VEB.net maakt gebruik van cookies om het gebruiksgemak van de website te verbeteren. 

Waar sectorgenoten worstelen met verkopen, sloot CVC in het tweede kwartaal stevige deals. Dat viel op. Juist in een onrustige markt.

De halfjaarcijfers van CVC vielen iets lager uit dan analisten hadden verwacht. Het beheerde vermogen waarover fees worden ontvangen – de zogenoemde fee-paying assets under management (FPAUM) – kwam uit op 140 miljard euro, tien procent meer dan een jaar geleden, maar net onder de raming van 142 miljard euro.

De management fees bedroegen 705 miljoen euro, tegenover een verwachting van 707 miljoen euro. De aangepaste nettowinst kwam uit op 396 miljoen euro, goed voor circa 36 eurocent per aandeel.

Maar de ogen van veel beleggers waren op iets belangrijks gericht, de ‘realisaties’: de daadwerkelijke verkopen van portfoliobedrijven en het commentaar van het concern daarop.

Exits overeind
Want zonder succesvolle exits stokt het private-equitymodel. Beleggers krijgen dan geen geld terug en zijn minder geneigd nieuw kapitaal toe te zeggen. Ook de inkomsten van private-equity-spelers lijden er dan onder: de performance fees vallen weg en het businessmodel komt onder druk. Geen verkopen betekent: geen cash, geen groei en geen vertrouwen.

Dat wantrouwen kwam niet uit de lucht vallen. De dealmarkt schokte begin Q2 door nieuwe Amerikaanse handelstarieven. Dat drukte waarderingen en vertraagde transacties. In private markten nam de voorzichtigheid toe.

Analisten signaleerden de afgelopen maanden al dat private-equityhuizen moeite hadden met exits. IPO’s – traditioneel een belangrijk verkoopkanaal – zijn vrijwel stilgevallen. Verschillende grote spelers, waaronder KKR en Carlyle, kampen met bedrijven die langer in portefeuille blijven dan voorzien als gevolg van de stokkende exit-markt.

Juist daarom viel het op dat CVC het afgelopen kwartaal wél stevig wist te verkopen. In totaal kwam het bedrag aan realisaties uit op 4,2 miljard euro. Dat is minder dan in het tweede kwartaal van 2024, maar onder de huidige marktomstandigheden zeker keurig te noemen.

CEO Rob Lucas sprak wel van een markt die nog altijd complex en volatiel is. Daardoor kunnen exits meer tijd vergen dan wenselijk.

Ondanks marktstress bleef CVC in staat om deals te sluiten

Bron: (Kwartaal)verslagen CVC. Bedragen in miljarden euro’s. De grafiek laat zien hoe de verkopen zijn verdeeld over drie categorieën. 1) Private Equity: betreft de verkoop van bedrijven die CVC eerder heeft overgenomen. 2) Secondaries: betreft de verkopen van belangen in bestaande private-equity fondsen die CVC van andere beleggers heeft overgenomen. 3) Infrastructure: betreft de verkoop van participaties in infrastructuurprojecten zoals tolwegen of energievoorzieningen.

Verder benadrukte de topman dat CVC “nog steeds in staat is om bedrijven te verkopen in een uitdagend klimaat” en zelfs “meer geld aan beleggers heeft teruggegeven dan het heeft opgevraagd”. Daarmee keerde de toon: waar vooraf scepsis heerste, onderstreepte de verkoopcijfers vooral de dealkracht van CVC.

Over de afgelopen twaalf maanden verkocht CVC zelfs voor 13,2 miljard euro, 20 procent meer dan een jaar eerder (circa 11 miljard euro). Gemiddeld lag de opbrengst rond 3,3 keer de inleg (opbrengst gedeeld door inleg).

Fictieve exits
Een veelgehoorde kritiek op de sector is dat exits steeds vaker plaatsvinden via zogeheten continuation funds: belangen die niet op de markt kwijt kunnen, worden ondergebracht in een nieuw fonds. Dat fonds wordt vaak opgezet en gefinancierd door dezelfde private-equitypartij die het belang al in bezit had. Boekhoudkundig ontstaat er dan wel een ‘exit’, maar zonder dat er een echte nieuwe koper aan te pas komt.

CVC doet ook aan dit soort structuren, maar CFO Fred Watt benadrukte tijdens de analistencall dat “minder dan een kwart van de verkopen via continuation vehicles liep”. Het merendeel ging naar externe partijen – waaronder strategische kopers die volgens het concern langzaam terugkeren op de dealmarkt.

Wel gaf CFO Watt aan dat exitmomenten “altijd wat lumpy zijn”. Voor heel 2025 verwacht CVC dat de totale verkoopopbrengst op of net boven het niveau van 2024 zal uitkomen. Dat impliceert dat de verkopen in de tweede jaarhelft waarschijnlijk rustiger zullen verlopen.

CVC zwemt tegen de stroom in, maar de vaart van de exits zal dus afnemen. Beleggers lijken er niet gerust op. Rond de middag noteert het aandeel circa zes procent lager.

Aandeelhouders CVC zoeken zelf ook een exit

  • CVC kwam in april 2024 naar de Amsterdamse beurs, vooral om bestaande aandeelhouders een uitweg te bieden. Voor het bedrijf zelf vloeide er slechts beperkt nieuw kapitaal binnen (circa 250 miljoen euro); de beursgang draaide voornamelijk om de verkoop van bestaande aandelen.

  • Voor een groep institutionele investeerders gold na de beursgang een lockup periode van 180 dagen. Inmiddels is die termijn voorbij en hebben deze partijen van de gelegenheid gebruikgemaakt om een deel van hun stukken te verkopen. Hun gezamenlijke belang daalde zo van 16 naar 12 procent.

  • Het grootste deel – zo’n 70 procent van de aandelen – is nog altijd in handen van werknemers en partners van CVC. Zij mogen hun belang gefaseerd verkopen: vanaf april 2027 mag 25 procent de markt op, in 2028 nog eens 25 procent, en in 2029 de rest.





Gerelateerde artikelen