VEB.net maakt gebruik van cookies om het gebruiksgemak van de website te verbeteren. 

Het tijdperk van negatieve rentes lijkt voorbij te zijn, maar ABN Amro wist nog niet te profiteren van het voor banken gunstigere klimaat. In het tweede kwartaal stond de rentemarge zelfs iets onder druk. Hoe valt dat te verklaren?

De rentemarge is het meest opvallende cijfer in het halfjaarverslag dat ABN Amro woensdag publiceerde. Deze zakte naar 1,21 procent, terwijl dat vorig kwartaal nog 1,28 procent was. Zeker door de stijgende marktrente zouden beleggers meer mogen verwachten - en dat deden zij ook. Er werd door analisten gerekend op een rentemarge van 1,24 procent.

In het kwartaalbericht werden voor de margedruk twee belangrijke oorzaken gegeven.

Ten eerste zegt ABN Amro, net als eerder ING, te maken te hebben met een lagere opbrengst van boeterente doordat minder klanten hun hypotheek vervroegd aflosten. Vorig jaar waren die vervroegde aflossingen hoog, omdat veel klanten hun hypotheek (met hoge vaste rente uit het verleden) omzetten naar een lage rente en bereid waren om daar aflosboetes voor te betalen.

Door de gestegen marktrente is die situatie nu omgedraaid. Negentig procent van de hypotheekklanten van ABN Amro betaalt een lagere rente dan het huidige tarief voor een nieuwe hypotheek.

Het gemis van boeterentes scheelde ABN Amro 40 miljoen euro, oftewel 0,04 procent in de rentemarge. In de toelichting zei de bank ook dat het vorig jaar in totaal 250 miljoen euro aan boeterente ontving en dat dit bedrag in 2022 naar verwachting zakt naar 70 miljoen euro.

Verkeerd ingeschat leengedrag
Dat klanten hun hypotheek minder vaak vervroegd aflossen, levert ook een tweede probleem op. De bank zet de marges van hypotheken vast door middel van rentederivaten. De waarde van die instrumenten moet schommelingen in de waardering van de hypotheekportefeuille door renteveranderingen neutraliseren.

Onderdeel van het afdekken van dit renterisico is ook dat aannames worden gedaan over de gemiddelde looptijd van de hypotheken, want die kan door vervroegde aflossingen variëren. Nu de rente zo hoog is opgelopen en klanten hun hypotheken minder snel aflossen, heeft ABN Amro de rente op te weinig hypotheken afgedekt (gehedged) met derivaten. De bank moet nu extra derivaten afsluiten bij een hogere rente. Bijsturen, noemt de bank dat.

Die bijsturing zette in het eerste kwartaal al druk op de netto rentebaten en in het tweede kwartaal kostte dat nog eens een 50 miljoen euro (omgerekend 0,05 procent rentemarge). Deze kosten betreffen een soort reparatie en zijn dus niet structureel, zolang de rente en het aflosgedrag van klanten gelijk blijven.

Toch valt op dat ING op het oog minder last had van een duikeling in rentemarge.

Ontwikkeling netto rentemarge ABN Amro en ING

Bron: berekening VEB op basis van data ABN Amro en ING.

Alle banken krijgen te maken met hetzelfde kuddegedrag van klanten. Dat de extra aflossingen op langlopende leningen teruglopen wanneer de rente oploopt, is logisch en voorspelbaar. Dat ABN Amro hier klaarblijkelijk niet op anticipeerde, was een heldere keuze en een uitruil tussen winst op korte termijn (door lagere hedge-kosten) en risico op lange termijn van een stijgende rente.

In het najaar verwacht de bank dat de netto rentebaten wel toenemen. De eigen verwachting van de bank is 5,2 miljard euro voor heel 2022, terwijl analisten rekenen op 5,1 miljard euro.

Die hogere inkomsten kan de bank zeker gebruiken, want de kosten stegen in het afgelopen kwartaal met bijna 100 miljoen euro ten opzichte van een jaar eerder (op een winst voor belasting van 626 miljoen euro).

Dat komt vooral door al het personeel dat de bank moet aannemen om witwassen te voorkomen. De VEB is kritisch op de manier waarop ABN Amro in het verleden over de verdenking van schuldwitwassen communiceerde naar beleggers, en heeft gedupeerde aandeelhouders opgeroepen om zich te melden.

ABN Amro keert dividend uit
De beleggingscasus van het aandeel ABN Amro drijft voor een groot deel op kapitaaluitkeringen die aandeelhouders tegemoet kunnen zien. Het eigen vermogen (CET1-kapitaal) per aandeel ligt op een kleine 22 euro, terwijl het aandeel voor minder dan 11 euro wordt verhandeld.

Deze korting ten opzichte van het vermogen heeft alles te maken met de matige winstgevendheid van ABN Amro. De doelstelling is een rendement op eigen vermogen (ROE) van 8 procent, terwijl beleggers in bankaandelen een hoger rendement eisen. Geld teruggeven aan aandeelhouders is een manier om het eigen vermogen te verlagen en de ROE op te krikken, waardoor de korting kan slinken.

ABN Amro kan circa 3,2 miljard euro uitkeren aan beleggers, als de bank het eigen vermogen laat zakken tot de eigen doelstelling van 13 procent. Dat komt neer op ongeveer 3,50 euro per aandeel. Voor extra uitkeringen heeft de bank wel toestemming nodig van de ECB.

Dat beleggers begerig naar de pot eigen vermogen kijken, weet de top van ABN Amro ook. Daarom hebben zij een interim dividend vastgesteld van 32 eurocent per aandeel en ook 250 miljoen euro gereserveerd (omgerekend 28 cent per aandeel) voor de inkoop van eigen aandelen.

Voorwaarde voor dat inkoopprogramma is wel dat de Nederlandse Staat als grootaandeelhouder meedoet, en daar was blijkbaar nog geen besluit over genomen in Den Haag. De liquiditeit van het aandeel zou namelijk worden beperkt als de bank alleen de vrij verhandelbare aandelen op de beurs opkoopt.

Directeur van de VEB, Gerben Everts, deed woensdag in het radioprogramma BNR Zakendoen daarom ook al een oproep (vanaf 1:38:40) aan het bestuur van ABN Amro om de Staat ervan te overtuigen om aandelen te verkopen en het belang te laten afnemen.