VEB.net maakt gebruik van cookies om het gebruiksgemak van de website te verbeteren. 

Een ding is zeker, beleggers leren niet van andermans fouten. De vraag is of ze wel kunnen leren van hun eigen fouten. We zetten de meest voorkomende valkuilen voor je op een rij.


1. Winst
maakt euforisch, verlies doet veel pijn
De manier waarop we geld verkrijgen, bepaalt de waarde die we eraan toekennen. Zo zijn beleggers die net veel geld hebben verdiend met een belegging, eerder geneigd hiermee meer risico te nemen. Hetzelfde fenomeen is zichtbaar in het casino.

Iets vergelijkbaars doet zich voor bij het verliezen of verdienen van geld. Het doet drie keer meer pijn om een bedrag te verliezen dan dat het geluk brengt om hetzelfde bedrag te verdienen.

Een gevolg hiervan is dat beleggers al snel goed geld naar kwaad geld gooien, oftewel meer geld investeren in hopeloze beleggingen.

 

2. Kortetermijnoriëntatie
Menig belegger maakt zich vooral zorgen om wat er op korte termijn met zijn beleggingen gebeurt. Wanneer koersen dalen, raken beleggers in paniek. En handelen uit paniek kost geld.

Resultaten uit het verleden tonen aan dat het bij een gedegen ingerichte portefeuille meestal verstandiger is om stil te blijven zitten. Het is ondoenlijk om de aandelenmarkt te timen en de kans is groot dat je uiteindelijk meer verliest door reactief te verkopen.


3. De waarheid niet onder ogen kunnen/willen zien
Beleggen gaat gepaard met onzekerheid en beleggers klampen zich daarom graag ergens aan vast, veelal de status quo. Het is toch prettig als het goed gaat met een bedrijf en er jaarlijks een mooi dividend wordt uitbetaald?

De reactie bij negatieve berichten is dan vaak de struisvogelstrategie: als je maar niet kijkt dan is het er ook niet.

Ook wanneer een aandeelhouder bij aandeelhoudersvergaderingen kritische vragen stelt aan een bestuur, wordt dat niet altijd door alle andere beleggers gewaardeerd. 

In hetzelfde straatje van de struisvolgelstrategie ligt de tunnelvisie. Beleggers nemen alleen nog maar informatie in zich op die de huidige gedachten bevestigt. Kritische tegengeluiden doen ze af als onzin en bevestigende informatie versterkt hun overtuiging.


4. Passiviteit en overmoed
Hoewel een ‘buy and hold'-strategie meestal het beste is, zijn er ook momenten waarop je als belegger beter kunt uitstappen. Bijvoorbeeld wanneer bekend wordt dat de toekomstverwachtingen van een bedrijf op lucht gebaseerd zijn.

Maar niet elke belegger verkoopt dan. Vaak in de hoop het verloren geld op een dag terug te verdienen, hoe klein die kans ook is. 

Aan de andere kant spelen overmoed en optimisme een rol. Zeker wanneer een aantal keren geld is verdiend, waant menig belegger zich onoverwinnelijk. Maar natuurlijk is het niet zo simpel. De wereld is te complex en de mens is niet in staat deze accuraat te voorspellen. Het lukt zelfs het gros van de professionele beleggers niet om jaar in jaar uit winst te behalen, en misschien wel niemand als we ervan uitgaan dat de succesvolle jongens veel geluk hadden.


5. Moeite met waardebepaling
Ook als het gaat om het waarderen van beleggingen schiet de mens te kort. Zo beschouwen we onterecht onze eigen aandelen als waardevoller dan die van anderen.

Daarnaast laten we ons gemakkelijk voor de gek houden. Zo maken grote getallen een stevigere impressie dan kleinere. We zijn meer onder de indruk van een eenmalige winst van 30%, dan jaarlijkse kosten ter hoogte van 3%. Menig beleggingsdienstverlener maakt hier gretig gebruik van door met behaalde rendementen te pronken, die overigens regelmatig niet representatief blijken te zijn.

Een ander fenomeen is het vasthouden aan een basis- of beginwaarde. Wanneer je bijvoorbeeld een aandeel voor 32 euro koopt, ben je geneigd je beslissingen te laten afhangen van deze waarde. Zelfs als daar niet langer een rationele basis aan ten grondslag ligt.


6. Beïnvloedbaar
Beleggers zijn, net als normale mensen, kuddedieren. Volgzaam, maar verre van rationeel. Hierdoor slaan we dikwijls onze eigen logica in de wind. Denk aan beleggers die hun portefeuille op de bodem van de markt verkopen, wanneer het bloed door de straten loopt. Maar al te vaak blijkt, zeker in het geval van een goed ingerichte portefeuille, dat herstel om de hoek is.


Ook gaan we er soms te snel van uit dat anderen, inclusief media en professionele beleggers, ons juist informeren. Wanneer je begint met beleggen, ben je bijvoorbeeld al snel geneigd om zelf aandelen te kopen. Dat is immers waarover je overal leest en hoort. Voor veel beleggers is dat echter geen geschikte keuze.


7. Gebrek aan discipline
Tot slot zorgen al onze tekortkomingen en zelfs verslavingsneigingen ervoor dat we ons maar moeilijk kunnen beheersen, zelfs wanneer we weten dat iets slecht voor ons is. Denk maar aan niet-beleggingsgedragingen zoals roken en gokken. Bovendien hebben we de neiging om patronen te zien en volgen die er logischerwijs niet zijn.

Combineer dat met onze hierboven genoemde beperkingen (punt 1-6) en je weet waarom de mens vaak niet met succes belegt
.


Hoe het dan wel moet
Onderzoek toont aan dat beleggen voor de lange termijn en gedegen spreiding van beleggingen essentieel zijn voor beurssucces. Mocht je het toch leuk vinden om te handelen in aandelen of meer risicovolle beleggingen, doe dat dan eventueel met een klein deel van je vermogen.


Jezelf (waarschijnlijk) niet onder controle?
Ga dan niet (langer) zelf aan de slag, maar besteed het vermogensbeheer uit. Let echter wel op de kosten. Je financiële toekomst is te belangrijk om er een beetje op los te gokken.

Er zijn gelukkig prima alternatieven voor zelf beleggen. Zo beperk je (op lange termijn) waarschijnlijk je verliezen en stress.

Lees meer over de verschillende vormen van beleggen


In magazine Effect lees je meer over irrationeel beleggen.