VEB.net maakt gebruik van cookies om het gebruiksgemak van de website te verbeteren. 

Inflatie, hogere rentes en angst voor een afzwakkende economie: het kon de AEX per saldo weinig deren. De hoofdindex steeg over de eerste zes maanden van het jaar bijna 15 procent. Maar niet elk beursfonds legt evenveel gewicht in de schaal.

Met de halfjaarcijfers in aantocht blikt de VEB terug op de eerste zes maanden van dit jaar. Dat is niet onaangenaam. De AEX steeg inclusief herbelegd dividend met bijna 15 procent.

Wie onder de motorkap van de Amsterdamse hoofdindex kijkt, ziet dat het leeuwendeel van de aandelen dit jaar in de plus staat.

Van de 25 grootste beursbedrijven op het Damrak waren er 19 met een positief rendement. De bijdrage van deze aandelen aan het rendement van de AEX-index is echter scheef verdeeld.

Welke onderliggende aandelen zijn de drijvende kracht achter de hogere AEX-stand?

Zwaargewichten
We nemen even een stap terug naar hoe de AEX-index wordt samengesteld. De hoofdindex volgt de koersontwikkeling van de 25 grootste Nederlandse ondernemingen. Maar bij het berekenen van het index-rendement telt niet ieder bedrijf even zwaar mee.

Leidend is hierbij de beurswaarde van de vrij verhandelbare aandelen (free float); dat zijn de aandelen die niet in vaste handen zijn van grote aandeelhouders.

De 25 beursfondsen waarvan de marktwaarde van de vrij verhandelbare aandelen het grootst is, worden in principe opgenomen in de hoofdindex. Beursfondsen die kleiner zijn worden ondergebracht in de Midkap-index en de Smallcap-index. Binnen de AEX krijgen de bedrijven met de hoogste waarde van vrij verhandelbare aandelen het zwaarste gewicht.

Het gewicht van individuele fondsen mag (bij de periodieke herwegingen) echter niet groter zijn dan 15 procent van het totaal. Zo wordt de invloed van zeer grote ondernemingen, zoals die van ASML, Unilever en Shell, nog enigszins ingeperkt. Ondanks die beperking in gewicht, waren het toch deze drie zwaargewichten die het rendement van de AEX in de eerste zes maanden dreven.

Een derde van de AEX-stijging van 15 procent wordt verklaard door ASML

Bron: Bloomberg, berekening VEB, stand per 4 juli 2023, gewichten per 30 december 2022. Telt op tot 100 procent.

1: ASML (plus 33 procent; gewicht 15 procent)
Wie wil weten waarom de AEX-index dit jaar zo hard is opgelopen, kan niet om chipmachinemaker ASML heen. ASML zag na een snelle daling eind vorig jaar de koers in de eerste zes maanden met 33 procent oplopen. Bij een gewicht van 15 procent kan dus ongeveer een derde van de indexstijging van circa 15 procent worden verklaard door ASML (15 procent x 33 procent = 5 procent).

Grote chipmakers als Intel en TSMC zijn van plan de komende jaren tientallen miljarden dollars te investeren in nieuwe fabrieken om de enorme vraag naar chips bij te kunnen benen. En als er één ding duidelijk is, is het dat er in die fabrieken machines van ASML zullen staan. Het bedrijf uit Veldhoven heeft een monopolie op de nieuwste generatie zogeheten EUV-machines (extreme ultraviolet). Alleen met deze machines kunnen de chips worden gemaakt voor de laatste Artificial Intelligence-toepassingen (AI).

Volgens chipmaker Nvidia (de grote beurswinnaar in de VS, met plus 190 procent) zal de verkoop aan datacenters (zoals van Alphabet, het moederbedrijf van Google), waar het ingewikkelde rekenwerk voor AI-toepassingen wordt uitgevoerd, verdubbelen tussen 2022 en 2024. Zo lift ASML mee op de positieve verwachtingen voor AI-toepassingen.

2: RELX (plus 19 procent, gewicht 7 procent)
Na ASML leverde RELX de grootste bijdrage aan het AEX-rendement. Het aandeel RELX, dat aan het begin van het jaar 7 procent van de hoofdindex uitmaakte, steeg dit jaar al met 19 procent. Het Britse informatieconcern lijkt een verrassende winnaar, maar is dat bij nader inzien niet.

