VEB.net maakt gebruik van cookies om het gebruiksgemak van de website te verbeteren. 

Een dag voor publicatie van de halfjaarcijfers stelde Ebusco een lening bij de bank veilig om door een lastige periode heen te komen. De bussenbouwer uit het Brabantse Deurne zag het verlies stevig oplopen door een lagere busproductie en door enorme kostenstijgingen. Zorgwekkender nog: de bodem van de kas raakte in zicht. De angst voor een verwaterende emissie op de korte termijn is wat afgenomen, maar nog niet helemaal verdwenen.

“We kunnen zonder twijfel stellen dat de eerste helft van 2023 teleurstellend was”, aldus de reflectie van Ebusco-oprichter en ceo Peter Bijvelds in het halfjaarrapport. De bussenbouwer waarschuwde in maart en eind juli al voor tegenvallers en lagere winsten. In de waarschuwing van 27 juli lag de nadruk op het forse operationele verlies (ebitda) dat Ebusco zou lijden over de eerste zes maanden van het jaar.

Woensdag 9 augustus werd definitief duidelijk dat het ebitda-verlies (43,5 miljoen euro) hoger uitviel dan de verkopen (41,7 miljoen euro). Ebusco was in de eerste zes maanden aan materiaalkosten alleen al meer kwijt dan dat het aan omzet haalde.

Dat zijn resultaten die doorgaans te zien zijn bij biotech-bedrijven die nog nauwelijks omzet hebben maar wel hoge kosten maken om een product te ontwikkelen. Maar kennelijk past het dus ook bij een relatief jonge bussenbouwer die bij het opkrikken van de productie te kampen krijgt met allerhande tegenslagen.

Over de eerste helft van het jaar viel ebitda-verlies hoger uit dan de verkopen

Bron: (half)jaarresultaten Ebusco. De resultaten over 2023 betreffen de halfjaarresultaten.

Bij de halfjaarcijfers kregen beleggers ook een inkijkje in de geldstromen van Ebusco. Voor een bedrijf dat hard wil groeien – het leverde vorig jaar 75 bussen en dat moeten er op de middellange termijn 3.000 worden – is het niet vreemd dat veel cash nodig is voor investeringen in personeel, voorraden en fabrieken. Maar door allerlei strubbelingen raakte de bodem van de kas snel in zicht. Van de 200 miljoen euro die eind 2021 nog op de bankrekening stond, was afgelopen juni nog maar 40 miljoen euro over.

Door negatieve geldstroom raakte de bodem van Ebusco’s kas steeds meer in zicht

Bron: (half)jaarresultaten Ebusco. De resultaten over 2023 betreffen de halfjaarresultaten. Bedragen in miljoenen euro’s.  

In het persbericht is te lezen dat Ebusco verschillende scenario’s heeft doorgerekend. In het minst rooskleurige toekomstbeeld, waarin bijvoorbeeld toeleveringsproblemen aanhouden, zouden “cashniveaus mogelijk onder de interne drempelniveau’s vallen”. 

“Hoewel Ebusco een zeer sterke current ratio heeft (het kunnen voldoen aan kortlopende verplichtingen, redactie), anticipeerde het op een dergelijk scenario door een kredietlijn van 41,5 miljoen euro veilig te stellen om ervoor te zorgen dat er voldoende liquiditeit beschikbaar is om aan zijn kortlopende verplichtingen te voldoen”, aldus het persbericht van Ebusco.  

In maart 2023 leek ceo Bijvelds nog wat optimistischer over de kaspositie, onder meer vanwege een grote verwachte betaling op een uitgestelde levering van bussen en vanwege de mogelijkheid dat de toeleveringsketens weer soepeler zouden gaan functioneren.  

Van dat optimisme lijkt nu echter weinig over. Opvallend is dat de handtekening onder het contract van de kredietfaciliteit één dag voor publicatie van de halfjaarcijfers is gezet (op 8 augustus). Buiten het feit dat de lening een looptijd heeft van 2 jaar, geeft Ebusco geen inzicht in de kredietvoorwaarden. Bijvoorbeeld met welke bank(en) het de lening heeft afgesloten, of de bank(en) bepaalde zekerheden hebben gekregen en welke rente is verschuldigd zodra Ebusco geld uit die faciliteit trekt.  

De vrees onder beleggers voor een aandelenemissie (die vanwege de fors gedaalde koers zal zorgen voor een sterke verwatering) zijn door deze lening wat afgenomen. Maar zolang de operationele en financiële prestaties niet verbeteren, lijkt dit risico nog niet helemaal geweken.

Bij de beursgang in oktober 2021 gaf Ebusco aan circa 100 miljoen extra kapitaal nodig te hebben voor het serieus opschalen van de productie. Bijvelds herhaalde die verwachting tijdens de laatste ava in mei. Hij wees er bij die gelegenheid op dat de cashpositie van het bedrijf per jaareinde 2022 95 miljoen euro was, maar dat deze aan het eind van 2023 of begin 2024 zodanig kan zijn geslonken dat nieuwe financiering nodig is.

