VEB.net maakt gebruik van cookies om het gebruiksgemak van de website te verbeteren. 

AkzoNobel schudde opstandige aandeelhouders in april van zich af met ambitieuze doelstellingen. Na een zeer matig tweede kwartaal is de vraag hoe haalbaar die doelstellingen nog zijn.

“Het betere plan”, zo bestempelde de vorige week om gezondheidsredenen vertrokken ceo Ton Büchner Akzo’s zelfstandige strategie en doelstellingen in april. Die strategie zou “meer waarde, meer zekerheid en minder risico” voor aandeelhouders betekenen dan het bod van PPG, dat uiteindelijk zou oplopen tot 96,75 euro per aandeel.  

Nu – krap 4 maanden later – doen de dinsdag gepubliceerde zeer matige tweede kwartaalcijfers afvragen hoe houdbaar de doelstellingen zijn.

Büchner’s vervanger, de Belg Thierry Vanlancker, moest beleggers dinsdag 25 juli uitleggen dat Akzo’s resultaten sterk onder druk staan door hogere kosten voor grondstoffen en aanhoudende vraaguitval in de scheepsvaart- en oliesector.

 

Zwak

Akzo’s zelfstandige strategie heeft kort gezegd twee pilaren: de speciaalchemietak gaat in de uitverkoop en bij de verf- en coatingstak moet de winst en het rendement fors worden opgevoerd.

Over de chemietak kwam niks nieuws naar buiten. De tak moet voor april volgend jaar verkocht zijn en nog steeds tussen de 8 en 12 miljard euro opleveren. “Er veel interesse voor de chemietak is. Zodra we meer duidelijkheid hebben zullen we beleggers een update geven”, aldus ceo Vanlancker kortaf.  

De pijn zit in de twee takken die Akzo binnenboord wil houden. Zo daalden bij decoratieve verven (Sikkens, Flexa en Dulux) de verkopen met één procent ten opzichte van het tweede kwartaal van 2016 tot iets meer dan een miljard euro. De operationele winst zakte zelfs met 8 procent tot 121 miljoen euro.

AkzoNobel spreekt van een “nadelig prijsmix-effect”, wat niet anders betekent dan dat het aandeel goedkope verfblikjes in de winkelwagens bij bouwmarkten toenam. Ook hogere grondstofkosten vraten de winst aan.

Bij de coatingstak – die lakken en coatings voor auto’s, jumbojets en schepen maakt – vallen de resultaten eveneens tegen.  

Door aanblijvende zwakte in olie- en gasmarkten zakte de omzet met 3 procent tot 1,5 miljard euro (gecorrigeerd voor acquisities en desinvesteringen). De operationele winst lag bijna een-tiende lager op 202 miljoen euro. Ook hier is de voornaamste boosdoener de hogere factuur voor grondstoffen.

 

Onmacht

“De impact van grondstofprijzen is hoger dan we aan het begin van het jaar dachten, aldus ceo Vanlancker. Volgens hem bleek het in sommige segmenten lastig om prijzen te verhogen. Het concern is nu wel bezig met het doorvoeren van prijsverhogingen, maar stelt dat dit een langzaam proces is.

De onmacht om hogere grondstofkosten door te berekenen aan klanten signaleert gebrekkige prijsmacht bij zowel decoratieve verven als de coatingstak.

De vrees bestaat dat hogere grondstofrekeningen geplande kostenbesparingen teniet zullen doen. Dat voedt de twijfel over de haalbaarheid van de toch al ambitieuze financiële doelstellingen voor 2020.

PPG-ceo Michael McGarry wees er bij zijn verschillende toenaderingspogingen op dat een krachtenbundeling tussen AkzoNobel en het Amerikaanse concern tot een significante reductie in grondstofkosten zou kunnen leiden. Volgens McGarry zou zeker 40 procent van de totale synergievoordelen van 750 miljoen euro voor de combinatie samenhangen met gunstigere prijsafspraken voor de inkoop van grondstoffen.

 

Twijfels

Akzo-ceo Vanlancker gaf dinsdagochtend bij de cijferpresentatie aan dat de strategie en doelstellingen – waaronder een operationele winst die dit jaar 100 miljoen euro hoger moet liggen dan in 2016 – onder zijn leiding overeind blijven. Maar hierbij maakt Vanlancker de kanttekening dat markten en de economie niet verder moeten verslechteren. 

Het feit dat het concern opeens in het kwartaalrapport expliciet en uitgebreid ingaat op allerlei risicofactoren, lijkt aan te geven dat AkzoNobel beleggers op de neerwaartse risico´s wil wijzen. Dat deed AkzoNobel bij de eerste kwartaalcijfers aanzienlijk minder expliciet.

Met een (gedaalde) marge van 10,1 procent voor decoratieve verven en 13,1 procent voor de coatingstak is AkzoNobel verder verwijderd van de 2020-doelstellingen dan eind maart toen de eerste kwartaalcijfers werden gepresenteerd (minimaal 15 procent marge)

De koers van AkzoNobel noteert in de middag ruim een procent lager op 74,20 euro.

Tegen die koers is AkzoNobel net geen 19 miljard euro waard. Dat is ruim 6 miljard euro minder dan het laatste afgewezen bod van PPG (25 miljard euro).

 

President commissaris Burgmans vertrekt

AkzoNobel wil de relatie met aandeelhouders verbeteren. In een bijzondere aandeelhoudersvergadering van 8 september wil het beleggers meer informatie geven over de afwijzing van het bod van PPG. Ook de voordracht van de nieuwe ceo Thierry Vanlancker staat op de agenda.

Daarnaast belooft AkzoNobel dat het nog meer in gesprek gaat met beleggers en er wordt zelfs een heel team van de Amerikaanse zakenbank JP Morgen ingevlogen om de verstoorde relatie met aandeelhouders te verbeteren.

Ook maakte president-commissaris Anthony Burgmans – “buitengewone omstandigheden” daargelaten – bekend op te stappen als zijn derde termijn in april volgend jaar afloopt.  

AkzoNobel snijdt hiermee wel de pas af van de activistische aandeelhouder Elliott, die donderdag bij de rechter eist dat er een bava komt waarin Burgmans kan worden weggestemd. Doordat AkzoNobel de bava al over 45 dagen houdt, zal het Elliott niet lukken een punt op de agenda te krijgen. Voor het krijgen van een punt op de agenda geldt volgens de Nederlandse wet een termijn van 60 dagen.

 

Komen en gaan

Na het onverwachte vertrek van Büchner en de komst van ceo Vanlancker is het een komen en gaan in de board van AkzoNobel.

Zo is opmerkelijk dat Werner Fuhrman wordt teruggehaald bij Akzonobel als hoogste baas van de af te splitsen chemiedivisie. Fuhrman verliet vorig jaar september AkzoNobel, na 37 jaar trouwe dienst.

Akzo-Ceo Vanlancker, die tot vorige week leiding gaf aan de chemiedivisie, is vol lof over Fuhrman en zijn “unieke kennis van AkzoNobel en de industrie”.  

Ook wordt Ruud Joosten met onmiddellijk ingang chief operating officer (COO) van de verf en coatingscombinatie. Hij was hoofd van het onderdeel decoratieve verven.

In het voorjaar waren er nog vraagtekens bij het onverwachte vertrek van de ceo van de coatingsdivisie Conrad Keijzer. Aandeelhouders beklaagden zich erover dat AkzoNobel in alle “toonaarden zweeg over het vertrek” in een periode waarin het concern werd benaderd voor een overname. 

  

 

Lees ook de VEB-Barometer analyse van AkzoNobel




Gerelateerde artikelen