Beleggers reageren geschokt op de kwartaalcijfers die Shell publiceerde. Zelden lopen verwachtingen en werkelijkheid bij een groot bedrijf zover uiteen als nu bij Shell.
Waar analisten rekening hielden met een aangepaste kwartaalwinst van zes miljard dollar bleek Shell afgelopen drie maanden ‘slechts' 4,6 miljard dollar verdiend te hebben.
Dat is ook nog eens twintig procent minder dan in dezelfde periode vorig jaar.
Topman Peter Voser - hij vertrekt begin volgend jaar- moest erkennen dat de resultaten "duidelijk teleurstellend" waren.
Een dergelijke kwalificatie geven topmannen, zeker van Shell, kwartaalcijfers maar zelden, ook al voegde hij eraan toe dat een deel van de tegenvallers van incidentele aard is.
Pijnpunt
De lijst met factoren is lang: van stevige afboekingen op schaliegas in Noord-Amerika en een daling van de Australische dollar tot opgelopen operationele kosten en hogere exploratiekosten. Maar het echte pijnpunt zit in Nigeria. Het is de vraag in hoeverre dit een incidentele factor is.
Shell, de oudste en grootste speler in Nigeria, spreekt de overweging uit om zich langzaam voor een groot deel uit de probleemgebieden terug te trekken.
Een ton minder
Al jaren is Nigeria een bron van onrust voor Shell, een behoorlijk profijtelijke overigens. Nu lijkt het erop dat het energieconcern toch echt de buik vol heeft van de activiteiten in het West-Afrikaanse land.
Topman Voser liet in het kwartaalbericht optekenen dat de nieuwe "fase" waarin Shell zich bevindt tot veel desinvesteringen zal leiden in de komende jaren. Nigeria noemde hij daarbij niet bij naam.
Na jarenlange negatieve publiciteit rondom Nigeria, worden de problemen in het land nu ook steeds beter zichtbaar in de financiële cijfers. Als gevolg van "een verslechtering van de operationele omgeving" in Nigeria pompte Shell in het tweede kwartaal 100 duizend olievaten minder op dan in dezelfde periode vorig jaar.
Voser, die beleggers forse toekomstige groei belooft, moest hierdoor meedelen dat de productie dagelijkse hoeveelheid olievaten hierdoor daalde met 1 procent tot iets meer dan 3 duizend vaten. Exclusief Nigeria was juist sprake van een groei van 2 procent.
Vorige maand maakte Shell nog onder protest een heffing over van 140 miljoen dollar aan het Nigeriaanse Maritieme agentschap om een exportblokkade weg te halen.
De zee in
Internationale oliespelers lijken genoeg te hebben van ontvoeringen, sabotage en diefstal in de Nigeria. Shell heeft tussen 2007 en 2012 maar liefst 945 productieproblemen gehad als gevolg van problemen met rebellen.
Shell meldt dat het bezig is met een "strategische review en mogelijke exit " van activiteiten in het oosten van de Niger Delta. Bij een verkoop zou dit er toe kunnen leiden dat er een productie van 80 tot 100 duizend olievaten wegvalt.
Maar dat wil niet zeggen dat de oliereus de regio voorgoed gedag zegt. Shell heeft het meeste last van rebellen in gebieden waar de olie makkelijk af te tappen valt, zoals in de moerassen en laagwatergebieden in de Delta.
Het oliebedrijf zet, samen met andere grote oliemajors, steeds meer in op offshore oliebronnen, die verder in de zee liggen.
Het Nederlands-Brits concern is hier een voorloper. Al in 1995 exploreerde Shell het zogeheten Bonga-veld dat 120 kilometer voor de kust van Nigeria ligt. Het veld heeft een capaciteit van 1 miljard olievaten en kan 220 duizend vaten per dag produceren.
In 2011 kocht Shell samen met het Italiaanse Eni een offshore veld van de Malabu Oil en Gas Ltd. Een veld dat goed is voor een totaal van 9 miljard olievaten.
Naast de kleinere kans op problemen met rebellen speelt ook mee dat de olievelden in de binnenvelden van Nigeria langzaamaan leeg beginnen te raken, terwijl er in de offshoregebieden nog voldoende olie te winnen valt.
Dat is ook nog eens twintig procent minder dan in dezelfde periode vorig jaar.
Topman Peter Voser - hij vertrekt begin volgend jaar- moest erkennen dat de resultaten "duidelijk teleurstellend" waren.
