VEB.net maakt gebruik van cookies om het gebruiksgemak van de website te verbeteren. 

Ze zullen er flauw van worden op het hoofdkantoor van DSM: de steeds weer opduikende kwestie over het afsplitsen van de sterk cyclische kunststof- en materialentak. Toch zijn het vooral de resultaten die de drijvende kracht zijn achter dit repeterende verhaal. Ook in Corona-tijd.

In juni 2018 presenteerde DSM haar nieuwste doelstellingen. Topman Feike Sijbesma was stellig: de materialentak werd niet verkocht. DSM beloofde beleggers daarentegen dat de komende drie jaar zowel de voedings- als materialenactiviteiten met vijf procent per jaar zou groeien en dat de winstmarge in beide gevallen verder zou verbeteren.

Die afgegeven verwachting lijkt op dit moment maar ten dele uit te komen. Hoewel het voedingsonderdeel (‘Nutrition’) tot dusver naar behoren presteert, is er bij het materialenbedrijf (‘Materials’) maar weinig voor beleggers om vrolijk van te worden, zo bleek bij de vorige week gepubliceerde halfjaarcijfers.

De omzet van de Materials-tak daalde jaar op jaar met 16 procent en het rendement op kapitaal (ROCE) viel daarbij terug van 20 naar 12 procent. Tegelijkertijd steeg bij het stabielere voedingsonderdeel de omzet met een nette 6 procent, waarbij het rendement op kapitaal (ROCE) ten opzichte van vorig jaar slechts marginaal terugliep van 16 naar 14 procent.

Stabiel groeiend voedingsonderdeel
Het niet-cyclische voedingsonderdeel zag de omzet stijgen met 6 procent, waarvan het grootste deel autonoom. De stijging komt uit zowel voedingsingrediënten voor mens (‘Human Nutrition’) als dier (‘Animal Nutrition’). Terwijl het onderdeel dat voedingsingrediënten maakt voor dieren vooral in het eerste kwartaal goed presteerde, nam het onderdeel dat voedingsingrediënten maakt voor mensen het stokje over in het tweede kwartaal.

DSM probeert bij haar voedingsingrediënten steeds vaker de nadruk te leggen op premix activiteiten - bepaalde combinaties van voedingsingrediënten als vitaminen en mineralen – en speciaal oplossingen die het bedrijf daarmee in staat stellen hogere tarieven richting klanten te rekenen. Hierbij passen ook de in het afgelopen halfjaar aangekondigde overnames van het Deense Glycom en Oostenrijkse Erber.

In het eerste halfjaar steeg het aangepaste bedrijfsresultaat (‘adjusted EBITDA’) met 5 procent, waardoor de EBITDA-marge stabiel bleef rond de 21 procent. Hiermee zit DSM netjes op schema om in 2021 zowel haar omzetambitie (5 procent jaarlijkse groei) als EBITDA-marge doelstelling van meer dan 20 procent te halen.

Worstelend cyclisch materialenbedrijf
Dat is wel anders bij het materialenbedrijf, dat de omzet met 16 procent zag krimpen, vooral gedragen door fors lagere volumes (min 14 procent). De forse daling is het gevolg van de cyclische aard van eindmarkten van het onderdeel Materials zoals bijvoorbeeld de auto-industrie, bouw en elektronica.

Uit de toelichting aan analisten bleek afgelopen week dat gedurende de laatste maanden wel sprake was van enig herstel. Terwijl in april en mei door DSM nog een volumedaling van 20 tot 25 procent werd geconstateerd, is de krimp in de meest recente cijfers teruggelopen tot 10 à 12 procent. DSM gaf aan dat vooral in de auto-industrie nog sprake is van een traag herstel, waardoor het bedrijf vooralsnog forse krimpcijfers laat zien.

Mede door de zwakke omzetontwikkeling zakte de aangepaste EBITDA met liefst 28 procent, waarbij de EBITDA-marge uitkwam onder de 16 procent. Niet alleen de omzetambitie van 5 procent is door de coronapandemie verder weg dan ooit, ook de EBITDA-marge doelstelling van 18 tot 20 procent raakt uit zicht.

Roep om splitsing
Het materialenbedrijf zal dan ook zonder twijfel voor het tweede jaar op rij teleurstellen, waardoor de roep om een splitsing van DSM in een apart voeding- en materialenbedrijf de komende tijd mogelijk weer luider zal gaan klinken, na eerdere oproepen daartoe van hedgefonds Third Point en - begin dit jaar - activist Oceanwood Capital Management.

Hoewel het materialenbedrijf zonder twijfel in staat is om op langere termijn te groeien en aantrekkelijke rendementen te realiseren, is het onderdeel bovenal afhankelijk van de stand van de wereldeconomie. Met dat gegeven in het achterhoofd zal de DSM-top moeten nagaan of en wanneer men afscheid wil nemen van het Materials-onderdeel.

Voorlopig zal DSM nog kunnen wijzen op het ongunstige moment. Tijdens de huidige economische neergang zal het bedrijf namelijk waarschijnlijk niet de hoofdprijs ontvangen.

Het onderwerp zal in ieder geval weer aan de orde komen tijdens de virtuele beleggersdag van 4 november.

Wat opvalt aan de halfjaarcijfers
  • ● DSM zag de omzet in de eerste jaarhelft met 1 procent krimpen (tot 4,5 miljard euro) en de aangepaste winst nam af met 4 procent tot 399 miljoen euro.

  • ● Vooral het onderdeel Nutrition presteerde goed (omzetgroei: 6 procent). Minder goed presteerde Materials (min 16 procent), dat relatief veel blootstelling heeft aan cyclische eindmarkten, waaronder de auto-industrie.

  • ● De vooruitzichten voor het huidige boekjaar blijven onveranderd, waarbij het bedrijf ‘ten minste midden-enkelcijferige’ groei van het aangepaste bedrijfsresultaat (EBITDA) verwacht bij Nutrition. Over het onderdeel Materials doet het bedrijf geen uitspraken vanwege de grote onzekerheden.

  • ● Aandeelhouders krijgen op 28 augustus een interim-dividend van 80 eurocent per aandeel.

  • ● In juni had DSM daarnaast al aangekondigd het restant van haar inkoopprogramma ter grootte van 1 miljard euro te staken vanwege de onzekerheden rondom de coronapandemie en de aangekondigde overname van het Oostenrijkse Erber.

 




Gerelateerde artikelen