VEB.net maakt gebruik van cookies om het gebruiksgemak van de website te verbeteren. 

De olieprijs blijft ook in 2017 onder druk staan. Het overaanbod op de wereldoliemarkt zal volgens de laatste inzichten van Internationaal Energie Agentschap (IEA) langer aanhouden dan eerder gedacht.

Volgens het IEA zwakt de vraag met name in India en China nog af en blijft de olieproductie in het Midden-Oosten op een hoog niveau, ondanks de lage prijzen. Hierdoor zullen de voorraden in 2017 verder groeien, wat het vierde jaar met overaanbod op rij zou zijn. De olietanks puilen overal ter wereld uit.

Dit is een opvallende wijziging in de visie van het IEA, dat lange tijd aangaf dat de oliemarkt juist in balans zou komen. De wereldwijde vraag naar olie komt volgens het IEA in 2017 uit op gemiddeld 97,3 miljoen vaten per dag. Dat zijn 200.000 vaten minder dan eerder werd voorspeld.

De lagere olieprijs als gevolg van deze berichten komt Ben van Beurden, de baas van Shell, slecht uit. Van Beurden zei onlangs nog dat hij het helemaal gehad heeft met dat gezeur van beleggers en milieudeskundigen over ‘stranded assets’, de olie- en gasvoorraden die als gevolg van de lage olieprijs nooit uit de grond gaan komen. Steeds meer beleggers vrezen dat een deel van de reserves van Shell hierdoor ooit als waardeloos zullen moeten worden afgeboekt. Volgens Van Beurden echter zal alles wat Shell in de boeken heeft staan gewoon worden opgepompt, ook als we er met zijn allen in slagen de temperatuurstijging op deze aardbol tot 2 graden te beperken.

Het is de vraag of dit optimisme gerechtvaardigd is en of beleggers niet in slaap worden gesust. Van Beurden kan zich natuurlijk vergissen in zijn pogingen het vertrouwen van beleggers te herstellen. Bestuurders hebben soms de neiging bepaalde feiten waarvan ze wel degelijk op de hoogte zijn, voor het gemak maar te ‘vergeten’. En dan gaan ze over de schreef. Hier ligt een belangrijke taak voor de Raad van Commissarissen, die daar ook door de VEB de komende jaren meer en meer op zal worden aangesproken.

Een ‘groene stresstest’ op het bedrijfsmodel is daarom nu noodzakelijker dan ooit: uitvoerig doorrekenen wat de financiële gevolgen zijn voor Shell van vergaande maatregelen om verdere opwarming van de aarde tegen te gaan, als deze op korte termijn versneld worden doorgevoerd. Deze maatregelen kunnen namelijk rampzalig zijn voor de olieprijs.

Steeds meer institutionele beleggers zien klimaatverandering namelijk als een risico dat gekwantificeerd kan en moet worden. Ook Shell zou een dergelijke stresstest moeten uitvoeren.

Nu de twee grootste vervuilers, de VS en China, het Akkoord van Parijs hebben geratificeerd is de kans aanzienlijk gestegen dat maatregelen om de uitstoot van CO2 terug te dringen sneller in werking treden. Shell moet dat ook zien. Het is van groot belang voor beleggers dat er duidelijk en uitvoerig wordt gerapporteerd over de mogelijke gevolgen van milieumaatregelen voor de resultaten en de balans van het bedrijf. Ook als dat bedrijf die maatregelen misschien niet verwacht of onwenselijk vindt.

 

Het klimaatakkoord van Parijs en de ratificatie daarvan door de twee grootste vervuilers (China en de VS) kan grote gevolgen hebben voor alle energiebedrijven. Bij iedere bekrachtiging komt inwerkingtreding van het verdrag een stap dichterbij. Steenkolen gaan snel in de ban, olie en wellicht zelfs gas volgen snel als de opwarming van de aarde tot 2 graden beperkt moet blijven, wat het doel van verdrag is.


Tot nu toe hebben 180 landen het bindende verdrag ondertekend, maar om het in werking te laten treden is ratificatie van het akkoord nodig door 55 landen die samen verantwoordelijk zijn voor minstens 55 procent van de wereldwijde uitstoot.

 

 

 

 




Gerelateerde artikelen