VEB.net maakt gebruik van cookies om het gebruiksgemak van de website te verbeteren. 

De grootste pijnpunten van Air France-KLM na weer een beroerd jaar

De zorgen bij Air France-KLM nemen met de dag toe  en een duidelijke oplossing lijkt niet voor handen. Dat zal de toch al flink opgelopen spanningen tussen de Fransen en de Nederlanders niet ten goede komen.

De problemen waar luchtvaartmaatschappij Air France-KLM mee kampt zijn al breed uitgemeten afgelopoen maanden.

De jaarcijfers 2014 maken nog eens duidelijk hoe beroerd het gaat. Het antwoord van het concern op alle kwesties is inmiddels een grijsgedraaide plaat: ‘'.

Het concern boekte over 2014 op een nagenoeg vlakke omzet van bijna 25 miljard euro een bedrijfsresultaat (ebitda) van 1,59 miljard euro. Ondanks alle kostenbesparingen is dat 266 miljoen euro lager dan het jaar ervoor.

Gecorrigeerd voor de omvangrijke kosten van de Franse pilotenstaking zou wel een hoger bedrijfsresultaat zijn behaald. Maar gezien de maatregelen die de vliegtuigmaatschappij nog zal willen nemen is het de vraag of de kosten van stakingen als eenmalige lasten te beschouwen zijn.

De grootste zorgen van Air France-KLM op een rij.

1.Concurrentie
Het is vooral de grote concurrentie van prijsvechters als Ryanair en Easyjet die de grote spelers als Air France-KLM en Lufthansa het leven zuur maken.

Deze budgetmaatschappijen groeien onstuimig en kunnen door hun lage kostenbasis stunten met ticketprijzen.
Daarnaast neemt de concurrentie op de nog wel profijtelijke intercontinentale routes flink toe van maatschappijen uit het Midden-Oosten en Azië.

Dit laatste zorgt voor overcapaciteit en druk op de tarieven. Door alle prijsdruk wordt een groot deel van de kostenbesparingen teniet gedaan.

2. Macht van de vakbonden
Zomaar even flink in de kosten snijden is er voor de grote spelers niet bij. De macht van de vakbonden in Nederland en met name in Frankrijk is groot. Stakingen komen regelmatig voor en kosten het concern veel geld.

Vorig jaar wilde Air France-KLM met Transavia de concurrentie aan gaan met de budgetmaatschappijen.

De Franse piloten zouden daarbij flink salaris moeten inleveren, maar legden het werk neer. Totale kosten voor Air France-KLM 330 miljoen euro op bedrijfsresultaatniveau.

3. Financiële positie
Door de jarenlange druk op de resultaten is de financiële positie van Air France-KLM op zijn zachts gezegd precair.
Het concern sloot 2014 af met een nettoschuld van 5,4 miljard euro, fractioneel hoger dan een jaar terug. Dat geeft een verhouding nettoschuld/ebitda van 3,4 op twaalf maandbasis.

Door nieuwe pensioenregels en verliezen op olietermijncontracten geraakte het eigen vermogen nog dieper onder het nulpunt. We spreken over een negatief bedrag van 671 miljoen euro.

De luchtvaartmaatschappij benadrukt dat dit geen impact heeft op de bedrijfsvoering en de financiële verplichtingen.

Er is een kredietlijn van 1,77 miljard euro en vorige maand is er 327 miljoen euro binnengekomen op de verkoop van aandelen in reserveringsbedrijf Amadeus.

Dat mag zo zijn, Air France-KLM heeft geen ruimte meer en moet noodgedwongen snijden in het investeringsbudget. Dat impliceert een minder efficiënte vloot en dus verdere achterstand op de concurrentie.

4. Interne onrust
Nu het zo slecht gaat wordt duidelijk dat Air France en KLM nooit echt goed geïntegreerd zijn en komt ook de bloedgroepenstrijd tussen de Fransen en de Nederlanders nadrukkelijker naar voren.

De Fransen deden al een poging de kas van KLM te beheersen, wat voorlopig is afgewend. Het gaat om een bedrag van 1 miljard euro dat KLM jaarlijks naar Frankrijk zou moeten overboeken.

Helemaal gerust zijn de Nederlanders niet. Gevreesd wordt dat de Fransen niet afdoende in de kosten snijden en daardoor bij KLM zullen aankloppen.

5. Olieprijs
De fors gedaalde olieprijs geeft de gehele luchtvaartsector lucht. Bij Air France-KLM maken brandstofkosten 43 procent uit van alle externe kosten. Door termijncontracten is de kerosinerekening vorig jaar echter slechts 4 procent lager uitgevallen.

Dit jaar zal het positieve effect eveneens zeer beperkt zijn (300 miljoen euro op 6,6 miljard euro), omdat 62 procent van het verwachte kerosineverbruik al tegen hogere prijzen is ingekocht.

Bovendien zullen de verwachte besparingen door de lage olieprijs dit jaar weer teniet gedaan worden door prijsdruk en negatieve valuta-effecten.

Financiële doelstellingen voor 2020 zijn neerwaarts aangepast en zullen nog nader worden bijgesteld.

Geen wonder dat de beurskoers onder druk staat in afwachting van drastischere stappen, zoals een aandelenemissie, verkoop van bedrijfsonderdelen of een zoektocht naar partners.




Gerelateerde artikelen