatieve bijstellingen op grotere onderhanden werken en dat de vaste kosten niet tijdig omlaag konden worden gebracht.
Tijd voor actie
Door de oplopende verliezen is het eigen vermogen van Batenburg in een jaar tijd teruggelopen van 41,2 miljoen euro naar 33,3 miljoen euro.
Daarmee bedraagt de solvabiliteit nog altijd een gezonde 45 procent en kan Batenburg nog wel wat jaartjes doormodderen.
Dat het lastig is het bolwerk van Batenburg aan te pakken is enkele jaren geleden ook duidelijk geworden.
Zelfs een ogenschijnlijk aantrekkelijk overnamebod kreeg geen kans van slagen. Eventueel kan gedacht worden aan een splitsing van de twee afzonderlijke divisies.
Nu de beurskoers alleen maar verder afkalft en de ruimte voor goede dividendbetalingen steeds kleiner wordt, zal toch ook de familie Van Puijenbroek eens in actie moeten komen.
Enkel jaren terug leidde dit tot de nodige aandeelhoudersactivisme. Grootaandeelhouder Monolith (10 procentbelang) kreeg echter geen voet tussen de deur bij het management en grootaandeelhouder de familie Van Puijenbroek (25,8 procentbelang).
Ondanks de slechte prestaties werd wel altijd een hoog dividend uitgekeerd. Door de forse winstval vorig jaar bleek dat niet langer vol te houden.
Begin 2011 werd zelfs een bod van boven de 20 euro per aandeel van de hand gewezen. Na een kortstondige rally tot 30 euro is de koers inmiddels gehalveerd en lijkt het management de grip op de afzonderlijke bedrijven verder te verliezen.
Diep rode cijfers
Na de forse winstval van netto 3 miljoen euro in 2011 tot slechts 1 miljoen euro in 2012 heeft Batenburg over de eerste jaarhelft een nettoverlies van 8,1 miljoen euro geleden.
Dit omvangrijke verlies met name wordt veroorzaakt door de negatieve gevolgen van het in juni van installatiedochter Koldijk.
Waar Batenburg in juni nog over een negatief netto effect van 3,5 miljoen euro blijkt de impact hiervan vele malen groter.
De 3,2 miljoen aan goodwill afboeking op de totale installatietak was al bekend. Hiervan heeft 1,1 miljoen euro betrekking op Koldijk.
De failliete dochter zorgt verder nog voor een verlies van 2,3 miljoen euro en als klap op de vuurpijl is een bedrag van 3,6 miljoen als kostenpost opgevoerd voor de afwikkeling van het faillissement.
Gecorrigeerd voor al deze ‘eenmalige' posten is sprake van een klein nettowinstje van 7 ton, een ton minder dan vorig jaar. Deze plus komt volledig voor rekening van de technische handel, al staan ook hier de resultaten onder druk.
Nare bijsmaak
Het is niet voor het eerst dat Batenburg een dochterbedrijf verliest door slechte resultaten. In 2010 ging installatiebedrijf IJsselmuiden failliet. Een zaak met een staart, omdat het management van Batenburg faillissementsfraude werd verweten.
Het eindoordeel in die kwestie is nooit helemaal openbaar gemaakt, maar de nare bijsmaak bleef.
Koldijk ging ten onder aan de zeer slechte markt van utiliteitsbouw. Dat zal zeker, maar Batenburg lijkt toch aldoor laat te reageren en geen controle te hebben over de afzonderlijke projecten van zijn dochters.
Zo wordt bij Koldijk gesproken over aanhoudend negatieve bijstellingen op grotere onderhanden werken en dat de vaste kosten niet tijdig omlaag konden worden gebracht.
Tijd voor actie
Door de oplopende verliezen is het eigen vermogen van Batenburg in een jaar tijd teruggelopen van 41,2 miljoen euro naar 33,3 miljoen euro.
Daarmee bedraagt de solvabiliteit nog altijd een gezonde 45 procent en kan Batenburg nog wel wat jaartjes doormodderen.
Dat het lastig is het bolwerk van Batenburg aan te pakken is enkele jaren geleden ook duidelijk geworden.
Zelfs een ogenschijnlijk aantrekkelijk overnamebod kreeg geen kans van slagen. Eventueel kan gedacht worden aan een splitsing van de twee afzonderlijke divisies.
Nu de beurskoers alleen maar verder afkalft en de ruimte voor goede dividendbetalingen steeds kleiner wordt, zal toch ook de familie Van Puijenbroek eens in actie moeten komen.
Gerelateerde artikelen