ING presteerde in het derde kwartaal beter dan verwacht. De bank zag de inkomsten stijgen, vooral dankzij hogere commissies en stabiele rentebaten. Tegelijk verhoogt ING de ondergrens voor haar kapitaalratio, een signaal dat de jaren van verhoogde dividend- en aandeleninkoopprogramma’s voorlopig voorbij zijn.
De kwartaalupdate van ING werd donderdag positief ontvangen. De omzetverwachting voor het hele jaar is iets verhoogd naar 22,8 miljard euro, tegenover een eerder afgegeven indicatie van circa 22,6 miljard euro.
Vooral de commissie-inkomsten sprongen eruit met een stijging van 16 procent op jaarbasis. De inkomsten uit beleggingsdiensten namen toe doordat particuliere klanten meer transacties uitvoerden en het beheerd vermogen eveneens steeg. Ook groeide het aantal betaalrekeningen, terwijl in de zakelijke tak meer leningen werden afgesloten, waarbij ING verdient aan advieskosten bij grote financieringsdeals.
Hogere buffers
Toch ging de aandacht van beleggers vooral uit naar het kernkapitaal, de CET1-kapitaalratio, de belangrijkste buffermaatstaf van de bank. Deze ratio bepaalt hoeveel eigen vermogen ING aanhoudt tegenover de risicogewogen activa (risk weighted assets, RWA) en dus hoeveel ruimte er is voor extra uitkeringen.
De afgelopen jaren waren de uitkeringen uitzonderlijk hoog omdat de bank op basis van de eigen drempelwaarde voor de bufferratio flink ‘overtollig’ kapitaal had. Voor het idee: wie eind 2020 aandelen ING had, kreeg sindsdien ongeveer zijn hele inleg terug via dividend en aandeleninkoop.
Maar het uitkeringstempo lijkt af te nemen. Een passage uit de ‘comparative quarter note’ eerder deze maand zorgde voor rumoer. Normaal gesproken gaat deze korte update onopgemerkt voorbij. Deze keer was dat anders. ING gaf aan bij derdekwartaalcijfers met een update te komen over de kapitaalratiodoelstelling, die lange tijd op 12,5 procent stond.
De bank liet in de note onverwacht doorschemeren dat de bufferratio omhoog moet vanwege extra kapitaaleisen van de toezichthouder voor aflossingsvrije hypotheken in Nederland. Ook moet ING hogere buffers aanhouden voor de activiteiten in België, Duitsland en Polen. Dit gaf beleggers het idee dat de CET-1-ondergens flink moest worden opgehoogd. Op de beurs leidde het bericht direct tot een koersdaling van 5 procent.
ING gaf tientallen miljarden euro’s aan beleggers terug via dividend en aandeleninkoop
Bron: rapportages ING. Dividend en inkoop eigen aandelen in miljarden euro’s. *2025 inclusief aangekondigde dividend en aandeleninkoop van 1,6 miljard euro. Over boekjaar 2025 zal begin volgend jaar nog een slotdividend worden uitgekeerd.
Uiteindelijk viel de boodschap over de bufferratio bij de kwartaalupdate toch mee. De nieuwe doelstelling is 'circa' 13 procent, terwijl analisten op een hoger percentage hadden gerekend. ING heeft daardoor nog wat ruimte om de komende maanden 1,6 miljard euro uit te keren (500 miljoen euro via dividend en 1,1 miljard euro via aandeleninkoop). Dat brengt de CET-1-ratio tot 12,9 procent, net onder de nieuwe grens. Al ziet CEO Steven van Rijswijk dat niet als een probleem: "Het hoeft niet elke dag 13 procent te zijn, zolang de buffer maar rond dat getal uitkomt."
Belangrijker nog: de bank verwacht dat de buffer voorlopig niet verder opgehoogd hoeft te worden. “We zien op dit moment niet dat het verder omhoog moet. Alle elementen die mogelijk impact hebben op de buffer hebben we meegenomen,” zo liet topman Van Rijswijk aan analisten weten.
Renteomgeving gunstig dankzij positieve rentecurve
Nu de bodem van het overtollige kapitaal is bereikt, moet ING alle toekomstige uitkeringen weer uit de lopende winsten betalen. De rente-inkomsten, nog altijd goed voor meer dan 60 procent van de totale omzet, zijn daarbij van belang.
CFO Tanate Phutrakul had een opgewekte boodschap: “Ik denk dat we de bodem van de kortlopende rentes hebben gezien. Tegelijk is de yieldcurve positief. Dat heeft een gunstig effect op onze rente-inkomsten, niet alleen in 2025 maar ook in 2026.”
Een positieve rentecurve – waarbij lange rentes hoger liggen dan korte – is voordelig voor banken: ze lenen goedkoop op korte termijn (via spaargeld) en verdienen meer aan langlopende leningen zoals hypotheken. Dat vergroot de marge tussen kosten en opbrengsten en is het hart van het bankverdienmodel.
De financieel directeur zal volgend jaar overigens niet meer afgerekend kunnen worden op zijn prognoses. Hij zal na de komende aandeelhoudersvergadering in april 2026 afscheid nemen van ING. Zijn opvolger is Ida Lerner, huidige CFO van de Noorse bank DNB.
Kort na de cijferupdate werd Phutrakul bevestigd in zijn analyse. De ECB handhaaft de beleidsrente (voorlopig) op 2 procent. ECB-president Christine Lagarde ziet geen reden om de rentes verder te verlagen en benadrukte dat “vanuit monetair beleid gezien we op een goed punt zijn aangekomen”.
ROE drijft waardering
Voor ING is het zaak dat de economische situatie niet verslechtert. Een verandering van de rentecurve of stijgende kredietverliezen kunnen de winstgevendheid onder druk zetten.
De afgelopen jaren zat het op dat vlak juist mee voor de bank. Sinds eind 2022 verdubbelde de beurskoers van ING bijna, gedreven door een verbeterde winstgevendheid. Het rendement op eigen vermogen (ROE) steeg in die periode van iets meer dan 7 procent naar circa 14 procent.
Voor de waardering van een bank is de ROE een cruciale maatstaf. Banken met een structureel hoge ROE worden door de markt hoger gewaardeerd. Dat is duidelijk te zien: ING handelt nu tegen 1,3 keer de boekwaarde, tegenover 0,8 keer bijna 3 jaar geleden. Beleggers rekenen erop dat ING hogere winstgevendheid kan vasthouden, wat weinig ruimte laat voor tegenslagen.
Een hogere winstgevendheid zorgt eindelijk voor een hogere waardering
Bron: rapportages ING. Koers-boekwaardeverhouding einde jaar. *2025 op basis van stand eind derde kwartaal.