VEB.net maakt gebruik van cookies om het gebruiksgemak van de website te verbeteren. 

Vermogensbeheerders beconcurreren elkaar fel om de gunst van welgestelde particulieren. Echt onderscheidend zijn de private banks alleen op details, blijkt uit onderzoek door de VEB. Het aanbod verschilt niet veel, resultaten houden niet over en de kosten zijn over de hele linie hoog.

Private banks hebben gemeen dat zij individueel vermogensbeheer, individueel beleggingsadvies en zelfstandig beleggen aanbieden. Daarnaast worden in veel gevallen diensten geboden als nalatenschapsplanning (estate planning), bedrijfsoverdracht, fiscale planning, begeleiden van de (jonge) generatie die het vermogen moet gaan overnemen, filantropiebegeleiding en begeleiding in het aanleggen van een kunstcollectie.

Om in aanmerking te komen voor al dit moois zullen particulieren een substantieel vermogen mee moeten brengen. Lange tijd was 1 miljoen euro aan vrij beschikbaar (familie-)vermogen nodig om binnen te komen bij een private bank. De felle concurrentiestrijd heeft ervoor gezorgd dat klanten met een vermogen van een half miljoen euro ook al worden toegelaten.

De VEB vergeleek een achttal Nederlandse aanbieders van private banking: ABN Amro, Triodos, ING Bank, Rabobank, Van Lanschot, InsingerGilissen, bank Ten Cate & Cie en Hof Hoorneman bankiers. Om een vergelijking mogelijk te maken werd vooral gekeken naar de prestaties op het gebied van vermogensbeheer en financiële planning, de twee elementen die in ieder geval onderdeel moeten zijn van het private banking-concept.

Het financieel plan, eventueel met een geïntegreerd estate plan (vermogensoverdracht), zou de basis moeten zijn voor alle dienstverlening bij een private bank. Hierin wordt de gehele huidige vermogenspositie van een klant in kaart gebracht. Op basis daarvan worden het gewenste huidige uitgavenpatroon en de toekomstige specifieke doelstellingen geïnventariseerd, waarna in kaart gebracht wordt of de doelstellingen haalbaar zijn en hoe beleggen hierbij een rol kan spelen.

Van het door private bankers zo omstandig beleden geloof in een persoonlijke benadering komt in het beleggingsbeleid weinig terecht, zo blijkt. Een portefeuille wordt niet individueel samengesteld op basis van maatwerk, maar op basis van een aantal risicoprofielen. Voor ieder risicoprofiel ligt een standaardportefeuille op de plank, waarbij klanten uitsluitend de keuze wordt geboden tussen diverse mandaten zoals duurzaam, fondsen, individuele lijnen of een combinatie hiervan. Individueel maatwerk in vermogensbeheer is nog wel mogelijk maar is in de regel pas beschikbaar vanaf een substantieel hoger vermogen.

Het volledige onderzoek naar Private Banking uit Effect 3 is voor leden van de VEB (ook) hier te lezen.

Effect, het magazine van de VEB, staat iedere maand bol van beleggingsnieuws en analyses. Heeft u nog geen abonnement op Effect? Word voor slechts 75 euro per jaar lid van de VEB, dan ontvangt u Effect iedere maand gratis.