Een dergelijke kwalificatie geven topmannen, zeker van Shell, kwartaalcijfers maar zelden, ook al voegde hij eraan toe dat een deel van de tegenvallers van incidentele aard is.
Pijnpunt
De lijst met factoren is lang: van stevige afboekingen op schaliegas in Noord-Amerika en een daling van de Australische dollar tot opgelopen operationele kosten en hogere exploratiekosten. Maar het echte pijnpunt zit in Nigeria. Het is de vraag in hoeverre dit een incidentele factor is.
Shell, de oudste en grootste speler in Nigeria, spreekt de overweging uit om zich langzaam voor een groot deel uit de probleemgebieden terug te trekken.
Een ton minder
Al jaren is Nigeria een bron van onrust voor Shell, een behoorlijk profijtelijke overigens. Nu lijkt het erop dat het energieconcern toch echt de buik vol heeft van de activiteiten in het West-Afrikaanse land.
Topman Voser liet in het kwartaalbericht optekenen dat de nieuwe "fase" waarin Shell zich bevindt tot veel desinvesteringen zal leiden in de komende jaren. Nigeria noemde hij daarbij niet bij naam.
Na jarenlange negatieve publiciteit rondom Nigeria, worden de problemen in het land nu ook steeds beter zichtbaar in de financiële cijfers. Als gevolg van "een verslechtering van de operationele omgeving" in Nigeria pompte Shell in het tweede kwartaal 100 duizend olievaten minder op dan in dezelfde periode vorig jaar.
Voser, die beleggers forse toekomstige groei belooft, moest hierdoor meedelen dat de productie dagelijkse hoeveelheid olievaten hierdoor daalde met 1 procent tot iets meer dan 3 duizend vaten. Exclusief Nigeria was juist sprake van een groei van 2 procent.
Vorige maand maakte Shell nog onder protest een heffing over van 140 miljoen dollar aan het Nigeriaanse Maritieme agentschap om een exportblokkade weg te halen.
De zee in
Internationale oliespelers lijken genoeg te hebben van ontvoeringen, sabotage en diefstal in de Nigeria. Shell heeft tussen 2007 en 2012 maar liefst 945 productieproblemen gehad als gevolg van problemen met rebellen.
Shell meldt dat het bezig is met een "strategische review en mogelijke exit " van activiteiten in het oosten van de Niger Delta. Bij een verkoop zou dit er toe kunnen leiden dat er een productie van 80 tot 100 duizend olievaten wegvalt.
Maar dat wil niet zeggen dat de oliereus de regio voorgoed gedag zegt. Shell heeft het meeste last van rebellen in gebieden waar de olie makkelijk af te tappen valt, zoals in de moerassen en laagwatergebieden in de Delta.
Het oliebedrijf zet, samen met andere grote oliemajors, steeds meer in op offshore oliebronnen, die verder in de zee liggen.
Het Nederlands-Brits concern is hier een voorloper. Al in 1995 exploreerde Shell het zogeheten Bonga-veld dat 120 kilometer voor de kust van Nigeria ligt. Het veld heeft een capaciteit van 1 miljard olievaten en kan 220 duizend vaten per dag produceren.
In 2011 kocht Shell samen met het Italiaanse Eni een offshore veld van de Malabu Oil en Gas Ltd. Een veld dat goed is voor een totaal van 9 miljard olievaten.
Naast de kleinere kans op problemen met rebellen speelt ook mee dat de olievelden in de binnenvelden van Nigeria langzaamaan leeg beginnen te raken, terwijl er in de offshoregebieden nog voldoende olie te winnen valt.
| 4 KEER KWARTAALCIJFERS SHELL |
| - De aangepaste winst daalde in het tweede kwartaal met 20 procent tot 4,6 miljard dollar. Een stevige tegenvaller, want analisten rekenden op 6 miljard dollar. - De productie van olie en gas zakte met 1 procent tot het equivalent van 3,06 miljoen vaten olie per dag. De daling kwam vooral door problemen in Nigeria en het afstoten van onderdelen. - De balans van Shell is met een zogeheten gearing, schuld ten opzichte van eigen vermogen, van 10 procent degelijk te noemen. Hierdoor kan het kwartaaldividend met 5 procent verhoogd worden tot 0,45 dollar. Op jaarbasis betekent een dividendrendement van meer dan 5 procent. - Onder meer vanwege de tegenvallende resultaten laat Shell haar lange termijndoelstellingen los. Tot nu mikte het concern op een dagelijkse olieproductie in 2017/2018 van vier miljoen vaten. |
Gerelateerde artikelen