Volgens hem was een aandelenuitgifte niet de eerste keuze. Ten tijde van de ava vonden er volgens de topman al “constructieve gesprekken met banken plaats” om te voorzien in een mogelijke liquiditeitsbehoefte. Met de nieuwe bankafspraak hebben die onderhandelingen nu tot een kredietlijn van ruim 40 miljoen euro geleid.

Leveringsproblemen

Het orderboek mag dan per eind juni zijn gestegen tot bijna 1800 bussen, het probleem is dat het bedrijf de elektrische bussen niet tijdig aan de klant kan leveren. Ebusco heeft te weinig onderdelen op voorraad, moet lang wachten totdat het van leveranciers de bestelde materialen ontvangt en kampt met een tekort aan technisch personeel. Die factoren leiden allemaal tot aanzienlijke vertragingen in de busproductie.

Uit de halfjaarcijfers blijkt dat die late leveringen Ebusco mogelijk geld gaan kosten. Het heeft een voorziening aangelegd in de verwachting dat het klanten de komende tijd een boete voor late levering moet betalen. Die voorziening drukt op het resultaat.

De tegenvallers van de afgelopen maanden waren nauwelijks anders dan de tegenwind waarmee Ebusco in 2022 te maken had. Beleggers waren dan ook verbaasd dat deze toch nog hun sporen hebben nagelaten in de eerste helft van 2023. Ebusco schreef de problemen van vorig jaar ook toe aan verstoringen van de toeleveringen. Zo zag het bedrijf zich onder andere genoodzaakt onderdelen via de lucht te vervoeren in plaats van over zee.

Vaart

Die verstoringen leidden niet alleen tot hogere transport- en distributiekosten, maar ook tot vertragingen. Ook was er sprake van hogere prijzen van grondstoffen en onderdelen. Bijvelds zei al eerder dat zijn bedrijf snel moest zoeken naar alternatieven in de vorm van andere leveranciers, meer assemblagepartners en het gebruik van vervangende onderdelen. Om de bussen sneller te kunnen produceren en leveren, werkt het bedrijf inmiddels samen met drie assemblagepartners in Europa en Azië.

Een vlekkeloze assemblage van de bussen is van levensbelang om de vaart in de productie te houden. Als hier haperingen optreden door bijvoorbeeld een onderdelentekort moet de bus uit de assemblagelijn worden gehaald en ontstaat vertraging waardoor Ebusco leveringsafspraken met z’n klanten niet kan nakomen.

Nieuwe fabriek

De productie van de bussen vindt nu nog plaats in de fabriekshal in Deurne. Op betrekkelijk korte termijn, uiterlijk in het eerste halfjaar van 2024, moet een nieuwe locatie in het Franse Rouen operationeel zijn. Ook daar moeten dan, net als in Deurne, vanaf 2024 twee bussen per dag van de band rollen. Binnen vijf jaar moet Ebusco dan in staat zijn 3.000 bussen per jaar af te leveren, zo bevestigde Bijvelds bij het halfjaarrapport nog maar eens richting beleggers. Vorig jaar waren dat 470 bussen.

Kader: Wat verder opviel aan de kwartaalcijfers
  • Het is niet alleen maar kommer en kwel bij Ebusco. Met de vraag naar bussen zit het wel snor. Het bedrijf kreeg bestellingen voor bij elkaar 320 bussen in de eerste helft van het jaar waardoor er nu bijna 1800 bussen in het orderboek zitten. Ebusco ging er eerder vanuit dat het orders zou binnenhalen voor 300 bussen.

  • Zoals eind juli al was meegedeeld, verwacht Ebusco een “significante verbetering van het operationele resultaat in 2023”. Ook zal naar verwachting de omzet over heel het jaar hoger uitvallen dan in 2022. Maar het ebitda-resultaat zal negatief blijven. In 2024 denkt Ebusco weer zwarte ebitda-cijfers te kunnen schrijven. Doelstellingen ten aanzien van kasstromen geeft Ebusco niet.

  • Het is zorgelijk dat het bedrijf een voorziening neemt van 1,3 miljoen euro vanwege “corrosie-gerelateerde zaken” voor enkele bussen van de vorige generatie (model 2.2). De voorziening is de “beste inschatting” van de kosten die nodig zijn om de bussen te repareren onder de afgegeven garantievoorwaarden. Een en ander lijkt nog prematuur want Ebusco geeft aan dat het de zaak “evalueert” met de betrokken klanten.

  • Ebusco verlaagde eind maart de verwachte winstmarge (ebitda) op de middellange termijn van 35 procent naar tussen de 20 en 25 procent. Toch is dat nog altijd een vrij hoge marge in een sector die zeer competitief is. Dit betekent dat Ebusco verwacht dat het hoge verkoopprijzen in rekening kan brengen, onder meer omdat de bussen - aldus Ebusco – door het composieten onderstel lichter zijn dan de bussen van de concurrentie. Hierdoor kunnen langere afstanden worden afgelegd zonder de batterij op te laden. Bij eventuele imagoschade vanwege corrosieproblemen wordt het lastiger om die hogere prijzen te blijven hanteren.

 

 

 


U heeft geen gratis artikelen meer over
Nog geen VEB-account?
Voor toegang tot de volledige website dient u een VEB-lidmaatschap aan te houden en in te loggen.
Meer infomatie over het VEB -lidmaatschap