De afgelopen jaren heeft RELX zich van een uitgever van boeken en vaktijdschriften getransformeerd naar een bedrijf dat digitale data levert. In toenemende mate zal bij de analyse van die data kunstmatige intelligentie (AI) worden ingezet. De opkomst van AI-toepassingen, waaronder Bard van Google en ChatGPT van OpenAI, roept de vraag op of dit een kans of een bedreiging is voor het informatieconcern. Topman Erik Engstrom is daar in ieder geval duidelijk over: zonder de unieke data van RELX heb je weinig aan AI.

Bovendien wordt RELX zelf steeds meer een softwarebedrijf. In plaats van het aanleveren van rauwe data, wordt beslissoftware geprogrammeerd op basis van big data-technologie. Daarmee kan een advocaat bijvoorbeeld de winstkans van een proces inschatten. RELX kan AI inzetten voor de verfijning van de eigen software. Of het optimisme van Engstrom terecht is moet de toekomst uitwijzen, maar gezien de forse koersopleving zien beleggers ook kansen.

3: Shell (plus 8 procent, gewicht 14 procent)
Het aandeel Shell is derde op de lijst met aandelen die de AEX een duwtje in de rug gaven. Shell steeg sinds begin dit jaar met een bescheiden 8 procent. Dat is minder dan de index (circa 15 procent), maar met een gewicht van 14 procent heeft de energiereus toch een belangrijke invloed.

Het olieconcern wist tijdens de eerste drie maanden van het jaar een winst van bijna 10 miljard dollar te behalen. Shell geeft een groot deel van de winst terug in de vorm van dividend en een aandeleninkoopprogramma.

Tijdens de beleggersdag in juni liet Shell weten dat het accent meer komt te liggen op de winstgevende olie- en gastak. Topman Wael Sawan wil “genadeloos” zijn als het gaat om kostenbesparingen.

Met deze actie reageert Shell op de kloof in waardering die is ontstaan met Amerikaanse sectorgenoten als ExxonMobil en Chevron. Shell kondigde tijdens de beleggersdag ook aan het dividend met 15 procent te verhogen en dat het voor nog eens 5 miljard dollar aan eigen aandelen in gaat kopen.

 

Winnaars en verliezers

De koersstijging van de AEX-index wordt door de manier waarop deze wordt samengesteld niet per se gedragen door de aandelen met de hoogste koerswinst. Zo liepen de koersen van bedrijven als ASMI, BESI en Philips het hardst op (zie tabel).

In Nederland zijn er met ASMI (plus 65 procent) en BESI (plus 80 procent) naast ASML nog twee chipspelers die meeliften op de AI-ontwikkelingen. Net als ASML investeerden ASMI (ALD) en BESI (hybrid bonding) de afgelopen jaren in nieuwe technologieën voor het maken van chips.

AEX-index: Top 5 stijgers en dalers (year to date)

Bron: Bloomberg, berekening VEB, stand per 4 juli 2023, gewichten per 30 december 2022. Bijdrage in procentpunt.

Ook Philips zag de koers dit jaar hard oplopen (plus 50 procent). Het zorgtechnologieconcern kwam goed uit de startblokken na een dramatisch 2022. De omzet en winst waren beter dan verwacht, door sterkere resultaten uit de medische tak Diagnosis & Treatment, die MRI- en CT-scanners maakt.

Toch kon dit trio niet echt potten breken op het niveau van de index, vanwege hun beperkte gewicht. ASMI (gewicht 1,5 procent), BESI (0,6 procent) en Philips (1,6 procent) droegen samen maar iets meer dan 2 procentpunt bij aan de (bijna) 15 procent stijging van de index.

DSM-Firmenich, Randstad en UMG zetten een rem op de stijging van de AEX. De grootste daler in de index – met in die categorie tevens de hoogste weging van iets minder dan 3 procent – was DSM-Firmenich (min 17 procent). Het fusiebedrijf kampt met tegenvallende resultaten door de verslechterde markt voor vitamines. Ook de inval bij Firmenich vanwege mogelijke kartelafspraken deed de koers geen goed.

Het afgelopen jaar gingen ook de koersen van uitzender Randstad (min 10 procent, door angst voor een naderende recessie en te afwachtend met het snijden in kosten) en muziekuitgever UMG (min 6 procent, door tegenvallende groeicijfers) onderuit. Hun lage gewichten zorgden echter voor een minieme invloed op de AEX-stand.

 


U heeft geen gratis artikelen meer over
Nog geen VEB-account?
Voor toegang tot de volledige website dient u een VEB-lidmaatschap aan te houden en in te loggen.
Meer infomatie over het VEB -lidmaatschap